Verslag van de vergadering van 26 maart 2024 (2023/2024 nr. 25)
Status: gecorrigeerd
Aanvang: 18.18 uur
De heer Schalk i (SGP):
Dank u wel, voorzitter. Ik wens niet alleen het woord omdat ik ook weleens een keer in een vierde termijn het woord wil voeren, maar ook om te melden dat mijn fractie natuurlijk nog steeds tegen discriminatie is. Ik ga niet het hele debat herhalen van de vorige keren. Ik ga niet herhalen waarom mijn fractie zowel in de Tweede als in de Eerste Kamer tegen dit wetsvoorstel is. Ik wil eigenlijk een ander punt aan de orde stellen.
De taak van deze Kamer ligt niet in het stichten van het goede, maar in het voorkomen van het kwade. Blijkbaar leidt deze wet, in ieder geval zoals die is ingediend, tot iets wat we op de een of andere manier willen voorkomen. Dat liep in eerste instantie uit op het faseren in de handhaving en, grote stappen gauw thuis, nu uiteindelijk in de toezegging dat er een nieuwe wet komt die de nu voorliggende wet ontkracht of uitkleedt voor alle bedrijven tot 50 personen. Dat lijkt goed nieuws voor het mkb, maar wij zitten hier niet voor het goede nieuws, maar voor het goede wetgevingsproces. Dan is de koninklijke weg een novelle. Ik heb een beetje het gevoel dat we staatsrechtelijk aan het slalommen zijn. Dat heb ik nog nooit gedaan — ik heb nog nooit geskied — maar ik heb de indruk dat we dat aan het doen zijn. Dat leidt tot een grillig spoor met een onzekere uitkomst. Mijn fractie zal dat grillige spoor niet volgen.
Mijn oproep aan de minister zou zijn: bewandel de koninklijke weg. Waarom niet een novelle? Dat is vraag één. Mijn tweede vraag aan de minister: is deze wet beter geworden na de laatste brief?
Dank u wel, voorzitter.
De voorzitter:
Dank u wel, meneer Schalk. Ik kijk naar mevrouw Huizinga. Nee. Mevrouw Van Aelst? Ja. Het woord is aan mevrouw Van Aelst namens de SP.