Plenair Belhirch bij behandeling Begroting Buitenlandse Zaken 2025



Verslag van de vergadering van 22 april 2025 (2024/2025 nr. 27)

Status: ongecorrigeerd

Aanvang: 14.37 uur

Een verslag met de status "ongecorrigeerd" is niet voor citaten en er kan geen recht aan ontleend worden.


Bekijk de video van deze spreekbeurt

Mevrouw Belhirch i (D66):

Voorzitter. "Hoeveel geweld zien we! Hoeveel minachting wordt er soms opgewekt jegens kwetsbaren, gemarginaliseerden en migranten! Gebruik de beschikbare middelen om de behoeftigen te helpen, honger te bestrijden en initiatieven te stimuleren die ontwikkeling bevorderen. Dit zijn de 'wapens' van de vrede: wapens die de toekomst bouwen, in plaats van doodszaaierij te zaaien." Met die woorden gaf paus Franciscus afgelopen zondag opnieuw een stem aan wie vaak niet gehoord worden. Hij herinnerde ons eraan dat ware macht begint bij compassie. Zijn overlijden betekent het verlies van een moreel baken in een tijd van wereldwijde onzekerheid. Zijn leiderschap zullen we missen.

In een wereld vol spanningen en verschuivingen spreken wij vandaag over de begroting voor het Nederlands buitenlandbeleid, want het buitenland raakt onze veiligheid, onze economie en onze waarden. Oekraïne, Gaza, Sudan, Myanmar, Congo en Jemen zijn niet alleen plekken op de kaart, maar brandhaarden van menselijk leed. Miljoenen mensen zijn op de vlucht of leven in angst. De oorlog in Gaza en de Russische agressie in Oekraïne raken ook onze samenleving diep. Ze brengen verdriet, verdeeldheid en confronteren ons met vragen over rechtvaardigheid, medemenselijkheid en leiderschap. De spanningen in de Indo-Pacific nemen toe. De dreiging van cyberaanvallen groeit. De wapenwedloop versnelt. De klimaatcrisis verergert instabiliteit. Droogte, voedselschaarste en natuurrampen wakkeren conflicten aan. En het internationaal recht staat onder druk, precies op het moment dat we het het hardst nodig hebben. Zoals de Wetenschappelijke Raad voor het Regeringsbeleid, de WRR, het treffend stelde: veiligheid is geen losstaand dossier. Onze weerbaarheid staat of valt met de samenhang tussen waarden, welvaart en visie.

Voorzitter. De oorlog in Gaza heeft de grenzen van menselijkheid overschreden en tast het fundament van het internationaal recht aan. Er moet een einde komen aan deze verschrikkelijke oorlog. Humanitaire hulp moet ongehinderd toegang krijgen, gijzelaars moeten worden vrijgelaten en er moet een onafhankelijk onderzoek komen naar oorlogsmisdaden. Veiligheid en vrede zijn rechten, voor Israëli's en Palestijnen. Zolang vrouwen en kinderen sterven onder het puin, kunnen wij niet wegkijken. Nederland is hoofdstad van het internationaal recht. Dat schept een verantwoordelijkheid, juist in tijden van oorlog. Een vraag aan de minister: wat doet Nederland concreet om toegang tot humanitaire hulp mogelijk te maken en om te voorkomen dat de hulp na juni stilvalt? Het oorlogszuchtige beleid van premier Netanyahu vraagt om kritische internationale toetsing en verantwoordelijkheid. Waar staat dit kabinet? Waar staat de minister? Waar blijft het Nederlandse leiderschap? Dit vraagt om een duidelijke principiële reactie, in Europees verband maar ook bilateraal.

Voorzitter. Een van de grootste geopolitieke verschuivingen is die in onze trans-Atlantische relatie. Onder president Trump is de VS opgeschoven naar een meer transactionele koers. Wat ooit een band van gedeelde waarden was, wordt nu meer en meer een relatie van belangen. Die koerswijziging laat sporen na. Niet alleen in beleid, maar ook in vertrouwen. De handelsoorlog raakt onze economie direct. Ze raakt onze bedrijven en onze banen en vergroot de geopolitieke onzekerheid. Mijn vraag aan de minister is hoe hij de huidige Nederlands-Amerikaanse relatie beoordeelt. Wat is de reactie van dit kabinet op deze verschuiving en de uitlatingen van Trump en Vance over Europa?

We zien wereldwijd een afbrokkeling van democratische waarden. Mensenrechten staan onder druk. De ruimte voor maatschappelijke organisaties wordt kleiner. Vrouwen, minderheden, journalisten en activisten wordt het zwijgen opgelegd. En dat gebeurt niet alleen ver weg. Ook binnen Europa, ook binnen Unie waait een conservatieve wind die vrijheid, gelijkheid en tolerantie ondermijnt. Nederland heeft als grondwettelijke opdracht het bevorderen van de internationale rechtsorde, vrede, veiligheid en stabiliteit. Dat is geen abstract ideaal. Het raakt aan wie we zijn en aan wat we willen betekenen, voor onze mensen en voor de wereld daarbuiten. Nederland heeft internationaal een sterke reputatie, maar zo'n reputatie is niet vanzelfsprekend. Ze is opgebouwd met decennia van diplomatie, strategisch beleid en overtuigde inzet voor internationale samenwerking. Die positie staat nu onder druk. Sinds dit kabinet is Nederland steeds vaker onzichtbaar op het internationale toneel. We zijn een betekenisvol handelsland met een sterke diplomatieke traditie, maar als we onzichtbaar zijn, verliezen we die plek en daarmee ook onze invloed. Zichtbaarheid is nu geen luxe, maar noodzaak. Als wij geen leiderschap tonen, doen anderen het, met andere belangen, andere waarden. Naast de WRR laat ook de IOB zien hoe die druk zich opbouwt. De diplomatieke slagkracht kraakt, de werkdruk is structureel te hoog, er is te weinig ruimte voor strategische deskundigheid en Nederlanders blijven ondervertegenwoordigd in EU- en NAVO-staven, met verlies aan invloed tot gevolg.

