Index 
 Vorige 
 Volgende 
 Volledige tekst 
Procedure : 2008/0079(COD)
Stadium plenaire behandeling
Documentencyclus : A6-0472/2008

Ingediende teksten :

A6-0472/2008

Debatten :

Stemmingen :

PV 19/02/2009 - 7.4
Stemverklaringen

Aangenomen teksten :

P6_TA(2009)0070

Aangenomen teksten
Donderdag 19 februari 2009 - Brussel Voorlopige uitgave
Gewasstatistieken ***I
P6_TA-PROV(2009)0070A6-0472/2008
Resolutie
 Geconsolideerde tekst
 Bijlage

Wetgevingsresolutie van het Europees Parlement van 19 februari 2009 over het voorstel voor een verordening van het Europees Parlement en de Raad betreffende gewasstatistieken (COM(2008)0210 – C6-0179/2008 – 2008/0079(COD))

(Medebeslissingsprocedure: eerste lezing)

Het Europees Parlement ,

–   gezien het voorstel van de Commissie aan het Europees Parlement en de Raad (COM(2008)0210),

–   gelet op artikel 251, lid 2 en artikel 285, lid 1, van het EG­Verdrag, op grond waarvan het voorstel door de Commissie bij het Parlement is ingediend (C6-0179/2008),

–   gelet op artikel 51 van zijn Reglement,

–   gezien het verslag van de Commissie landbouw en plattelandsontwikkeling (A6-0472/2008),

1.   hecht zijn goedkeuring aan het Commissievoorstel, als geamendeerd door het Parlement;

2.   verzoekt om hernieuwde voorlegging indien de Commissie voornemens is ingrijpende wijzigingen in dit voorstel aan te brengen of dit door een nieuwe tekst te vervangen;

3.   verzoekt zijn Voorzitter het standpunt van het Parlement te doen toekomen aan de Raad en de Commissie.


Standpunt van het Europees Parlement in eerste lezing vastgesteld op 19 februari 2009 met het oog op de aanneming van Verordening (EG) nr. .../2009 van het Europees Parlement en de Raad betreffende gewasstatistieken
P6_TC1-COD(2008)0079

(Voor de EER relevante tekst)

HET EUROPEES PARLEMENT EN DE RAAD VAN DE EUROPESE UNIE,

Gelet op het Verdrag tot oprichting van de Europese Gemeenschap, en met name op artikel 285, lid 1,

Gezien het voorstel van de Commissie║,

Handelend overeenkomstig de procedure van artikel 251 van het Verdrag(1) ,

Overwegende hetgeen volgt:

(1)  Verordening (EEG) nr. 837/90 van de Raad van 26 maart 1990 inzake door de lidstaten te verstrekken statistische informatie over de graanproductie(2) en Verordening (EEG) nr. 959/93 van de Raad van 5 april 1993 betreffende door de lidstaten te verstrekken statistische informatie over andere gewassen dan granen(3) zijn meermaals gewijzigd. Aangezien er nu verdere wijzigingen en vereenvoudigingen nodig zijn, moeten deze verordeningen om redenen van duidelijkheid worden vervangen, overeenkomstig het nieuwe beleid inzake vereenvoudiging van de Gemeenschapswetgeving en betere regelgeving.

(2)  Gewasstatistieken zijn van essentieel belang voor het beheer van de EU-markten. Ook is het zeer belangrijk dat naast statistieken van granen en andere akkerlandgewassen statistieken van groenten en meerjarige teelten in de Gemeenschapswetgeving worden opgenomen.

(3)  Om ervoor te zorgen dat het gemeenschappelijk landbouwbeleid naar behoren wordt beheerd, heeft de Commissie behoefte aan regelmatige gegevens over het areaal, de opbrengst en de productie van gewassen.

(4)  Verordening (EG) nr. 1166/2008 van het Europees Parlement en de Raad van 19 november 2008 betreffende enquêtes naar de structuur van de landbouwbedrijven en de enquête naar de productiemethoden in de landbouw en tot intrekking van Verordening (EEG) nr. 571/88 van de Raad ▌voorziet in een programma van communautaire enquêtes om tot 2016 statistieken van de structuur van landbouwbedrijven te verschaffen.

(5)  Krachtens Verordening (EG) nr. 1059/2003 van het Europees Parlement en de Raad van 26 mei 2003 betreffende de opstelling van een gemeenschappelijke nomenclatuur van territoriale eenheden voor de statistiek (NUTS)(4) moet voor alle statistieken die de lidstaten aan de Commissie toezenden en die naar territoriale eenheden zijn ingedeeld, de NUTS worden gebruikt. Met het oog op de opstelling van vergelijkbare regionale statistieken moeten de territoriale eenheden daarom worden gedefinieerd overeenkomstig de NUTS.

(6)  Om de last voor de lidstaten te beperken, mogen de eisen ten aanzien van de regionale gegevens niet verder gaan dan de eisen die zijn vastgelegd in vroegere wetgeving (tenzij in de tussentijd nieuwe regionale niveaus zijn verschenen). Bijgevolg moet worden toegestaan dat regionale statistische gegevens voor Duitsland en het Verenigd Koninkrijk alleen door de territoriale eenheden op NUTS-1-niveau worden verstrekt.

(7)  Teneinde de uitvoering van deze verordening te vergemakkelijken, is nauwe samenwerking tussen de lidstaten en de Commissie noodzakelijk, met name in het kader van het Permanent Comité voor de landbouwstatistiek, dat is opgericht bij Besluit 72/279/EEG(5) van de Raad.

(8)  Om een soepele overgang vanuit de krachtens de Verordeningen (EEG) nr. 837/90 en (EEG) nr. 959/93 toepasselijke regelingen mogelijk te maken , moet deze verordening het mogelijk maken aan een lidstaat een overgangsperiode van ten hoogste twee jaar toe te staan , wanneer de toepassing van deze verordening op zijn nationaal statistisch systeem ingrijpende aanpassingen met zich mee zou brengen en tot aanzienlijke praktische problemen zou leiden.

(9)  De in deze verordening opgenomen maatregelen voor de productie van statistieken zijn nodig voor de vervulling van de taken van de Gemeenschap. Aangezien het doel van deze verordening , namelijk de vaststelling van een gemeenschappelijk kader voor de systematische productie van statistieken van bebouwd areaal, opbrengst en productie van granen en andere gewassen dan granen, niet voldoende kan worden verwezenlijkt op nationaal niveau en derhalve beter door de Gemeenschap kan worden verwezenlijkt, kan de Gemeenschap maatregelen nemen overeenkomstig het in artikel 5 van het Verdrag neergelegde subsidiariteitsbeginsel. Overeenkomstig het in dat artikel neergelegde evenredigheidsbeginsel gaat deze verordening niet verder dan ║ nodig is om die doelstelling te verwezenlijken .

(10)  Verordening (EG) nr. 322/97 van de Raad van 17 februari 1997 betreffende de communautaire statistiek vormt het referentiekader voor de bepalingen van deze verordening, met name met betrekking tot de naleving van normen inzake onpartijdigheid, betrouwbaarheid, relevantie, kosteneffectiviteit, statistische geheimhouding en doorzichtigheid. Verordening (Euratom, EEG) nr. 1588/90 van de Raad van 11 juni 1990 betreffende de toezending van onder de statistische geheimhoudingsplicht vallende gegevens aan het Bureau voor de Statistiek van de Europese Gemeenschappen (6) vormt een referentiekader voor de toezending en bescherming van vertrouwelijke statistische gegevens in het kader van deze verordening, teneinde ervoor te zorgen dat bij de productie en verspreiding van communautaire statistieken geen sprake is van onrechtmatige openbaarmaking en niet-statistisch gebruik.

(11)  De voor de uitvoering van deze verordening vereiste maatregelen moeten worden vastgesteld overeenkomstig Besluit 1999/468/EG van de Raad van 28 juni 1999 tot vaststelling van de voorwaarden voor de uitoefening van de aan de Commissie verleende uitvoeringsbevoegdheden(7) .

(12)  In het bijzonder moet de Commissie de bevoegdheid worden gegeven om de indieningstabellen te wijzigen. Daar het maatregelen van algemene strekking betreft tot wijziging van niet-essentiële onderdelen van deze verordening, onder meer door haar aan te vullen met nieuwe niet-essentiële onderdelen ▌, moeten zij worden vastgesteld volgens de in artikel 5 bis van Besluit 1999/468/EG bepaalde regelgevingsprocedure met toetsing.

