Plenair Walenkamp bij behandeling Wijziging begroting Onderwijs, Cultuur en Wetenschap 2025 samenhangende met de Voorjaarsnota



Verslag van de vergadering van 14 oktober 2025 (2025/2026 nr. 04)

Status: ongecorrigeerd

Aanvang: 21.35 uur

Een verslag met de status "ongecorrigeerd" is niet voor citaten en er kan geen recht aan ontleend worden.


Bekijk de video van deze spreekbeurt

De heer Walenkamp i (Fractie-Walenkamp):

Dank u, voorzitter, voor het woord. Dank aan de beide bewindslieden voor hun aanwezigheid en voor de beantwoording. Ik heb nog een aantal vervolgpunten als het mag. Bij de verhelderingsvraag werd het wel erg rooskleurig voorgesteld. Gezien de tijd stel ik voor dat u — dat zeg ik via de voorzitter — ons een iets concretere beantwoording schriftelijk doet toekomen, als ik zo vriendelijk mag zijn. Dat is één punt.

Op het tweede punt ben ik echt wel een beetje teleurgesteld. Een op de drie 16-jarigen kan niet of nauwelijks normaal lezen. Dat is echt abject, zeker in de kenniseconomie die we willen zijn. Ik heb gezegd: in 2000 was het een op de tien was en in 2006 was het een op de zeven. Dat zijn cijfers die iedereen kent. Dan hoor ik u zeggen, zeg ik via mevrouw de voorzitter: de scholen kunnen subsidies opvragen en dat kunnen ze dan gaan organiseren. Ik heb echt nadrukkelijk om een toezegging gevraagd en ik hoop echt dat u dat serieus neemt. Een op de drie: dat is het allerlaagste van heel Europa, hè. Mijn voorstel in de eerste termijn was om met een concreet plan te komen, zodat u over, laten we zeggen, vijf jaar hele concrete acties hebt richting mbo's en middelbare scholen. Ik hoop echt dat u dat serieus neemt, want ik vond het antwoord op dat punt echt onvoldoende.

Daarnaast heb ik de moties vooralsnog niet gesteund, omdat er volgens mij veel meer moet gebeuren. Er zijn 170.000 leerlingen minder dan in 2000. Evenwel zijn er 70.000 mensen meer werkzaam in het onderwijs. Ik denk dan met name aan die 105.000 mensen van het onderwijspersoneel die niet lesgeven en prijsopdrijvend werken. Dat is echt een punt van aandacht. Dat zijn 105.000 mensen die ook voor de klas hadden kunnen staan. Ik ga hier niet het gehele gildesysteem uitleggen, maar we kunnen veel meer samenwerken met het leerlingwezen, net als in Duitsland. Dus mevrouw de voorzitter, ik hoop dat u mij de kans geeft om de bewindslieden de concrete toezegging te vragen om daarin de lead te nemen.

Tot zover.

De voorzitter:

Ik dank u wel. Dan geef ik graag het woord aan mevrouw Visseren.