Index 
 Vorige 
 Volgende 
 Volledige tekst 
Procedure : 2012/2509(RSP)
Stadium plenaire behandeling
Documentencyclus : B7-0063/2012

Ingediende teksten :

B7-0063/2012

Debatten :

PV 16/02/2012 - 7
CRE 16/02/2012 - 7

Stemmingen :

PV 16/02/2012 - 8.14
CRE 16/02/2012 - 8.14
Stemverklaringen

Aangenomen teksten :

P7_TA(2012)0062

Aangenomen teksten
PDF 111kWORD 34k
Donderdag 16 februari 2012 - Straatsburg
Toekomst van wereldwijde monitoring voor milieu en veiligheid (GMES)
P7_TA(2012)0062B7-0063/2012

Resolutie van het Europees Parlement van 16 februari 2012 over de toekomst van het Europees programma voor wereldwijde milieu- en veiligheidsbewaking (GMES)(2012/2509(RSP))

Het Europees Parlement,

–  gezien de mededeling van de Commissie inzake het Europees programma voor monitoring van de aarde (GMES) en de door het programma geleverde diensten (vanaf 2014) van 30 november 2011 (COM(2011)0831),

–  gezien de mededeling van de Commissie van 29 juni 2011 met als titel: „Een begroting voor Europa 2020” (COM(2011)0500),

–  gezien zijn resolutie van 19 januari 2012 over een ruimtevaartstrategie van de Europese Unie ten dienste van de Europese burger(1),

–  gezien de conclusies van de Raad van 31 mei 2011 met als titel „Naar een ruimtevaartstrategie van de Europese Unie ten dienste van de Europese burger”,

–  gezien de mondelinge vraag aan de Commissie over de toekomst van het GMES (O-000325/2011 – B7-0027/2012),

–  gezien op de artikelen 115, lid 5, en 110, lid 2, van zijn Reglement,

A.  overwegende dat het programma voor wereldwijde milieu- en veiligheidsbewaking (GMES) één van de twee kerninitiatieven van de Europese Unie is dat een wezenlijke rol speelt in de waarneming van de aarde, die op haar beurt een levensbelangrijk instrument vormt in de bestrijding van de klimaatverandering en de achteruitgang van het milieu, bescherming van de burgerbevolking en veiligheid, duurzame ontwikkeling, mobiliteit en crisisbeheer, en die belangrijke economische kansen biedt door op de consument gerichte diensten te ontwikkelen en de innovatie te stimuleren;

B.  overwegende dat GMES in politiek, strategisch en technisch opzicht van doorslaggevend belang is voor Europa, omdat het in termen van economische, sociale en technologische voordelen een bijzonder hoog rendement biedt;

C.  overwegende dat het GMES is opgezet als via de EU-begroting gefinancierd programma van de Unie dat tot 2013 beschikt over ca. EUR 3,2 mia. en dat onder verantwoordelijkheid van en door de EU wordt beheerd;

D.  overwegende dat het ontbreken van een geloofwaardig financieringsprogramma dat voorziet in stabiele financiële steun op lange termijn, uiteindelijk waarschijnlijk zou resulteren in hogere kosten, verschillen in de mate van toegankelijkheid en voordelen voor Europese burgers, onderbreking of zelfs opschorting van het programma en de gegevens die dit oplevert, en in laatste instantie tot gevolg zou hebben dat de tot dusverre gedane investeringen tevergeefs zijn geweest en dat Europa zijn onafhankelijkheid en technologische voorsprong in deze belangrijke ruimte-infrastructuur zou verspelen;

E.  overwegende dat de Raad er op 31 mei 2011 op heeft aangedrongen dat het GMES-programma ook in de toekomst overeenkomstig de verantwoordelijkheden van de Unie uit de EU-begroting wordt gefinancierd, en overwegende dat een aantal lidstaten reeds te kennen heeft gegeven gekant te zijn tegen regelgeving inzake de financiering van het GMES via een intergouvernementele overeenkomst en dat het voorgestelde GMES-Fonds daarom vermoedelijk niet de benodigde kredieten zal opleveren;

1.  betreurt dat de Commissie op 30 november 2011 slechts een mededeling heeft doen uitgaan en geen wetsvoorstel inzake GMES heeft ingediend, daar de huidige verordening (EU) nr. 911/2010 uitsluitend de aanvangswerkzaamheden dekt en eind 2013 afloopt;

2.  is het niet eens met de richting die de Commissie in haar mededeling heeft aangegeven inzake de toekomstige financiering en sturing van het GMES-programma, aangezien zij streeft naar intergouvernementele financiering van dit project; vreest dat deze richting buitengemeen schadelijk zal zijn voor de toekomstige ontwikkeling van dit programma, erop neerkomt dat het programma zijn Europese dimensie verliest, indruist tegen het doorzichtigheidsbeginsel en tegen volledige, open en gelijke toegankelijkheid voor allen, en zal worden opgevat als teken dat de EU afstand neemt van dit kerninitiatief;

3.  gelooft niet dat financiering van het GMES buiten het MFK om – met de financierings- en bestuursstructuur die de Commissie in haar mededeling voorstelt – een levensvatbaar alternatief vormt;

4.  wijst erop dat onzekerheid over de toekomst van het GMES-programma en de financiering daarvan in hoge mate schadelijk is voor de ontwikkeling en aanvaarding door de markt van GMES-diensten en –toepassingen, die naar verwachting economische groei en welzijn voor de Europese burgers zullen opleveren;

5.  verzoekt de Commissie dan ook spoedig een wetgevingsvoorstel in te dienen over de in het kader van het MFK te financieren sturing, financiering en werking van het GMES-programma, om ervoor te zorgen dat het programma naar behoren wordt ingezet en werkt, en ter verwezenlijking van de nagestreefde volledige operationaliteit per 2014;

6.  verzoekt zijn Voorzitter deze resolutie te doen toekomen aan de Commissie en aan de Raad, alsmede aan de regeringen en de parlementen van de lidstaten.

(1) Aangenomen teksten, P7_TA(2012)0013.

Juridische mededeling - Privacybeleid