(13)  Verordening (EG) nr. 834/2007 van de Raad van 28 juni 2007 inzake de biologische productie en de etikettering van biologische producten (8) voorziet in de verplichting om relevante statistische gegevens als bepaald in het kader van het Communautair Statistisch Programma, aan de Commissie toe te sturen. Aangezien wordt onderkend dat er behoefte is aan een systematische productie van communautaire statistieken inzake biologische productie en landbouw, wordt verwacht dat de Commissie passende maatregelen, waaronder de indiening van een wetgevingsvoorstel, zal nemen om deze kwestie adequaat aan te pakken.

(14)  Deze verordening laat de statistieken van de eerste ramingen voor plantaardige productie die door de lidstaten op vrijwillige basis worden gemaakt, onverlet.

(15)  Het Permanent Comité voor de landbouwstatistiek is geraadpleegd,

HEBBEN DE VOLGENDE VERORDENING VASTGESTELD :

Artikel 1

Onderwerp

Deze verordening stelt een gemeenschappelijk kader vast voor de systematische productie van communautaire statistieken van het bodemgebruik voor de landbouw en de gewasproductie.

Artikel 2

Definities

1.  ║ Voor de toepassing van deze verordening wordt verstaan onder:
   a) "oogstjaar": het kalenderjaar waarin de oogst begint;
   b) "oppervlakte cultuurgrond": het totale areaal aan bouwland, blijvend grasland, meerjarige cultures en tuinen voor eigen gebruik van de bedrijven, ongeacht de exploitatievorm of de vraag of het als gemeenschappelijke grond wordt gebruikt;
   c) "beteeld areaal": het areaal dat overeenstemt met het ingezaaide areaal; na de oogst evenwel is vernietigd areaal (bv. door natuurrampen) daarvan uitgesloten;
   d) "gewasareaal": het areaal dat overeenstemt met het totale areaal dat is ingezaaid met het oog op de productie van een specifiek gewas in hetzelfde jaar;
   e) "geoogst areaal": het geoogste deel van het gewasareaal. Dit kan daarom gelijk zijn aan of kleiner zijn dan het gewasareaal;
   f) "productieareaal": voor meerjarige teelten het areaal dat in aanmerking komt om in het referentie-oogstjaar te worden geoogst. Uitgesloten zijn alle niet-productieve oppervlakten, zoals nieuwe aanplant die nog niet productief is;
   g) "geoogste productie": de verloren gegane hoeveelheden, de direct op de boerderij geconsumeerde hoeveelheden en de in de handel gebrachte hoeveelheden, uitgedrukt in gewichtseenheden van het basisproduct;
   h) "opbrengst": de geoogste productie per beteeld areaal;
   i) "elkaar opvolgende gewassen" heeft betrekking op een perceel bouwland dat tijdens een bepaald oogstjaar meer dan eens, maar telkens voor slechts één gewas wordt gebruikt. Dat areaal geldt als beteeld areaal voor elk van de gewassen (de begrippen hoofdareaal en nevenareaal zijn in dit verband niet van toepassing);
   j) "gecombineerde gewassen": een combinatie van gewassen die tegelijkertijd een perceel bouwland innemen. Het beteelde areaal wordt in dit geval proportioneel verdeeld naar het grondoppervlak dat de gewassen innemen (de begrippen hoofdareaal en nevenareaal zijn in dit verband niet van toepassing);
   k) "gewassen met een tweeledig doel": gewassen die meer dan één doel hebben en volgens de afspraak worden ingedeeld als primair gewas voor hun hoofdgebruik en als secundair gewas voor hun nevengebruik;
   l) "gewassen onder glas of andere (betreedbare) beschermingsafdekking": gewassen die gedurende de gehele vegetatieve cyclus of voor het grootste deel daarvan onder staand glas of onder een andere hoge afdekking (met glas of met hard of zacht plastic folie, vast of verplaatsbaar) worden geteeld. Hieronder vallen niet het bedekken van grond met plastic folie en gewassen onder stolpen of in niet-betreedbare tunnels of onder draagbare glazen ramen. Arealen met gewassen die tijdelijk onder glas en verder in de open lucht worden geteeld, worden uitsluitend bij de oppervlakte onder glas in aanmerking genomen, behalve wanneer ze maar een zeer korte tijd onder staand glas staan;
   m) "hoofdareaal": het hoofdareaal van een bepaald perceel, dat doorgaans, wanneer het perceel gedurende een oogstjaar slechts voor één gewas wordt gebruikt, ondubbelzinnig door dat gebruik wordt bepaald.

Artikel 3

Dekking

1.  De lidstaten produceren statistieken van de in de bijlage ▌genoemde gewassen die op de oppervlakte cultuurgrond op hun grondgebied worden geproduceerd.

