Debat Aanbestedingswet op defensie- en veiligheidgebied



Op de eerste vergaderdag van het nieuwe kalenderjaar heeft de Eerste Kamer gedebatteerd over de Aanbestedingswet op defensie- en veiligheidsgebied. Het wetsvoorstel implementeert een EU-richtlijn voor een open, transparante en concurrerende Europese markt voor defensie- en veiligheidsmaterieel. In het debat werd minister Kamp van Economische Zaken bevraagd door woordvoerders van de PVV en SP over de eventueel negatieve gevolgen van dit wetsvoorstel voor de productie in Nederland van defensie- en veiligheidsmaterieel. De Eerste Kamer stemt op dinsdag 22 januari 2013 over het wetsvoorstel.

Positie nationale industrie

Senator Faber van de Klashorst (PVV) onderstreepte het belang van het behouden van de nationale defensie- en veiligheidsindustrie. Ook in het kader van de nationale veiligheid dient Nederland volgens de senator de eigen defensie-industrie in stand te houden en niet volledig afhankelijk te worden van het buitenland. Volgens de PVV-fractie moet Nederland niet vooroplopen in het implementeren van deze richtlijn, aangezien dit ten koste kan gaan van de nationale industrie. Senator Faber van de Klashorst merkte op dat artikel 346 van de richtlijn afwijken mogelijk maakt wanneer dit noodzakelijk is voor de bescherming van wezenlijke belangen van nationale veiligheid met betrekking tot de productie van of de handel in wapens, munitie en oorlogsmateriaal.

Minister Kamp van Economische Zaken gaf aan dat Nederland met het implementeren van de richtlijn zeker niet voorop loopt: de termijn voor implementatie is 1,5 jaar geleden verstreken. Dit heeft er toe geleid dat de Europese Commissie een inbreukprocedure tegen Nederland is begonnen bij het Europees Hof van Justitie. De uitzonderingsclausule van artikel 346 mag volgens de minister niet automatisch worden toegepast maar alleen wanneer dit redelijk is en er expliciet kan worden aangetoond aan de criteria uit het artikel is voldaan.

Arbeidsbescherming en arbeidsvoorwaarden

Volgens senator Reuten (SP) zijn er aanwijzingen dat aannemers zich onttrekken aan de in de richtlijn opgenomen arbeidsbescherming en arbeidsvoorwaarden voor inschrijvers en gegadigden. De aanbestedende dienst kan de aannemer verzoeken om deze voorschriften alsnog na te leven. Als de aannemer dit weigert, kan de aanbestedende dienst de overeenkomst ontbinden. In de praktijk gebeurt dit echter lang niet altijd, aangezien dit veel kosten en tijdsverloop met zich mee brengt. Reuten verwees naar zijn in oktober 2012 door de Eerste Kamer aangenomen motie, die de regering verzoekt wettelijk vast te leggen dat opdrachtgevers gehouden zijn om de genoemde overtreding te melden bij de Inspectie SZW. Op de vraag van senator Reuten of de minister van plan is deze motie uit te voeren antwoordde minister Kamp bevestigend. Hij zal dit zo spoedig mogelijk doen; uiterlijk voor de over twee jaar geplande evaluatie van het wetsvoorstel. De minister zal zijn afweging ten aanzien van de motie schriftelijk aan de Kamer bekendmaken.


Deel dit item: