Plenair Gerkens bij voortzetting behandeling Privacy en toezicht op de inlichtingen- en veiligheidsdiensten



Verslag van de vergadering van 23 september 2014 (2014/2015 nr. 1)

Status: gecorrigeerd

Aanvang: 22.23 uur


Mevrouw Gerkens i (SP):

Voorzitter. Ik zit in deze tweede termijn een beetje in een dilemma. Ik waardeer de inzet van de minister en de staatssecretaris heel erg, en zeker die van de staatssecretaris, want die heeft al een heel lange dag achter de rug. Maar ik ben eerlijk gezegd toch een beetje teleurgesteld in de bijdrage aan dit debat van de zijde van het kabinet. Ik doel met name op de door de bewindslieden genoemde lijstjes van dingen die al gebeuren, waarvan ik vind dat deze bekend mogen worden verondersteld in deze Kamer. Deze Kamer heeft, samen met heel Nederland, serieuze zorgen over onze privacy, onze veiligheid en onze vrijheid van meningsuiting. Ik zou het fijn hebben gevonden als deze bewindslieden deze kans met beide handen hadden aangegrepen en tegen de Kamer hadden gezegd dat ze zich daarover ook zorgen maken, wat betekent dat er nog wat stapjes bij worden gezet. Ik noem awareness, waarbij werd verwezen naar de Alert Online Week, waarover spotjes zullen worden uitgezonden. Ik wil niet vervelend zijn, maar we weten al jaren dat de bijdrage op dit gebied veel te klein is. OCW blijft angstvallig stil als het gaat om het opvoeden van mensen op internet. De staatssecretaris haalde het al aan: zijn mensen zijn zelf onveilig bezig. Maar als jongeren op een internetconferentie zeggen dat apps als Messenger en WhatsApp prima zijn, dat ze denken dat ze door middel van Facebook zelf hun informatie kunnen beheren en dat ze absoluut niets weten over tracking cookies en over het feit dat Facebook weet dat je op websites bent geweest, dan betekent dit dat ze niet voldoende zijn toegerust om hun privacy te bewaken. Ik denk dat het in deze tijd onmogelijk is dat deze taak volledig door de overheid wordt overgenomen. Het is absoluut van groot belang dat we de rol van de burgers op dit gebied gaan versterken. Dit kabinet doet gewoon te weinig op dat punt.

Hetzelfde geldt voor de Jeugdwet. De staatssecretaris zegt dat hij er alles aan doet om ervoor te zorgen dat de mensen geïnformeerd en getraind worden. Tegelijker noemde de minister het in juni nog "een lerende praktijk". NRC Handelsblad publiceerde op 16 augustus een onderzoek waaruit blijkt dat dit in een groot aantal gemeenten nog niet goed geregeld is. Dat is ook niet zo gek, want ze zijn daar met een enorme klus bezig, namelijk de invoering van twee wetten. De privacy komt er dan nog even bij. Ik maak me daar grote zorgen over. Ik heb voorbeelden genoemd waarin gewoon tegen een cliënt werd gezegd: laten we maar even het hele medisch dossier van uw huisarts overzetten, dan hebben we alle informatie. Dat soort vragen wordt gesteld, en er zijn meer voorbeelden. Ik weet dat het stoppen met die wet een onhaalbare kaart is, maar ik wil het kabinet toch nog eens oproepen, ervoor te zorgen dat die boel echt honderd procent in orde is voordat de wet in werking treedt.

De minister heeft gezegd hoe geschokt en verontwaardigd hij was toen hij de berichten over Snowden hoorde. Je moet zeker tegen bondgenoten durven zeggen waar het op staat, dat het een schandaal is en dat je geen collega-regeringsleiders afluistert. Ook niet-Amerikanen hebben het recht op privacy, dat niet mag worden ontzegd wanneer dat je bondgenoot beter uitkomt.

Ik ben blij dat XKeyscore, een programma waarmee internetverkeer op grote schaal kan worden doorzocht en geanalyseerd, op geen enkele wijze wordt gebruikt door de Nederlandse overheid. Kan de minister mij ook verzekeren dat we ook geen XKeyscore-verzoeken indienen?

Ik heb gesproken over de ethische commissie. Ik snap de reactie van de staatssecretaris op dit punt. Tegelijkertijd is het onderzoek van de WRR naar metadata mij te beperkt. We komen nu toe aan " the Internet of Things", waarbij alles met alles wordt verbonden. Via Google Glass gaat informatie over patiënten bij operaties naar derden toe. Dat zijn dus private partijen die met zeer privacygevoelige informatie omgaan. Het is allemaal mogelijk. We moeten zeker niet stoppen met deze technologische ontwikkelingen, maar we moeten misschien wel eens een pas op de plaats maken: wat kan is één ding, maar of we het wensen is wat anders. Ik wil niet meteen een commissie voorstellen, maar ik heb hierover wel een motie.

De voorzitter:

Door de leden Gerkens, Franken, De Vries, Strik, Duthler en Van Boxtel wordt de volgende motie voorgesteld:

De Kamer,

gehoord de beraadslaging,

constaterende dat de digitale technologie met the Internet of Things alles en iedereen met elkaar zal verbinden;

constaterende dat deze niet te stuiten ontwikkeling kansen zal bieden voor de maatschappij maar ook bedreigingen;

overwegende dat de effecten van deze digitale ontwikkeling op de maatschappij niet alleen van technologische, maar ook van maatschappelijke, sociaal-juridische en sociaal-psychologische aard zijn;

verzoekt de regering, het Rathenau Instituut te vragen een onderzoek te doen naar de wenselijkheid van een commissie die kan adviseren over de ethische kant van de digitalisering van de samenleving,

en gaat over tot de orde van de dag.

Zij krijgt letter E (CVIII).