E180001
  ruit icoon
Laatste revisie: 17-11-2020

E180001 - Voorstel voor een richtlijn betreffende gemeenschappelijke regels voor de interne markt voor aardgas



Op 9 november 2017 publiceerde de Europese Commissie een nieuw voorstel voor een richtlijn inzake gemeenschappelijke regels voor de interne markt voor aardgas, waarmee de Commissie de werking van de interne energiemarkt van de EU en de solidariteit tussen de lidstaten wil verbeteren. Hiermee stelt de Commissie voor de bestaande EU-gasrichtlijn 2009/73/EG te wijzigen.


Stand van zaken

Behandelfase Eerste Kamer: implementatietraject gestart.

nationaal

Op 26 juni 2018 besprak de commissie het verslag van een nader schriftelijk overleg (34.900, C) en besloot om dit voor kennisgeving aan te nemen.

Europees

Op 4 april 2019 heeft het Europees Parlement een wetgevingsresolutiePDF-document over de richtlijn aangenomen.


Kerngegevens

volledige titel

Voorstel voor een richtlijn van het Europees parlement en de raad tot wijziging van Richtlijn 2009/73/EG betreffende gemeenschappelijke regels voor de interne markt voor aardgas

document Europese Commissie

COM(2017)660PDF-document, d.d. 8 november 2017

rechtsgrondslag

artikel 194 VWEU

commissie Eerste Kamer

beleidsterrein


Implementatie

Op 3 mei 2019 is de Richtlijn 2019/692PDF-document van het Europees Parlement en de Raad van 17 april 2019 betreffende gemeenschappelijke regels voor de interne markt voor aardgas gepubliceerd in het Europees Publicatieblad (L117/1). Lidstaten dienden uiterlijk 24 februari 2020 aan de richtlijn te voldoen.

De implementatiewet wijziging Gasrichtlijn en een aantal verordeningen op het gebied van elektriciteit en gas werd op 18 februari 2020 aangenomen door de Tweede Kamer. De Eerste Kamer heeft het voorstel op 9 juni 2020 na stemming bij zitten en opstaan aangenomen.

Kamerstukdossier 35.283 geeft een volledig overzicht van de behandeling van de implementatiewet in zowel de Eerste als de Tweede Kamer.

Deze implementatiewet is op 9 juli 2020 gepubliceerd in het Staatsblad (Stb. 2020, 236). De inwerkingtreding van de wet is, voor wat betreft het onderdeel dat Richtlijn (EU) 2019/692 implementeert, met terugwerkende kracht op 31 januari 2020. Ook heeft de notificatie van de implementatie van de richtlijn bij de Europese Commissie inmiddels plaatsgevonden.

Bron: stand van zaken implementatie richtlijnen in het derde kwartaal 2020


Behandeling Eerste Kamer

Op 26 juni 2018 besprak de commissie het verslag van een nader schriftelijk overleg (34.900, C) en besloot om dit voor kennisgeving aan te nemen.

Op 21 juni 2018 stuurde de minister van Economische Zaken en Klimaat een antwoord (34.900, C) op de nadere vragen en opmerkingen van de commissie.

Op 1 mei 2018 stuurde de minister van Economische Zaken en Klimaat een brief (34.900, B) waarin wordt aangegeven dat de bij brief van 30 maart 2018 vanuit de Eerste Kamer voorgelegde vragen en opmerkingen wordt gereageerd nadat het kabinet een standpunt heeft ingenomen over de door de Tweede Kamer aangenomen motie-Van Ojik (34775 V, 73).

Op 30 maart 2018 stuurde de commissie een brief met nadere vragen over het voorstel aan de minister van Economische Zaken en Klimaat.

Op 27 maart 2018 leverden het lid Vos (GroenLinks) en Teunissen (PvdD) inbreng voor nader schriftelijk overleg met de regering.

Op 13 maart 2018 besprak de commissie het verslag van een schriftelijk overleg met de minister van Economische Zaken en Klimaat (34.900, A) en besloot inbreng voor nader schriftelijk overleg te leveren. De commissie stelde daarvoor de inbrengdatum op 27 maart 2018.

Op 8 maart 2018 stuurde de minister van Economische Zaken en Klimaat een antwoord (34.900, A) op de brief van 30 januari 2018.

Op 23 januari 2018 gaf het lid Vos (GroenLinks) aan inbreng te leveren voor schriftelijk overleg met de regering. De brief is op 30 januari 2018 aan de minister van Economische Zaken en Klimaat verstuurd.

Op 19 december 2017 besloot de commissie EZK/LNV om het voorstel in behandeling te nemen.


Behandeling Tweede Kamer

Op 4 juni 2018 stuurde de vaste commissie voor Economische Zaken en Klimaat een brief met vragen en opmerkingen aan de Minister van EZK over onder andere het BNC-fiche horende bij het voorstel. De vragen en opmerkingen zijn op 6 juni 2018 bij brief beantwoord (21.501-33, 712)

De commissie voor Economische Zaken en Klimaat besloot tijdens de procedurevergadering van 23 januari 2018 om het voorstel op 6 juni 2018 te agenderen voor algemeen overleg over de Energieraad van 11 juni 2018.

Op 17 april 2018 nam de Tweede Kamer een gewijzigde motie aan van het lid Van Ojik over dezelfde voorwaarden voor gasleidingen buiten de EU als voor gasleidingen tussen lidstaten (34775 V, 73).

De commissie voor Economische Zaken en Klimaat behandelt dit voorstel en BNC-fiche tijdens de procedurevergadering op 23 januari 2018.


