Dit wetsvoorstel beoogt het vestigingsklimaat te versterken door middel van aanpassingen in de fiscaliteit. Hierdoor zal Nederland opnieuw een positie in de top van het vestigingsklimaat innemen. De voorgestelde maatregelen zijn goed voor de werkgelegenheid en stimuleren innovatieve activiteiten. De basis voor de wijzigingen is de nota Werken aan winstPDF-document die op 29 april 2005 aan de Tweede Kamer is gestuurd.

Voorgesteld wordt het Vpb-tarief te verlagen, alsmede het MKB-tarief in de vennootschapsbelasting, het invoeren van een tweede MKB-tarief, het invoeren van een MKB-winstvrijstelling in de inkomstenbelasting en het invoeren van een rentebox en octrooibox. Tevens wordt de dividendbelasting verlaagd. De maatregelen worden mogelijk gemaakt door een combinatie van grondslagverbreding en lastenverlichting.

Deze samenvatting is gebaseerd op het wetsvoorstel en de memorie van toelichting zoals ingediend bij de Tweede Kamer.


Stand van zaken

Het voorstel is op 3 oktober 2006 aangenomen door de Tweede Kamer. D66, VVD, ChristenUnie, SGP, CDA, LPF, Groep Wilders, Groep Eerdmans/Van Schijndel, Groep Nawijn en de Groep Van Oudenallen stemden voor. Op 17 oktober 2006 heeft het ministerie van Financiën een technische briefing over het wetsvoorstel verzorgd voor de Eerste Kamercommissie voor Financiën. De plenaire behandeling door de Eerste Kamer vond plaats op 20 en 21 november 2006. De Eerste Kamer heeft het voorstel op 28 november 2006 aangenomen na stemming bij zitten en opstaan. PvdA, GroenLinks en SP stemden tegen.

De wet is opgenomen in Staatsblad 631 van 12 december 2006.

De inwerkingtreding van de octrooibox is opgenomen in Staatsblad 44 van 6 februari 2007.

De rectificatie van Staatsblad 631 van 8 maart 2007.

De Eerste Kamercommissie voor Financiën besprak op 17 april 2007 de brief van de staatssecretaris van Financiën van 4 april 2007 (EK 30.804, E) inzake openstaande toezeggingen. Deze brief heeft een statusoverzicht toezeggingen aan de Eerste Kamer als bijlage en is het antwoord op de brief van de commissie voor Financiën van 12 februari 2007 aan de minister van Financiën inzake openstaande toezeggingen.

De Eerste Kamercommissie voor Financiën besprak op 11 september 2007 de brief van de staatssecretaris van Financiën van 10 juli 2007 (EK 30.572, H) met zijn antwoorden op nagekomen vragen (EK 30.572, G) die na de plenaire behandeling van het wetsvoorstel bij de fracties van het CDA en de VVD zijn gerezen.


Kerngegevens

ingediend

24 mei 2006

titel

Wijziging van belastingwetten ter realisering van de doelstelling uit de nota 'Werken aan winst' (Wet werken aan winst)

schriftelijke voorbereiding

inbreng geleverd door

ondertekening

inwerkingtreding

  • 1. 
    Deze wet treedt in werking met ingang van 1 januari 2007.
  • 2. 
    In afwijking van het eerste lid treedt artikel IV in werking met ingang van 31 december 2006.
  • 3. 
    De wijzigingen met betrekking tot de vennootschapsbelasting, uitgezonderd artikel II, onderdeel M, voor zover dat betrekking heeft op de in te voegen artikelen 12b en 12c van de Wet op de vennootschapsbelasting 1969, vinden voor het eerst toepassing met betrekking tot boekjaren die aanvangen op of na 1 januari 2007.
  • 4. 
    In afwijking van het eerste lid treedt artikel II, onderdeel M, voor zover dat betrekking heeft op het in te voegen artikel 12b van de Wet op de vennootschapsbelasting 1969, in werking op een bij koninklijk besluit te bepalen tijdstip waarbij dat tijdstip terugwerkende kracht kan hebben en vindt voor het eerst toepassing met betrekking tot boekjaren die aanvangen op of na dat tijdstip van inwerkingtreding.
  • 5. 
    In afwijking van het eerste lid treedt artikel II, onderdeel M, voor zover dat betrekking heeft op het in te voegen artikel 12c van de Wet op de vennootschapsbelasting 1969, in werking op een bij koninklijk besluit te bepalen tijdstip waarbij dat tijdstip terugwerkende kracht kan hebben en vindt voor het eerst toepassing met betrekking tot boekjaren die aanvangen op of na dat tijdstip van inwerkingtreding.
  • 6. 
    In afwijking van het eerste lid treden artikel I, onderdelen Da en Ea, inwerking op een bij koninklijk besluit te bepalen tijdstip waarbij dat tijdstip terugwerkende kracht kan hebben.
  • 7. 
    De wijzigingen ingevolge artikel III vinden toepassing op de opbrengst van de in artikel 1 van de Wet op de dividendbelasting 1965 bedoelde aandelen, winstbewijzen en geldleningen, die op of na 1 januari 2007 ter beschikking is gesteld.

Documenten

32