Voorzitter. Dankzij de inzet van de minister is het bezuinigingspercentage op de diplomatieke posten teruggebracht van 22% naar 10%. Dat verdient waardering, maar het blijft een forse klap. Hoe rijmt de minister de ambitie tot multilaterale invloed met het afschalen van ons diplomatieke netwerk? Wat doet hij concreet om Nederland op sleutelposities in multilaterale fora te krijgen? Welke impact hebben de aangekondigde sluitingen, niet alleen in euro's, maar ook in menskracht en geopolitieke zichtbaarheid?

De AIV waarschuwde al in 2017. Eerdere bezuinigingen op het postennet vormden een forse aanslag op het vermogen van Nederland om op te komen voor fundamentele waarden en belangen. Hoe voorkomt de minister dat we opnieuw die fout maken? Wordt er samengewerkt met gelijkgestemde landen om bijvoorbeeld posten te delen?

Afgelopen maand behandelden we met minister Klever de BHO-begroting. We gaan dat debat hier vandaag niet herhalen, maar ik wil wel één punt benadrukken. Oud-Commandant der Strijdkrachten Tom Middendorp zei het treffend: een stabiel, ruim ontwikkelingsbudget is essentieel om veiligheidsdoelen te behalen. Defensie, diplomatie, handel en ontwikkelingssamenwerking versterken elkaar. Mijn vraag aan de minister is: wat is zijn visie op geïntegreerd buitenlandbeleid?

Voorzitter. Nederland behoort tot de kopgroep met betrekking tot multilaterale mensenrechtenfora. Die rol is waardevol en vraagt om inzet. Het is daarom zorgelijk dat het Mensenrechtenfonds wordt gekort. Ambassades hebben minder ruimte om organisaties en mensenrechtenverdedigers te ondersteunen. Instrumenten als Matra en Shiraka zijn juist nu essentieel, vooral aan de randen van Europa. Hoe blijft Nederland effectief bijdragen aan mensenrechten, zeker nu die steun onmisbaar is, vraag ik de minister.

Mensenrechten, maatschappelijke ruimte en gendergelijkheid zijn fundamenten van vrede. In fragiele regio's betekent veiligheid ook toegang tot recht, onderwijs en zorg. Vrouwenrechten zijn daarin een strategisch anker en toch worden vrouwen vaker uitgesloten, ook in vredesprocessen. Over twee maanden verwelkomt Nederland hier in Den Haag de NAVO-top, misschien wel de belangrijkste top sinds het einde van de Koude Oorlog. Deze top is meer dan een militaire bijeenkomst. Het is een kans om onze principes zichtbaar te maken en leiderschap te tonen. Hoe worden vrouwen, vrede en veiligheid, oftewel WPS, inclusief resolutie 1325 betrokken bij deze top?

Juist nu zien we dat vrouwen en vrouwenorganisaties steeds minder betrokken worden bij vredesonderhandelingen van Sudan tot Gaza, terwijl we weten dat hun betrokkenheid leidt tot duurzame vrede. Dit is geen idealisme. Dit is effectief veiligheidsbeleid. Kan de minister toezeggen dat Nederland, gezien onze trekkersrol, juist nu extra inzet toont op dit terrein, ook tijdens de NAVO-top?

Voorzitter. Wij hebben met grote verontwaardiging kennisgenomen van de aankondiging van de minister om het feministisch buitenlandbeleid los te laten. Juist nu, in een wereld waarin vrouwenrechten onder druk staan, vrouwen uitgesloten worden van vredesprocessen en gendergelijkheid wereldwijd wordt teruggeduwd, is het van essentieel belang dat Nederland pal staat voor dit beleid. Daarom dring ik er bij de minister op aan om dit beleid te handhaven. Het feministisch buitenlandbeleid is geen ideologisch project, maar een effectieve strategie voor vrede, stabiliteit en inclusieve ontwikkeling. Juist nu moet Nederland leiderschap tonen: niet terugtrekken, maar doorgaan, en niet relativeren, maar versterken.

Tot slot, voorzitter. Nederland heeft als klein land grote invloed gehad, juist omdat we waarden, diplomatieke kracht en internationale samenwerking durfden te combineren. Laten we koers houden: principieel, betrokken, moedig. Nederland moet zichtbaar zijn voor onze veiligheid, onze mensen en de wereld die op ons rekent. Vrede en veiligheid zijn namelijk geen gevolg van macht, maar van de moed om op te komen voor recht.

Dank u wel.

De voorzitter:

Dank u wel, mevrouw Belhirch. Dan is het woord aan de heer Hartog namens Volt.