Standpunt Nederlandse regering

Op 15 december 2017 heeft de regering een brief naar de Kamer gestuurd met daarin de standpunten over het voorstel van het Europees Parlement en de Raad over de gemeenschappelijke regels voor de interne markt voor gas. De regering geeft in het BNC-fiche aan een aantal zorgpunten te hebben bij het voorstel. De commissie baseert de bevoegdheid op artikel 194 VWEU, wat als primair doel heeft om de totstandkoming en de werking van de interne markt te bevorderen. De regering heeft hier enige twijfels over en vraagt zich af of het stellen van regels inzake verbindingen met derde landen ertoe strekt de interne markt tot stand te laten komen of de werking ervan te bevorderen. De regering acht het niet noodzakelijk dat voor het goed functioneren van de interne markt voor gas, gaspijpleidingen met derde landen (deels) aan dezelfde spelregels onderhevig zijn als gaspijpleidingen tussen lidstaten. Daarbij toont het voorstel volgens de regering niet aan dat de doelstellingen voor het voorstel beter door de EU kunnen worden gerealiseerd in plaats van de lidstaten zelf. De subsidiariteit wordt daarom door de regering negatief beoordeeld. Wat betreft de proportionaliteit geeft de regering eveneens een negatief oordeel, want volgens de regering is in het voorstel niet voldoende aangetoond dat de interne markt beter gaat functioneren als derde landen gaan handelen conform aan EU wet- en regelgeving.


Samenvatting voorstel Europese Commissie

De Europese Commissie heeft op 9 november 2017 een nieuw voorstel voor een richtlijn gepubliceerd inzake gemeenschappelijke regels voor de interne markt voor aardgas, waarmee de Commissie de werking van de interne energiemarkt van de EU en de solidariteit tussen de lidstaten wil verbeteren. Hiermee stelt de Commissie voor de bestaande EU-gasrichtlijn 2009/73/EG te wijzigen.

Het doel van het amendement is om de bestaande gasrichtlijn aan te vullen en om te verduidelijken dat de kernbeginselen van de EU-energiewetgeving van toepassing zullen zijn op alle gaspijpleidingen van en naar derde landen tot de grens van de jurisdictie van de EU. Dit zou ervoor zorgen dat alle belangrijke pijpleidingen die het EU-grondgebied binnenkomen voldoen aan de EU-regels, in dezelfde mate van transparantie worden beheerd, toegankelijk zijn voor andere exploitanten en dat ze efficiënt worden gebruikt. De Commissie wil zo bereiken dat gaspijpleidingen met derde landen in principe aan dezelfde spelregels onderhevig zijn als gaspijpleidingen tussen lidstaten. Dit amendement zou volgens de Commissie een belangrijke stap in de richting van de voltooiing van de Energie-unie betekenen.


Behandeling Raad

Op 8 februari 2019 tijdens een vergadering van het Comité van permanente vertegenwoordigers hebben de ambassadeurs van de lidstaten bij de EU het voorzitterschap van de Raad een mandaat gegeven om te gaan onderhandelen met het Europees Parlement over een wijziging van de gasrichtlijn. Nu het mandaat vastligt, kan het voorzitterschap van de Raad gaan onderhandelen met het Europees Parlement.

In de derde kwartaalrapportagePDF-document van het ministerie van Economische Zaken en Klimaat van september 2018 over EU-wetgevingsonderhandelingen op het terrein van het ministerie werd bij de stand van zaken aangegeven dat het voorstel besproken wordt op ambtelijk EU-niveau in Raadskader.

In de databank EUR-Lex wordt de laatste stand van zaken in de Europese behandeling van het voorstel weergegeven.


Behandeling Europees Parlement

Op 4 april 2019 heeft het Europees Parlement een wetgevingsresolutiePDF-document over de richtlijn aangenomen.

Op 18 april 2018 werd tijdens een plenaire zitting een akkoord bereikt om de institutionele onderhandelingen te openen. Het bijbehorende verslag werd op 11 april 2018 ingediend (PE 615.314v02PDF-document).

Op 27 maart 2019 publiceerde het Europees Parlement een briefingPDF-document over de stand van zaken van de conceptrichtlijn.

Op 21 maart 2018 besloot de EP-Commissie Industrie, onderzoek en energie (ITRE) om de institutionele onderhandelingen te openen met het door de commissie goedgekeurde verslag (PE 616.573PDF-document).

Op 26 januari 2018 publiceerde de EP-Commissie Industrie, onderzoek en energie (ITRE) een ontwerpverslag (PE 616.573PDF-document) met amendementen inzake het voorstel.

Op 7 december 2017 publiceerde de EP-Commissie Industrie, onderzoek en energie (ITRE) een ontwerpwetgevingsresolutie (PE 615.314PDF-document) inzake het voorstel.

In de databank OEIL van het Europees Parlement wordt de laatste stand van zaken in de behandeling van het voorstel weergegeven.


Standpunten andere lidstaten (IPEX)

Op 19 februari 2018 heeft de Roemeense Senaat middels een politieke dialoog een opiniePDF-document ingediend bij de Europese Commissie.

Op 9 januari 2018 heeft het Portugese parlement een resolutie aangenomen waarin zij aangeeft het voorstel in lijn met het subsidiariteitsbeginsel te vinden.

Op 13 december 2017 heeft de Spaanse Cortes Generales een resolutie aangenomen waarin zij aangeeft het voorstel in lijn met het subsidiariteitsbeginsel te vinden.

Op 13 december 2017 heeft de Franse Senaat een subsidiariteitsbezwaar ingediend op het voorstel.

In de databank IPEX wordt de behandeling van het voorstel in de diverse (kandidaat) lidstaatparlementen weergegeven.


Alle bronnen