2.  De statistieken zijn representatief voor ten minste 95% van de volgende arealen ▌:
   a) totaal areaal aan akkerlandgewassen (tabel 1);
   b) totaal geoogst areaal aan groenten, meloenen en aardbeien (tabel 2);
   c) totaal productieareaal met meerjarige teelten (tabel 3);
   d) oppervlakte cultuurgrond (tabel 4).

3.  Variabelen die in een lidstaat weinig of niet voorkomen, mogen van de statistieken worden uitgesloten, mits de betrokken lidstaat de Commissie uiterlijk in het kalenderjaar dat onmiddellijk aan elk van de referentieperioden voorafgaat, op de hoogte stelt van alle desbetreffende gewassen en van de drempel die wordt toegepast voor het geringe voorkomen van elk van die gewassen .

Artikel 4

Frequentie en referentieperiode

De lidstaten verstrekken de Commissie jaarlijks de in de bijlage ▌bedoelde gegevens. De referentieperiode is het oogstjaar. Het eerste referentiejaar is 2010.

Artikel 5

Nauwkeurigheid

1.  Lidstaten die steekproefenquêtes houden met het oog op het opstellen van statistieken , nemen de nodige maatregelen om ervoor te zorgen dat de gegevens in tabel 1 ║ aan de volgende nauwkeurigheidseisen voldoen : de variatiecoëfficiënt van de gegevens die op 30 september van het jaar n +1 moeten worden verstrekt, bedraagt (op nationaal niveau) ten hoogste 3% van het beteelde areaal voor elk van de volgende voornaamste gewasgroepen: granen voor korrelwinning (inclusief zaaizaad), drooggeoogste peulvruchten en eiwitrijke gewassen voor korrelwinning (inclusief zaaizaad en mengsels van granen en peulvruchten), wortelgewassen, handelsgewassen en groen geoogste gewassen.

2.   De lidstaten zorgen ervoor dat statistische informatie uit andere bronnen dan statistische enquêtes ▌ten minste van dezelfde kwaliteit is als de informatie uit statistische enquêtes.

3.  Indien zij gebruik maken van administratieve bronnen, stellen de lidstaten de Commissie vooraf in kennis van de gebruikte methoden en van de kwaliteit van de gegevens.

Artikel 6

Indiening bij de Commissie

De lidstaten verstrekken de Commissie (Eurostat) de in de bijlage ▌bedoelde gegevens binnen de voor elke tabel voorgeschreven termijn.

De in de bijlage ▌bedoelde indieningstabellen mogen door de Commissie worden aangepast ▌. Deze maatregelen, die ▌niet-essentiële onderdelen van deze verordening beogen te wijzigen, onder meer door haar aan te vullen , worden vastgesteld volgens de in artikel 9, lid 3, bedoelde regelgevingsprocedure met toetsing.

Artikel 7

Regionale statistieken

1.  De met "R" gemarkeerde gegevens in de bijlage ▌worden uitgesplitst naar de territoriale eenheden op NUTS-1- en NUTS-2-niveau, zoals gedefinieerd in Verordening (EG) nr. 1059/2003. Bij wijze van uitzondering kunnen zij voor Duitsland en het Verenigd Koninkrijk ▌voor territoriale eenheden op NUTS-1-niveau worden verstrekt.

2.  Variabelen die in een lidstaat weinig of niet voorkomen, mogen van de statistieken worden uitgesloten, mits de lidstaat de Commissie uiterlijk in het kalenderjaar dat onmiddellijk aan elk van de referentieperioden voorafgaat , op de hoogte stelt van alle desbetreffende gewassen en van de drempel die wordt toegepast voor het geringe voorkomen van elk van die gewassen .

