Beslispunten
-
-
Wenst de commissie de deskundigenbijeenkomst te laten plaatsvinden op dinsdagochtend 11 maart a.s. of dinsdagavond 18 maart a.s.?
-
-
Kan de commissie instemmen met de voorgestelde opzet van de deskundigenbijeenkomst?
-
-
Kan de commissie instemmen met de voorgestelde deskundigen en zijn er nog aanvullende suggesties (te bespreken in beslotenheid)?
Toelichting
In het kader van de behandeling van de Wet herziening bedrag ineens (36154) is op 11 februari 2025 op voorstel van het lid Van Gurp (GroenLinks-PvdA) door de commissie gesproken over de wenselijkheid van een deskundigenbijeenkomst over de uitvoerbaarheid en gevolgen van deze wet.
Voorgesteld wordt de bijeenkomst te organiseren op dinsdagochtend 11 maart a.s. van 9.30-11.00 uur of dinsdagavond 18 maart a.s. van 19.30-21.00 uur met de volgende opzet, waarin de vragen van het lid Van Gurp (GroenLinks-PvdA) zijn verwerkt.
De bijeenkomst richt zich op de praktische uitvoerbaarheid van de wet, met specifieke aandacht voor:
-
1.
pensioendeelnemers, in het bijzonder groepen die gebruikmaken van toeslagen, schulden hebben of laaggeletterd zijn;
-
2.
pensioenfondsen en pensioenuitvoerders, die verantwoordelijk zijn voor de communicatie met deelnemers.
Voor deze bijeenkomst worden maximaal vijf deskundigen uitgenodigd, waaronder vertegenwoordigers van de Autoriteit Financiële Markten (AFM), het Nationaal Instituut voor Budgetvoorlichting (Nibud) en pensioenuitvoerders. Bij voorkeur worden vertegenwoordigers uitgenodigd van pensioenfondsen met een relatief hoog aandeel praktisch opgeleide deelnemers.
De bijeenkomst zal als volgt worden ingericht:
-
-
iedere deskundige houdt een inleiding van maximaal vijf minuten;
-
-
vervolgens resteert ruim een uur voor het stellen van vragen, waarbij deskundigen ook kunnen worden gevraagd op elkaar te reageren;
-
-
de deskundigen wordt verzocht vooraf een position paper aan te leveren.
Ter bespreking kunnen de volgende vragen aan de orde komen:
-
1.
Is de communicatie over het bedrag ineens zodanig in te richten dat deze eenvoudig en helder toegankelijk is voor iedere pensioendeelnemer, ongeacht opleiding of mate van geletterdheid?
-
2.
Er is sprake van het ontwikkelen van een tool als keuzehulp voor mensen die moeten afwegen of zij gebruik willen maken van de opname van een bedrag ineens. Is er zekerheid over te geven dat deze tool tijdig gereed is voor de invoering? En biedt die tool de deelnemers op uiterst eenvoudige wijze (“met één druk op de knop”) inzicht in de gevolgen van de opname voor hun individuele situatie? Daarvoor zijn in elk geval gegevens van de Belastingdienst en de pensioenuitvoerder nodig, en mogelijk meer.
-
3.
Voelen pensioenfondsen en -uitvoerders zich voldoende toegerust om keuzebegeleiding van een hoog kwaliteitsniveau te bieden, zodat deelnemers daadwerkelijk een persoonlijk passende keuze kunnen maken?
-
4.
Hoe kijken pensioenfondsen en -uitvoerders aan tegen de samenloop van de communicatieve en technologische inspanningen die nodig zijn voor de invoering van het bedrag ineens en die nodig zijn voor de voorbereiding van de transitie naar het regime van de Wtp (invaren etc.)? Is dit qua tijd en inzet goed te combineren?
-
5.
Hoe willen de toezichthouders hun rol invullen bij de invoering van het bedrag ineens? Hebben zij op voorhand adviezen of waarschuwingen voor uitvoerders en de politiek?
Voor de selectie van mogelijke sprekers en organisaties wordt verwezen naar het niet-openbare deel van de ambtelijke toelichting. Het is gebruikelijk binnen de Kamer om in beslotenheid over personen te spreken.