31.833

Wijziging titel 7.10 arbeidsovereenkomst van het Burgerlijk Wetboek



Dit wetsvoorstel voorziet in bescherming van werknemers (uitzendkrachten) en bestrijding van fraude en illegaliteit in de uitzendbranche.

Hiervoor wordt een aantal maatregelen genomen: de inlener en het uitzendbureau worden hoofdelijk aansprakelijk gesteld voor de voldoening van het toepasselijke minimumloon en de toepasselijke minimumvakantiebijslag van de werknemer (de ingeleende persoon) (1) en de inlener is echter niet hoofdelijke aansprakelijkheid als hij inleent bij een gecertificeerd uitzendbureau (2).

Deze samenvatting is gebaseerd op het wetsvoorstel en de memorie van toelichting zoals ingediend bij de Tweede Kamer.


Stand van zaken

Het voorstel (TK 31.833, nr. 2PDF-document) is op 17 september 2009 aangenomen door de Tweede Kamer. De SP, PvdA, GroenLinks, D66, PvdD, ChristenUnie, SGP, CDA, PVV en het lid Verdonk stemden voor.

De Eerste Kamer heeft het voorstel op 22 december 2009 als hamerstuk afgedaan.


Kerngegevens

ingediend

30 december 2008

titel

Wijziging van titel 7.10 (arbeidsovereenkomst) van het Burgerlijk Wetboek in verband met de totstandbrenging van een inlenersaansprakelijkheid met betrekking tot de voldoening van het toepasselijke minimumloon en de toepasselijke minimumvakantiebijslag

schriftelijke voorbereiding

inbreng geleverd door

ondertekening

  • minister van Justitie

inwerkingtreding

Op een bij koninklijk besluit te bepalen tijdstip


Documenten

3
  • 22 december 2009
    stemming (hamerstuk) PDF-document Handelingen EK 2009/2010, nr. 14, blz: 500
  • 17 september 2009
    stemming (aangenomen, voor: SP, PvdA, GroenLinks, D66, PvdD, ChristenUnie, SGP, CDA, PVV en het lid Verdonk) Handelingen TK 2009/2010, nr. 3, blz: 209
  • 10 september 2009
    behandeling Handelingen TK 2008/2009, nr. 109, blz: 8726-8741