Eerste Kamer behandelt nieuwe Pachtwet



De Eerste Kamer behandelt in de laatste vergadering van maart 2007 de vernieuwing van de Pachtwet. Naast vernieuwingen stelt de regering ook technische aanpassingen voor om eenvoud en transparantie van regelgeving te bevorderen en de wet beter te laten aansluiten bij recente ontwikkelingen in het burgerlijk recht en het procesrecht. De senaat treedt dinsdag met de verantwoordelijke bewindspersonen Hirsch Ballin van Justitie en Verburg van Landbouw, Natuurbeheer en Voedselkwaliteit in debat over dit wetsvoorstel. De nieuwe Pachtwet is in september 2006 met een ruime meerderheid door de Tweede Kamer is aangenomen.

Maximale termijn

Volgens het voorstel vervalt de maximale termijn van twaalf jaar voor een eenmalig pachtcontract. Hiervoor in de plaats komt een onderscheid tussen pachtcontracten van korter dan zes jaar en prachtcontracten van zes jaar en langer. De bestaande regeling van het voorkeursrecht wordt zo veranderd dat de plicht van de verpachter om de pachter bij voorkeur in de gelegenheid te stellen het verpachte te kopen, niet geldt in geval de verpachter overgaat tot vervreemding aan een 'veilige' nieuwe pachter. Voorts biedt de nieuwe wet partijen de gelegenheid overleg te voeren over de voortgang van de pachtrelatie voordat de bestaande overeenkomst is afgelopen.

Vragen

Aanvankelijk had de regering vergaande liberalisering voor de pacht voorgesteld, maar zij is daarop teruggekomen na overleg met pachters- en verpachtersorganisaties. In de schriftelijke voorbereiding onderschreven de leden van de CDA-fractie het belang van een breed draagvlak bij de betrokkenen voor de thans voorgestelde wijzigingen, maar zij vroegen zich ook af of deze wijzigingen er op termijn toe zullen leiden dat het instituut pacht als financieringsinstrument voor de landbouw behouden zal blijven. Het CDA had daarover zijn twijfels. De regering heeft in antwoord daarop gezegd, dat van de nieuwe regeling kan worden verwacht dat vaker pachtovereenkomsten ter zake van los land zullen worden gesloten, zodat dit land in gebruik blijft voor bedrijfsmatige landbouw.

Natuurbeheer

Bovendien is deze pachtvorm aantrekkelijk met het oog op natuurbeheer. Daarbij gaat het om een aanzienlijk areaal. Natuurmonumenten en de Landschappen beheren ongeveer 180.000 hectaren, waarvan 30.000 worden verpacht. Tweederde daarvan wordt verpacht via eenmalige pachtovereenkomsten. Staatsbosbeheer verpacht 43.000 hectaren, waarvan 31.000 door middel van eenmalige pacht. De nieuwe artikelen 397 en 398 van het wetsvoorstel maken, zoals bij het overleg met de organisaties naar voren is gekomen, gebruik van de onderhavige pachtvorm nog weer eenvoudiger en aantrekkelijker; zowel in zuiver agrarische gevallen, als in die gevallen waarbij ook natuurbeheer een rol speelt. Van belang is daarbij vooral dat deze pachtvorm niet langer eenmalig is, maar telkens opnieuw kan worden gesloten, ook tussen dezelfde partijen.

Voorkeursrecht

Het wetsvoorstel maakt het makkelijker het voorkeursrecht te passeren, wanneer het gaat om een veilige nieuwe verpachter, vooral een verpachter die het land niet voor eigen gebruik zal kunnen opeisen. Dat zal ook reguliere pacht voor landeigenaren aantrekkelijker maken, zonder dat het belang van de pachter bij de continuïteit wordt geschaad, oordeelt de regering.


Deel dit item: