Eerste Kamer bedingt aanpassing van BOPZ



Over een onduidelijkheid in de Wet bijzondere opnemingen in psychiatrische ziekenhuizen (BOPZ) heeft de Eerste Kamer dinsdag 15 november met algemene stemmen een motie aangenomen. De onduidelijkheid betreft de klachtregeling in de BOPZ. De Eerste Kamer vindt dat wanneer een klacht van een patiënt tegen zijn of haar behandelaar gegrond wordt verklaard de instelling moet beoordelen of de betrokken psychiater met de behandeling van de patiënt belast kan blijven of dat een andere psychiater moet worden aangewezen. Minister Hoogervorst (VVD, volksgezondheid) zegde namens de regering toe, dat de opvatting van de senaat tot uitdrukking zal komen in een komende wijziging van de wet BOPZ.

Impasse

Initiatiefnemer van de motie was de PvdA'er Hamel. Hij constateerde dat de klachtregeling in de wet BOPZ tot gevolg kan hebben dat de klachtencommissie of de rechter na gegrond verklaring van een klacht, de behandelaar kan opdragen een nieuwe beslissing te nemen of een handeling achterwege te laten. Volgens Hamel en de andere indieners van de motie kan de behandelaar daardoor in de situatie raken dat hij in strijd met zijn eigen professionele opvattingen moet handelen. Daardoor zou de behandeling in een impasse terecht kunnen komen, waar de patiënt niet bij is gebaat.


Deel dit item: