Plenair Kemperman bij behandeling Participatiewet in balans



Verslag van de vergadering van 23 september 2025 (2025/2026 nr. 01)

Status: ongecorrigeerd

Aanvang: 15.24 uur

Een verslag met de status "ongecorrigeerd" is niet voor citaten en er kan geen recht aan ontleend worden.


Bekijk de video van deze spreekbeurt

De heer Kemperman i (FVD):

Voorzitter, collega's. Dank aan de staatssecretaris voor zijn aanwezigheid.

Forum voor Democratie is nog niet overtuigd van de Participatiewet in balans. De intentie lijkt ons goed: de bestaanszekerheid versterken en de menselijke maat herstellen. In het voorstel lezen we echter dat dit een verzameling van losse technocratische maatregelen is die de kernproblemen van deze wet niet oplossen. De Participatiewet wordt ervaren als hard, complex en weinig ondersteunend. Gemeenten voelen zich geklemd tussen regels en de menselijke maat; het is hier al veel gezegd. Het moet inderdaad anders.

Dit wetsvoorstel voegt echter vooral nieuwe regelingen toe, zoals giftenvrijlating, een bufferbudget en verruimde vrijlatingsmogelijkheden bij werk. Dit zijn goedbedoelde stappen, maar zij vergroten juist — daar hebben wij angst voor — de bureaucratie en de afhankelijkheid van gemeentelijke loketten. In plaats van vereenvoudiging ontstaat er opnieuw een ingewikkelder stelsel van wetgeving. Twintig maatregelen in spoor 1 moeten door overbelaste gemeenten worden uitgewerkt tot een uitvoerbaar sociaal beleid. Willekeur — het is al veel gezegd — en ongelijke interpretatie van opnieuw meer regels liggen op de loer. Een vraag aan de staatssecretaris: hoe voorkomt u dat deze regelingen leiden tot meer in plaats van minder bureaucratie en ongelijkheid tussen gemeenten?

Voorzitter. De bijstand zou een vangnet moeten zijn voor wie dat tijdelijk nodig heeft, maar mag nooit een permanente verblijfplaats worden. In de praktijk zien we echter dat dit inkomensvangnet voor velen verandert in een langdurige sociaal-maatschappelijke gevangenis. Maar liefst 70% van de bijstandsgerechtigden zit langer dan twee jaar in de bijstand. Wel geld, maar geen perspectief op deelname aan de samenleving door werk of anderszins, is stilstand of achteruitgang.

Daarbij komt een voortdurende financiële onzekerheid door ingewikkelde verrekeningen met toeslagen en inkomsten. Mensen zien dus nauwelijks mogelijkheden om economisch en maatschappelijk vooruit te komen. Dit is niets minder dan relatieve armoede, een situatie die door dit beleid niet echt wordt doorbroken, maar eerder bestendigd. Een onsje meer, een onsje minder werkt op deze manier niet.

De regering verwijst daarbij ook naar de Europese armoedegrens van 60% van het mediane inkomen, maar die definitie zegt weer weinig over de kansen op economische mobiliteit. Een vraag aan de staatssecretaris: hoe geeft dit wetsvoorstel mensen daadwerkelijk de kans om boven die grens uit te komen, in plaats van hen structureel afhankelijk te houden van toeslagen en minimaregelingen?

Voorzitter. De voorgestelde verruiming voor de bijverdiengrenzen is slechts symptoombestrijding. Forum voor Democratie kiest voor een fundamenteel andere benadering: een belastingvrije voet van €30.000 en een vlaktaks van 20%. Daarmee wordt het stelsel eenvoudig en transparant en loont werken altijd. Wij vrezen dat de uitwerking van dit gerepareerde beleid, hoe sympathiek ook bedoeld, zal leiden tot een berg werk voor gemeenten, tot meer beleidsambtenaren en dure ingehuurde consultants, en overal een eigen invulling van de maatregelen. Dit gaat meer kosten dan er straks extra terechtkomt bij de doelgroep die wij willen helpen.