Artikel 8

Kwaliteitsbeoordeling en verslag

1.  Voor de toepassing van deze verordening zijn de volgende aspecten van de kwaliteitsbeoordeling van toepassing op de in te dienen statistieken:
   a) "relevantie" heeft betrekking op de mate waarin statistieken voldoen aan de huidige en potentiële behoeften van de gebruikers;
   b) "nauwkeurigheid" heeft betrekking op de mate waarin de schattingen de onbekende werkelijke waarden benaderen;
   c) "actualiteit "║ heeft betrekking op het tijdsverloop tussen de beschikbaarheid van de informatie en de gebeurtenis die of het verschijnsel dat door de informatie wordt beschreven;
   d) "stiptheid " heeft betrekking op het tijdsverloop tussen de datum van de publicatie van de gegevens en de datum waarop ze hadden moeten worden gepubliceerd;
   e) "toegankelijkheid" en "duidelijkheid" hebben betrekking op de voorwaarden waaronder de gebruikers de gegevens kunnen verkrijgen, gebruiken en interpreteren;
   f) "vergelijkbaarheid'║ heeft betrekking op de meting van het effect van verschillen in de toegepaste statistische begrippen, meetinstrumenten en meetprocedures wanneer statistieken tussen geografische gebieden of sectoren c.q. gedurende een periode worden vergeleken; en tevens
   g) "coherentie" heeft betrekking op de mate waarin de gegevens op betrouwbare wijze op verschillende manieren en voor verschillende doeleinden kunnen worden gecombineerd.

2.  De lidstaten verstrekken de Commissie (Eurostat) elke drie jaar, en voor de eerste keer eenentwintig maanden na de datum van toepassing van deze verordening, een verslag over de kwaliteit van de toegezonden gegevens.

3.  In het verslag over de kwaliteit wordt aan de hand van de in lid 1 bedoelde kwaliteitsbeoordelingscriteria het volgende beschreven:
   a) de opzet en de methodiek van de in deze verordening bedoelde enquête;
   b) de nauwkeurigheidsniveaus die bij de in deze verordening bedoelde steekproefenquêtes zijn bereikt;
   c) de kwaliteit van andere gebruikte bronnen dan enquêtes.

4 .  De lidstaten stellen de Commissie in kennis van elke methodologische of andere verandering die ▌de statistieken aanzienlijk beïnvloedt. Dit geschiedt uiterlijk drie maanden nadat deze verandering in werking is getreden .

5.  Daarbij wordt het beginsel in acht genomen dat de extra kosten en lasten binnen de grenzen van het redelijke moeten blijven.

Artikel 9

Comitéprocedure

1.  De Commissie wordt bijgestaan door het Permanent Comité voor de landbouwstatistiek, dat is opgericht bij artikel 1 van Besluit 72/279/EEG van de Raad.

2.  Wanneer naar dit lid wordt verwezen, zijn de artikelen 4 en 7 van Besluit 1999/468/EG van toepassing, met inachtneming van artikel 8 van dat besluit.

De termijn bedoeld in artikel 4, lid 3, van dat besluit wordt op drie maanden vastgesteld.

3.  Wanneer naar dit lid wordt verwezen, zijn artikel 5 bis, leden 1 tot en met 4, en artikel 7 van Besluit 1999/468/EG van toepassing, met inachtneming van artikel 8 van dat besluit.

Artikel 10

Overgangsperiode

1.  Voor de uitvoering van deze verordening kan overeenkomstig de in artikel 9, lid 2, bedoelde beheersprocedure aan een lidstaat een overgangsperiode van ten hoogste twee jaar, te rekenen vanaf 1 januari 2010 , worden toegestaan, als de toepassing van deze verordening op zijn nationaal statistisch systeem aanzienlijke aanpassingen vereist en wellicht tot aanzienlijke praktische problemen leidt ▌.

2.  Uiterlijk [exacte datum nog vast te stellen] dient een lidstaat daartoe een met redenen omkleed verzoek in bij de Commissie.

Artikel 11

Intrekking

1.  Onverminderd lid 3 worden de Verordeningen (EEG) nr. 837/90 en (EEG) nr. 959/93 van de Raad op 1 januari 2010 ingetrokken.

2.  Verwijzingen naar de ingetrokken verordeningen worden geïnterpreteerd als verwijzingen naar deze verordening.

3.  In afwijking van artikel 12, lid 2, blijven de lidstaten waaraan een afwijking overeenkomstig artikel 10 is toegestaan, de bepalingen van de Verordeningen (EEG) nr. 837/90 en (EEG) nr. 959/93 van de Raad gedurende de toegestane overgangsperiode toepassen.

Artikel 12

Inwerkingtreding

1.  Deze verordening treedt in werking op de twintigste dag volgende op die van haar bekendmaking in het Publicatieblad van de Europese Unie.

