32.895

Wijziging van de Wet allocatie arbeidskrachten door intermediairs en de Wet op de ondernemingsraden



Op 19 november 2008 is Richtlijn 2008/104/EG van het Europees Parlement en de Raad van de Europese Unie betreffende uitzendarbeid (Pb EU 2008, L 327) tot stand gekomen.

De richtlijn heeft tot doel de bescherming van uitzendkrachten te garanderen, de kwaliteit van het uitzendwerk te verbeteren en de volledige naleving te waarborgen van artikel 31 van het Handvest van de grondrechten van de Europese Unie. Deze bepaalt dat iedere werknemer recht heeft op gezonde, veilige en waardige arbeidsomstandigheden en op een beperking van de maximumarbeidsduur en op dagelijkse en wekelijkse rusttijden, alsmede op een jaarlijkse vakantie met behoud van loon. Dit gebeurt door de naleving van het in artikel 5 van de richtlijn vervatte beginsel van gelijke behandeling ten aanzien van uitzendkrachten te waarborgen, en uitzendbureaus als werkgever te erkennen. Daarbij dient rekening te worden gehouden met de noodzaak om een geschikt kader te creëren voor de gebruikmaking van uitzendwerk teneinde bij te dragen tot de schepping van werkgelegenheid en de ontwikkeling van flexibele arbeidsvormen.

Deze samenvatting is gebaseerd op het wetsvoorstel en de memorie van toelichting zoals ingediend bij de Tweede Kamer.


Stand van zaken

Het voorstel (TK 32.895, nr. 2) is is op 6 maart 2012 met algemene stemmen aangenomen door de Tweede Kamer.

De Eerste Kamer heeft het voorstel op 17 april 2012 als hamerstuk afgedaan.


Kerngegevens

ingediend

16 september 2011

titel

Wijziging van de Wet allocatie arbeidskrachten door intermediairs en de Wet op de ondernemingsraden in verband met implementatie van de Richtlijn 2008/104/EG van het Europese Parlement en de Raad van 19 november 2008 betreffende uitzendarbeid

schriftelijke voorbereiding

ondertekening

inwerkingtreding

Op een bij koninklijk besluit te bepalen tijdstip


Documenten

1