Wij snappen dat onze fundamenteel andere kijk op het stelsel en de wens om het stelsel drastisch te vervormen heel spannend is en makkelijk kan worden weggehoond of weggewoven. Maar laten we elkaar nu eens uitdagen om echt buiten de kaders te denken en lef te tonen, al is het maar in de vorm van een denkexercitie. Het ronddolen in failliete systemen heeft ons inmiddels een vastgelopen sociaal stelsel opgeleverd.

Een vraag aan de staatssecretaris: erkent u dat de beperkte technische aanpassingen van de Participatiewet het risico in zich dragen dat uitvoerbaarheid en handhaafbaarheid weer moeilijker worden en zelfs duurder uitpakken dan de beoogde effecten, en dat daardoor weer andere problemen kunnen ontstaan? Het kost ons straks meer om deze wet uit te voeren en handen en voeten te geven dan we er straks mee denken te bereiken. En de giftenverruiming is niet te monitoren, dus niet te handhaven. Waarom zouden wij die verruiming willen?

Mevrouw Bakker-Klein i (CDA):

Ik vraag mij echt oprecht af wat precies de extra kosten voor gemeenten zijn als ze deze maatregelen moeten gaan invoeren. Ambtenaren voeren nu al de Participatiewet uit, wat hartstikke ingewikkeld is. Dit is een vereenvoudiging. Wat zijn dan de extra kosten?

De heer Kemperman (FVD):

Dank aan collega Bakker-Klein. Wij denken dat de gemeenten weer een hele golf aan anders te interpreteren beleidsvoorstellen op zich af zien komen, ook al zijn het verruimingen. Regels moeten weer worden aangepast. Kaders moeten weer worden aangepast. Mensen moeten weer trainingen en instructies krijgen. Gemeenten zijn al overbelast. We krijgen straks weer de vlucht naar de zzp'ers, de ingehuurde senior beleidsmedewerkers, die allemaal gaan helpen. Ik heb u net een betoog horen houden waarin u zelf mooi de systeemwereld introduceerde. Voor de leefwereld van de mensen in gemeentehuizen en de mensen die we tot de doelgroep rekenen, leidt dit weer tot heel veel gedoe en tot een overbelasting. Dan kun je "dat kost geen extra geld" zeggen, maar volgens mij kost dat heel veel extra geld vanwege de extra inzet om al die mensen weer aan die regels te laten wennen.

Mevrouw Bakker-Klein (CDA):

De meeste ambtenaren die ik heb gesproken die in de uitvoering werken, hebben gevraagd om de versoepeling van regels omdat ze daardoor hun werk beter kunnen uitvoeren. Wat nu heel veel geld kost, is dat ze dit in de praktijk eigenlijk al doen, maar vervolgens twee uur achter de computer zitten om te verantwoorden wat ze niet hebben gedaan. Ze proberen namelijk toch om de mensen voor wie zij er zijn, te ondersteunen. We hebben het nu niet over fundamentele herzieningen. U en ik vinden het allebei nodig om in dit eerste traject te kijken naar wat die ambtenaren eigenlijk allemaal aan het doen zijn. Ze proberen de menselijke maat te hanteren, maar gehinderd door regels wordt er een enorme administratieve rompslomp opgetuigd. Laten we hiermee een beetje tegemoetkomen aan het werk dat zij moeten doen. Dit is dus een eerste stap. U zegt dat dit meer gaat kosten, maar dit gaat wat opleveren. Natuurlijk moeten we bij de herziening kijken of we überhaupt dit soort onzin willen.

De heer Kemperman (FVD):

Ik zou mevrouw Bakker-Klein heel graag willen volgen. Ik zou willen dat het zo werkt, maar we weten allemaal dat in de angst ... In deze discussie, in dit debat, zijn het mensbeeld van wantrouwen en het negatief kijken naar mensen al genoemd. We gaan zo weer allemaal regeltjes krijgen, zelfs voor die verruiming. Mensen moeten worden opgeleid. Er is uniformering van regeltjes en er zijn uitzonderingen op die regeltjes, zelfs al zijn het verruimde regeltjes. We leven nu eenmaal in een wereld die niet kan omgaan met dit soort vrijheidsgraden. Dat is zeker het geval op het beleidsniveau aan de kant van de ambtenaren in de uitvoeringspraktijk. Ik ben er echt huiverig voor dat dat weer gaat leiden tot extra werk. Door collega Belhirch is net gezegd dat er een nieuw kader moest komen in het kader van de verruiming van deze wetgeving. Dan komt er weer zo'n kader bij. Daar ben ik echt beducht voor.

Mevrouw Ramsodit i (GroenLinks-PvdA):

We kunnen allemaal huiveringen hebben op allerlei fronten in deze samenleving, maar ik denk dat het goed is om uit te gaan van vertrouwen, wat deze wet ook doet. Ik ben heel benieuwd of u ook verschillende mensen gesproken heeft waardoor dit signaal naar boven komt. Mevrouw Bakker zei het volgende al, en ik ook. Ik heb ook verschillende mensen gesproken. Er is een noodzaak om tot dat vertrouwen te komen. Ik hoor in uw betoog eigenlijk dat dat vertrouwen er niet is. Ik zou u dus eigenlijk willen vragen om ook de kant van het vertrouwen te zien.

De heer Kemperman (FVD):

Dank u wel, mevrouw Ramsodit. Dat spijt mij dan, want mijn hele betoog is juist gebouwd op het geven van meer vertrouwen en meer ruimte geven dan er nu in de marge van deze wet wordt toegestaan. Ik zal u een voorbeeld geven als antwoord op uw interruptie. Ik ben afgelopen week een wandeling gaan maken met een jonge dame die drie jaar dakloos is geweest in Den Haag. Zij is drie jaar lang niet gezien door alle loketten, door alle hulpverleners die hier in de stad aanwezig zijn om haar doelgroep te helpen. Zij was een casus, totdat er iemand was die fundamenteel buiten de regels durfde te treden, en niet alleen een beetje meer in de marge, want dat probeerde iedereen en dat leidde tot niks: operatie geslaagd, patiënt overleden. Alle vinkjes stonden op de juiste plek en toch was deze jonge dame drie jaar werkloos, met alle vreselijke gevolgen van dien.

Wij pleiten juist voor meer vertrouwen; vandaar ook die belastingvrije voet van €30.000. "Dat is heel spannend, want een vlaktaks van 20% is niet te betalen natuurlijk." Wij denken van wel. Ik pleit dus juist voor meer verruiming voor deze doelgroep dan dat dit wetsvoorstel ons biedt.

Voorzitter, ik vervolg mijn betoog, maar niet dan nadat meneer Peters ...

De heer Petersen i (VVD):

De heer Kemperman roept angstbeelden op van een overdaad aan extra regels die de gemeenten zullen moeten verwerken in de nasleep van een eventuele aanname en inwerkingtreding van deze wet. Kan hij de drie meest aansprekende voorbeelden geven die kunnen helpen om ons ervan te overtuigen dat gemeenten daarop gaan vastlopen?

De heer Kemperman (FVD):

Nee, ik kan de heer Petersen niet drie concrete voorbeelden geven. Ik constateer alleen wat we zien in het maatschappelijk middenveld, zeker in de uitvoeringspraktijk van met name zorgwetten, namelijk het volgende. Als er nieuw beleid komt bij de overbezette gemeentes, met de complexiteit van wetgeving, zeker hoe de wetgeving in elkaar ingrijpt met belastingmaatregelen en alle bestaande regelingen, dan worden er per direct consultantbureaus ingevlogen om dat beleid weer te vertalen naar — al is het verruimde — wet- en regelgeving. Dan worden mensen daar weer voor ingehuurd à €85 of €90 per uur, die mij na een halfjaar persoonlijk vertellen dat ze hun opdracht aan het formuleren zijn in het sociaal-maatschappelijk domein om nieuw beleid te ontwikkelen. Dat is de systeemwereld waar we nu in vastlopen. Daar is deze doelgroep niet mee geholpen.

Ik kan u dus geen concrete voorbeelden noemen, maar ik vrees wel dat dit dezelfde trend oplevert die we eigenlijk al continu zien. Heel veel mensen aan de dienstverleningskant verdienen daar misschien wel een aardige boterham aan, maar je kunt het geld beter besteden aan mensen uit de doelgroep die we proberen te helpen.

De heer Petersen (VVD):

Ik heb net bij collega Van Apeldoorn ook al om concretisering van dreigbeelden gevraagd en die helaas niet gekregen. Ik probeer het bij de heer Kemperman nu ook, want er staan ons verschrikkelijke dingen te wachten, als ik de heer Kemperman mag geloven. Maar als ik vraag of hij drie voorbeelden kan geven om dat te illustreren, blijft het stil. Ik zou de heer Kemperman het volgende willen vragen. Met de extra tijd die hij heeft gekregen tijdens mijn tweede interruptie, of mijn tweede vraag, kan hij dan, Wouter Bos indachtig, misschien twee voorbeelden geven, of eventueel één, die een indicatie kunnen geven van wat gemeentes te wachten staat, en waarom we zo veel gevaar lopen met het aannemen van dit wetsvoorstel?

De heer Kemperman (FVD):

U maakt een beetje een karikatuur van de doemscenario's en de denkbeelden. U hoort mij een pleidooi houden voor … Eerst zeg ik dat de wet op zichzelf sympathiek is, maar we vinden het geknutsel in de marge. Ik hoor dat meer collega's zeggen. De woorden "fundamenteel herzien" vallen hier keer op keer achter dit spreekgestoelte. Ik heb u een concreet voorbeeld genoemd, namelijk dat ik vrees dat elke wijziging van bestaand beleid binnen het kader, vanwege de samenhang met andere beleidsdomeinen, met andere regels, met inkomens, met belastingvraagstukken, met bestaande kaders bij gemeentes, met bestaande kaders bij provincies, andere wet- en regelgeving, weer zal leiden tot veel meer inzet door beleidsambtenaren om dit hele stelsel — al praat je over een verruiming — opnieuw weer handen en voeten te geven. We moeten ook nog wachten op spoor 2 en 3. We weten ook niet wat daaruit gaat komen.

In het vervolg van mijn betoog ga ik vragen of het niet beter was geweest om dat echt allemaal af te wachten en tot een grondige, fundamentele herziening van het stelsel te komen. In die zin ben ik het met de heer Van Apeldoorn eens dat dit aan het fundament niks oplost. We gaan het huis weer een beetje knippen, plakken en lappen, terwijl dit zo'n belangrijk beleidsdomein is. Dan hebben we niet de zekerheid die we graag willen en gaat er, net als in de andere hersteloperaties, veel geld naar indirecte kosten van mensen die niet tot de doelgroep behoren. Denk aan de Groninger gasoperatie en aan de Toeslagenaffaire. We zien bij al die complexe hersteloperaties — en dit is ook een soort hersteloperatietje — dat er veel geld niet terechtkomt op de plek waar we dat willen. Dat is mijn doemscenario, zo u wilt, mijn dreigbeeld dat ik hier schets.

De heer Petersen (VVD):

Ik hoor veel woorden van de heer Kemperman maar geen concreet voorbeeld. Mijn inschatting is daardoor dat er geen concrete voorbeelden zijn die de heer Kemperman kan noemen. Dat vind ik jammer, want dan overtuigt dat helaas niet.

De voorzitter:

U vervolgt uw betoog.

De heer Kemperman (FVD):

Met een nieuwe wet, een nieuw stuk beleid kun je ook nog geen concrete voorbeelden noemen, want die zijn er eenvoudigweg niet, maar je kunt wel je aannames en ideeën hebben bij de uitwerking van een wetsvoorstel. Volgens mij voeren we daarom dit debat.

Goed. De giftenverruiming is niet te monitoren en wat ons betreft ook niet te handhaven. Waarom zouden we dit willen? Om boetes op te leggen aan mensen die op de rand van het bestaansminimum leven? Wie verzint een straf op financiële barmhartigheid? Stel nu dat we dit helemaal zouden loslaten, wat gaat er dan mis? De overheidsfinanciën zullen er niet direct door getroffen worden, maar de overheid toont wel een menselijk gezicht. We denken dat de besparing op de handhaving opweegt tegen de vangst van onterechte giften.

Voorzitter. De Belastingdienst is onderbezet en kampt al vele jaren met verouderde systemen en automatisering, de hersteloperatie toeslagen hapert aan alle kanten, de compensatie van schade in Groningen is een puinhoop en de overheid heeft een belabberd trackrecord als het gaat om de uitvoering van dit soort wetgeving. Een vraag aan de staatssecretaris: waarom zou de organisatorische uitrol van deze verbeterde Participatiewet nu wél werken? En wat als dit ook weer een puinhoop wordt? Opnieuw dan weer een reparatiewet?

Nog een vraag aan de staatssecretaris: waarom stut de staatssecretaris de mislukte Participatiewet met geknutsel in de marge en durft hij niet voor een rigoureuze grote renovatie van de wetgeving in één keer te gaan, dus ook met de samenhang tussen de sporen? Wij begrijpen dat dit een voornemen is, maar waarom dan toch weer deze tussenstap?

Voorzitter. Een sociaal stelsel functioneert bij een breed draagvlak en solidariteit, maar dit is niet onaantastbaar. Het draagvlak verdwijnt zodra mensen het gevoel krijgen dat anderen profiteren zonder zich aan de regels te houden. Dit dreigt ook in de sociale zekerheid te ontstaan, wanneer fraude onbestraft blijft of nieuwkomers zonder bijdrage dezelfde rechten krijgen als burgers die jarenlang premies en belasting hebben betaald. Dan brokkelt de solidariteit af en verliest het stelsel zijn legitimiteit. Een vraag aan de staatssecretaris: hoe garandeert u dat de versoepeling van sancties niet leidt tot rechtsongelijkheid en het verlies van draagvlak voor ons sociale stelsel?

Het begrip "bestaanszekerheid" vormt de grondslag van deze wet, maar het roept ook spanning op. Deze wet vult dit begrip vooral in door het garanderen van een sociaal minimum via bijstand en toeslagen. De richting van deze inkomenspolitiek via herverdeling en nivellering lijkt ons onjuist. Het kan leiden naar een race naar de bodem, waarin bestaanszekerheid verwordt tot een statisch vangnet in plaats van een springplank naar zelfstandigheid en groei.

Forum voor Democratie kiest voor een ander uitgangspunt. Individuele vrijheid en keuzes moeten leiden tot economische mobiliteit. Burgers moeten ruimte krijgen om risico's te nemen en vruchten van arbeid te kunnen plukken: geld maar juist ook perspectief. Arbeid moet weer lonen. "Wat kun je wel" in plaats van "wat kun je niet". Het maatregelenpakket geeft wel meer ruimte, maar het is voor ons marginaal. Het denken over inkomenspolitiek en de hulp aan economisch en maatschappelijk gestranden in onze samenleving moet wat Forum voor Democratie betreft fundamenteel anders en niet marginaal verbeteren, maar rigoureus vernieuwen. Een vraag aan de staatssecretaris: hoe garandeert u enerzijds bestaanszekerheid en stimuleert u anderzijds economische mobiliteit, zodat mensen zich daadwerkelijk kunnen ontworstelen aan dit sociale vangnet?

Voorzitter, tot slot. Forum voor Democratie staat voor een sociaal stelsel dat werk beloont, zelfredzaamheid stimuleert en solidariteit waarborgt voor wie het echt nodig heeft, niet door lapmiddelen en meer bureaucratie, maar door structurele hervormingen, lastenverlagingen, eenvoud en een kleinere overheid. Als iedere gemeente één senior beleidsambtenaar of ingehuurde projectleider Participatiewet naar huis stuurt, kun je tientallen burgers op het sociaal minimum enkele honderden euro's extra per maand geven. Dat is dus vertrouwen in plaats van controle, wantrouwen en toezicht.

Wij herkennen enerzijds de goede intenties om de Participatiewet te verbeteren, maar anderzijds hebben we kritiek op de knutsel-Participatiewet zoals die nu voorligt. We wachten met belangstelling de antwoorden van de regering af.

Dank u wel, voorzitter.

De voorzitter:

Dank u wel. Dan geef ik tot slot het woord aan de heer Schalk van de fractie van de SGP.