2.  Zij is van toepassing met ingang van 1 januari 2010.

3.  Deze verordening is verbindend in al haar onderdelen en is rechtstreeks toepasselijk in elke lidstaat.

Gedaan te ║

Voor het Europees Parlement Voor de Raad

De Voorzitter De Voorzitter

(1) Standpunt van het Europees Parlement van 19 februari 2009.
(2) PB L 88 van 3.4.1990, blz. 1.
(3) PB L 98 van 24.4.1993, blz. 1.
(4) PB L 154 van 21.6.2003, blz. 1. ║
(5) PB L 179 van 7.8.1972, blz. 1.
(6) PB L 151 van 15.6.1990, blz. 1.
(7) PB L 184 van 17.7.1999, blz. 23. ║
(8) PB L 189 van 20.7.2007, blz. 1.


BIJLAGE

Tabel 1 Akkerlandgewassen

Beteeld areaal

Geoogste produktie

Opbrengst

(1000 hectare)

(1000 ton)

(100 kg/ha)

Indieningstermijnen

31-jan

30-jun

31-aug

30-sept

31-jan

30-sept

30-sept

31-okt

31-jan

30-sept

31-aug

jaar n

jaar n

jaar n

jaar n

jaar n +1

jaar n+1

jaar n

jaar n

jaar n +1

jaar n+1

jaar n

 

 

1

2

3

4

5

6

7

8

9

10

11

LS

boven de drempel

LS

boven de drempel

LS boven

de drempel

Voor alle LS

Voor alle LS

Voor alle LS

Voor alle LS

Voor alle LS

Voor alle LS

Voor alle LS

LS

boven de drempel

Deel A

Granen voor korrelwinning (inclusief zaden)*

-

-

-

-

X

R

-

-

X

R

-

Granen (met uitzondering van rijst)*

-

-

-

-

X

X

-

-

X

X

-

Zachte tarwe en spelt, waarvan:

X

X

X

X

R

X

X

X

R

X

Wintertarwe

X

X

X

X

X

X

X

X

X

X

X

Harde tarwe

X

X

X

X

X

R

X

X

X

R

X

Rogge en mengkoren

X

X

X

X

X

R

X

X

X

R

X

Gerst waarvan:

-

X

X

X

X

R

X

X

X

R

X

Wintergerst

X

X

X

X

X

X

X

X

X

X

X

Haver

-

X

X

X

X

X

X

X

X

X

X

Andere graanmengsels dan mengkoren

-

-

-

-

X

X

-

-

X

X

-

Korrelmaïs en zaad-spil-mengsel

-

X

X

X

X

R

X

X

X

R

X

Sorghum*

-

X

X

X

X

X

X

X

X

X

X

Triticale*

X

X

X

X

X

X

X

X

X

X

X

Gierst, boekweit, kanariezaad

-

-

-

-

X

X

-

-

X

X

-

Rijst

-

X

X

X

X

X

X

X

X

X

X

waaronder: Indica

-

-

-

-

X

X

-

-

X

X

Japonica

-

-

-

-

X

X

-

-

X

X

Tabel 1 Akkerlandgewassen

Beteeld areaal

Geoogste produktie

Opbrengst

(1000 hectare)

(1000 ton

(100 kg/ha)

31-jan

30-jun

31-aug

30-sept

31-mar

30-sept

30-sept

31-okt

31-mar

30-sept

31-aug

jaar n

jaar n

jaar n

jaar n

jaar n +1

jaar n

jaar n

jaar n +1

jaar

n+1

jaar n

1

2

3

4

5

6

7

8

9

10

11

LS boven de drempel

LS boven de drempel

LS boven

de drempel

Voor alle LS

Voor alle LS

Voor alle LS

Voor alle LS

Voor alle LS

Voor alle LS

Voor alle LS

LS boven de drempel

Deel B

Drooggeoogste peulvruchten en eiwitrijke gewassen voor korrelwinning

(inclusief zaden en mengsels van granen en peulvruchten )

-

-

-

-

X

R

-

-

X

X

-

Erwten

-

X

X

X

X

X

X

X

X

X

X

Tuin- en veldbonen

-

X

X

X

X

X

-

X

X

X

-

Niet-bittere lupinen

-

-

-

-

X

X

-

-

X

X

-

Andere drooggeoogste peulvruchten, n.e.g.

-

-

-

-

X

X

-

Hakvruchten

-

-

-

-

X

X

-

-

X

X

-

Aardappelen (inclusief primeurs en pootaardappelen)

-

X

X

X

X

X

-

X

X

X

-

Suikerbieten (exclusief zaaizaad)

-

X

X

X

X

R

-

X

X

R

-

Andere hakvruchten, n.e.g.

-

-

-

-

X

X

-

Gewassen voor industrieel gebruik

-

-

-

-

X

X

-

-

X

X

-

Kool- en raapzaad

-

X

X

X

X

R

X

X

X

R

X

waaronder: winterraap

X

X

X

X

X

X

X

X

X

X

X

Zonnebloempitten

-

X

X

X

X

R

X

X

X

R

X

Lijnzaad

-

-

-

-

X

R

-

-

X

X

-

Sojabonen

-

X

X

X

X

R

X

X

X

R

X

Katoenzaad

-

-

-

-

-

-

-

-

X

X

-

Andere oliehoudende gewassen

-

-

-

-

X

X

-

Vezelvlas

-

-

-

-

X

R

-

-

X

X

-

Hennep

-

-

-

-

X

X

-

-

X

X

-

Katoenvezel

-

-

-

-

X

R

-

-

X

X

-

-

Hop

-

-

-

-

X

X

-

-

X

X

-

Tabak

-

-

-

-

X

R

-

-

X

R

-

Aromatische planten, geneeskrachtige kruiden en specerijen

-

-

-

-

X

X

-

-

X

X

-

-

Energiegewassen n.e.g

-

-

-

-

X

X

-

-

X

X

-

Groen geoogste gewassen

-

-

-

-

X

X

-

-

-

-

-

Eenjarige groen geoogste gewassen

-

-

-

-

X

X

-

-

X

X

-

waarvan : Snijmaïs

-

X

X

X

X

X

X

X

X

X

X

Andere eenjarige groen geoogste gewassen, waarvan:

-

-

-

-

-

-

-

-

-

-

-

Groen geoogste granen

-

-

-

-

X

X

-

-

X

X

-

Peulvruchten

-

-

-

-

X

X

-

-

-

-

-

Tijdelijk grasland en begrazing

-

-

-

-

X

X

-

-

-

-

-

*De productiecijfers voor deze producten wordt vermeld in gemiddelde vochtigheidsgraad, waarvan elke lidstaat de Commissie in januari/maart van ieder jaar n+1(kolom 9) in kennis stelt.

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

De schattingen voor de kolommen 1, 2, 3 en 11 zijn verplicht voor lidstaten met een jaarlijkse gemiddelde nationale productie in de afgelopen 3 jaar van meer dan:

3 000 000 ton voor zachte tarwe,

1 000 000 ton voor harde tarwe,

900 000 ton voor gerst,

100 000 ton voor rogge en mengkoren,

1 500 000 ton voor korrelmaïs,

200 000 ton voor triticale,

150 000 ton voor rogge en mengkoren,

70 000 ton voor erwten,

50 000 ton voor veldbonen,

300 000 ton voor raapzaad,

200 000 ton voor zonnebloempitten,

60 000 ton voor soja,

700 000 ton voor aardappelen,

2 500 000 ton voor suikerbieten,

en 4 5000 000 ton voor snijmaïs .

Tabel 2 Groenten, meloenen en aardbeien

Geoogst areaal

Geoogste produktie

(1000 hectare)

(1000 tonnes)

Totaal

▌ 

 

 

Indieningstermijnen

31-maart

30-sept

31-maart

30-sept

jaar n+1

jaar n+1

▌ 

jaar n+1

jaar n+1

 

1

2

▌ 

3

4

Groenten, meloenen en aardbeien

X

 ▌

 ▌

 

 

 

 

Kool

 ▌

▌ 

▌ 

Bloemkool en broccoli

X

 ▌

X

▌ 

Witte kool

X

 ▌

X

 ▌

Blad- en stengelgroenten

▌ 

 ▌

Selderij

X

 ▌

X

Prei

X

 ▌

X

Sla

X

 ▌

X

Waarvan onder glas of andere betreedbare beschermings-afdekking 1

X

 

Andijvie

X

 ▌

X

Spinazie

X

 ▌

X

Asperges

X

 ▌

X

Witloof

X

 ▌

X

Artisjokken

X

 ▌

X

Groenten geteeld voor hun vruchten

▌ 

 ▌

Tomaten

X

 ▌

X

Waarvan onder glas of andere betreedbare beschermings-afdekking 1

X

 

Tomaten voor verse consumptie

X

 ▌

X

Komkommers

X

 ▌

X

Waarvan onder glas of andere betreedbare beschermings-afdekking 1

X

 

Augurken

X

 ▌

X

Meloenen

X

 ▌

X

Watermeloenen

X

 ▌

X

Aubergines

X

 ▌

X

Courgettes

X

 ▌

X

Rode peper, capsicum

X

 ▌

X

Waarvan onder glas of andere betreedbare beschermings-afdekking 1

X

 

Wortel, knol- en bolgewassen

▌ 

 ▌

Wortels

X

 ▌

X

Knoflook

X

 ▌

X

Uien

X

 ▌

X

Sjalotten

X

 ▌

X

Knolselderij

X

 ▌

X

Radijs

X

 ▌

X

Peulvruchten

X

 ▌

Erwten

X

 ▌

X

Bonen

X

 ▌

X

▌ 

 ▌

Aardbeien

X

 ▌

X

Waarvan onder glas of andere betreedbare beschermings-afdekking 1

X

 ▌

Gekweekte paddestoelen

X

 ▌

 ▌

X

 ▌

1 De schattingen zijn verplicht voor lidstaten met een geoogst areaal van 500 ha of meer

Tabel 3 Meerjarige teelten

Productieareaal

Geoogste produktie

(1000 hectare)

(1000 ton)

Indieningstermijnen

31 maart

31 maart

30-sept

jaar n+1

jaar n+1

jaar n+1

 

1

2

3

Meerjarige teelten

X

▌ 

 ▌

Fruit van gematigde breedten

▌ 

▌ 

 ▌

Appels

X

X

▌ 

waarvan appels voor verse consumptie

 ▌

X

▌ 

Peren

X

X

▌ 

Perziken

X

X

 ▌

Abrikozen

X

X

 ▌

Nectarines

X

X

 ▌

Kersen, waarvan:

X

X

 ▌

Zure kersen

X

X

 ▌

Pruimen

X

X

 ▌

Kleinfruit ▌

▌ 

▌ 

 ▌

Zwarte aalbessen

X

X

 ▌

Frambozen

X

X

 ▌

Noten1

▌ 

 ▌

 ▌

Walnoten

X

X

 ▌

Hazelnoten

X

X

 ▌

Amandelen

X

X

 ▌

Kastanjes

X

X

 ▌

Fruit van subtropische breedten ▌

▌ 

▌ 

 ▌

Vijgen

X

X

 ▌

Kiwi's

X

X

 ▌

Avocado's

X

X

 ▌

Bananen

X

X

 

Citrusvruchten1

X

▌ 

 ▌

Pompelmoezen en pomelo's

X

▌ 

X

Citroenen en limoenen

X

▌ 

X

Sinaasappelen

X

▌ 

X

Kleine citrusvruchten

X

 ▌

X

Satsuma's

X

▌ 

X

Clementines

X

▌ 

X

Druiven1

X

X

▌ 

Druiven voor wijn:

X

X

 ▌

Wijn met beschermde oorsprongsbenaming

X

 ▌

Wijn met beschermde geografische aanduiding

X

X

 ▌

Andere wijn

X

X

 ▌

Tafeldruiven

X

X

▌ 

Rozijnen

X

X

▌ 

Olijven1

 ▌

▌ 

▌ 

Tafelolijven

X

X

▌ 

Olijven voor het vervaardigen van olie

X

X

▌ 

 ▌

▌ 

 ▌

▌ 

1 De schattingen zijn verplicht voor lidstaten met een nationaal productieareaal van 500 ha of meer

Tabel 4 Bodemgebruik

Hoofdareaal

(1000 hectare)

Indieningstermijn

30-sept

jaar n+1

 

Oppervlakte cultuurgrond

R

Bouwland

R

Granen voor korrelwinning (inclusief zaaizaad)

X

Drooggeoogste peulvruchten en eiwitrijke gewassen voor korrelwinning

(inclusief zaden en mengsels van granen en peulvruchten )

X

Aardappelen (inclusief primeurs en pootaardappelen)

X

Suikerbieten (exclusief zaaizaad)

X

Gewassen voor industrieel gebruik

X

Verse groenten, meloenen en aardbeien

X

Bloemen en sierplanten (exclusief boomkwekerijgewassen)

X

Groen geoogste gewassen

X

Overige gewassen op bouwland

X

Braakland

R

Blijvend grasland

R

Meerjarige teelten waarvan:

X

Boomgaarden en kleinfruit

R

Olijfboomgaarden

R

Wijngaarden

R

Boomkwekerijgewassen

X

Laatst bijgewerkt op: 27 februari 2009Juridische mededeling