Besluitpunten die betrekking hebben op wetsvoorstel Goedkeuring Brede Economische en Handelsovereenkomst tussen Canada en de Europese Unie (CETA) (35.154)
- 35154 en 35155
Goedkeuring Brede Economische en Handelsovereenkomst tussen Canada en de Europese Unie (CETA); Goedkeuring Strategische partnerschapsovereenkomst tussen de Europese Unie en Canada
Inbreng voor verslag met betrekking tot het CETA-wetsvoorstel (35154) wordt geleverd door de fracties van GroenLinks (Karimi), PvdA (Koole) en Partij voor de Dieren (Prast).
Onder voorbehoud van tijdige beantwoording van de in het verslag gestelde vragen, spreekt een meerderheid van de commissie de voorkeur uit de wetsvoorstellen plenair te behandelen voor het zomerreces van 2022, indien daar ruimte voor is in de plenaire agenda, anders wenst zij uiterlijk de eerste vergaderdag na het zomerreces (13/9) het plenaire debat in te plannen. Die laatste optie heeft daarbij de voorkeur van een ruime minderheid in de commissie.
De commissie brengt ten aanzien van wetsvoorstel Goedkeuring Strategische partnerschapsovereenkomst tussen de Europese Unie en Canada (35155) eindverslag uit onder voorbehoud van plenaire behandeling en stelt voor het wetsvoorstel plenair te behandelen tezamen met het CETA-wetsvoorstel (35154)
De fractie van GroenLinks geeft na ambtelijke navraag aan, de toezegging T03133 nog als openstaand te beschouwen.
De griffier van de commissie,
Luuk van Luijk