Eerste Kamer wil verbod op investeringen in clustermunitie



De Eerste Kamer heeft zich dinsdag 29 maart uitgesproken voor een verbod op aantoonbare directe investeringen in de productie, verkoop en distributie van clustermunitie. De senaat deed dit door een motie aan te nemen van PvdA-senator Haubrich-Gooskens. De motie kreeg de instemming van alle fracties, behalve die van de VVD. Woordvoerder Van Kappen van de VVD-fractie zei in een stemverklaring dat zijn fractie het eens is met de strekking van de motie, maar haar overbodig vindt na toezeggingen van de ministers Rosenthal van Buitenlandse Zaken en De Jager van Financiën in het debat over het Verdrag inzake clustermunitie.

Een tweede motie van senator Haubrich-Gooskens, waarin om een doorvoerverbod van clustermunitie over Nederlands grondgebied werd gevraagd, trok de indienster dinsdag 29 maart in. Dit motiveerde zij op grond van diverse toezeggingen van minister Rosenthal van Buitenlandse Zaken en staatssecretaris Bleker van Economische Zaken aan de Eerste Kamer. De bewindslieden verklaarden op 22 maart tijdens een debat over beide moties dat de douane extra controles zal uitvoeren. Ook is toegezegd dat na een monitoring van twee jaar wordt bekeken of aanvullende maatregelen nodig zijn om de doorvoer te verhinderen.

Over een bepaling in het NAVO-verdrag van 1951, die de lidstaten verplicht om doorvoer over eigen grondgebied naar andere lidstaten toe te staan, merkt senator Haubrich-Gooskens op dat de senaat daar vooralsnog niet aan kan tornen. Minister Rosenthal heeft toegezegd dat hij wil onderzoeken of dit NAVO-verdrag gaat boven het in 2008 in Dublin tot stand gekomen Verdrag inzake clustermunitie. Dit laatste verdrag verbiedt de aangesloten landen om te assisteren bij het bezit dan wel gebruik van clustermunitie, waaronder mede wordt verstaan het verlenen van toestemming voor doorvoer door of over het grondgebied van de verdragspartner, tenzij verdragen van hogere orde tot een dergelijke assistentie verplichten.


Deel dit item: