Plenair Franken bij behandeling Begroting Veiligheid en Justitie



Verslag van de vergadering van 13 januari 2015 (2014/2015 nr. 16)

Status: gecorrigeerd

Aanvang: 22.41 uur


De heer Franken i (CDA):

Voorzitter. Dank aan de beide bewindslieden voor de antwoorden die zij hebben gegeven op deze avond. Ik moest daarbij denken aan een interview met de minister in NRC Handelsblad van 30 december van het vorige jaar. Daarin heeft hij gezegd: "men moet het gevoel hebben dat wij alles uit de kast halen". Misschien heeft hij zich gerealiseerd dat ik hem ook in eerste termijn al heb geciteerd, en wel zonder bronvermelding. Dat is bij dezen alsnog gecorrigeerd. Hij zei dat om zijn daadkracht te tonen. Het was heel indrukwekkend, maar meer daden vragen om meer regels, meer regels vragen om meer handhaving en dat brengt meer kosten met zich mee, en dat terwijl er minder geld beschikbaar is. Dan zijn er twee mogelijkheden. Of je gaat de activiteiten verminderen, of je gaat de kwaliteit verminderen van de activiteiten die al aan de gang zijn. Juist daardoor is de rechtstaat in Nederland in het geding.

Justitie staat in de kou, zo wil ik het eigenlijk formuleren. De rechtstaat heeft een goede score in Nederland, maar er is onderhoud nodig. Zoals ik in eerste termijn al heb betoogd, kun je het zoeken aan de aanbodzijde van het recht, maar bij de rechterlijke macht is geen vlees meer aan de botten. Cohen zegt het iets deftiger door te stellen dat de rek eruit is. We zien dat de kwaliteit werkelijk in het geding is. Ik heb een recent voorbeeld toegevoegd, door bij interruptie te wijzen op het interview van de procureur-generaal van de Hoge Raad, waarin hij wees op het gisteren verschenen rapport dat 8% van de strafbeschikkingen onjuist zijn. De minister is daar heel charmant mee weggelopen. Hij zei daar heel blij mee te zijn. Ik neem aan dat hij niet die uitkomst bedoelde, maar het rapport waar het in staat, want dat rapport ziet er zo mooi uit.

De minister heeft ons het rapport getoond. Wij hebben allemaal visueel kunnen vaststellen dat het er inderdaad prachtig uitziet, maar we hebben het niet van binnen gezien. Wel weten we uit het interview met de procureur-generaal dat 8% een straf opgelegd krijgt, terwijl er onvoldoende bewijs is. Die mensen hadden gewoon naar huis moeten gaan, zonder dat ze verder iets was overkomen!

Ook in dezen is het weer mooi om vroeg in de keten zo efficiënt mogelijk zaken af te doen, dan kost het vervolg geen tijd. Dan moet het echter wel kwalitatief goed worden aangepakt. Eigenlijk hoort het gekwalificeerde OM die beslissingen te nemen, maar je ziet vaak dat dit gedelegeerd wordt. Dan komt een plaatsvervanger, een politiefunctionaris of iemand op een stageplaats in beeld, die alles met een stempelhandtekening van een officier mag afhandelen. Dat noem ik kwaliteit in het geding.

Ga je de andere kant, de vraagkant bij de justitiabelen beperken, dan zijn er financiële drempels. Dan klinkt het heel redelijk wanneer je zegt dat het systeem beheersbaar moet zijn. Ik zeg daarop toch dat recht geen koopwaar is. Mensen gaan heus niet voor hun plezier procederen. Ik heb laatst nog eens een middag bij het loket doorgebracht. Wat u daar ziet langskomen, nou, daar wordt u echt niet blij van. Dat zijn mensen die problemen hebben. Als u kijkt wat de sociale advocatuur meemaakt en afdoet, dan zijn dat zaken van mensen die pijn hebben. Voorzitter. Ik heb in het verband van die financiering een opmerking aangehaald die tijdens een van de in deze Kamer gehouden deskundigenbijeenkomsten, is gemaakt. Daarin is gezegd dat de kosten van V en J een multiplier hebben. Dat is een mooi woord uit de economie, dat in dit geval betekent dat 1 miljoen kosten bij V en J 4 miljoen opbrengst oplevert of besparingen teweegbrengt bij andere departementen. Niemand is daarop ingegaan. Dat klinkt ook als een vage en moeilijke vraag. Ik insisteer er toch op dat tegen de stelling van de minister dat hij bij het kabinet geen ruimte vindt om buiten zijn departement geld te halen, hier een klinkend argument is, waarmee deze Kamer de minister bij zijn onderhandelingen in de Trêveszaal helpt. 1,7 miljoen zaken worden à €62 per burger per jaar in Nederland opgelost. Dat levert het departement van minister Kamp, van VWS en van SZW een heleboel op. De minister is daarop niet ingegaan, maar ik neem aan dat er een weg is om alternatieve financieringsbronnen aan te boren. In dit verband dien ik een motie in, waarmee de Kamer de minister daarop wijst.

De voorzitter:

Door de leden Franken, Ruers, Quik-Schuijt, De Boer, Scholten en Strik wordt de volgende motie voorgesteld:

De Kamer,

gehoord de beraadslaging,

gelet op de uitkomst van de deskundigenbijeenkomsten, gehouden in de Eerste Kamer, van 4 februari en 24 november 2014;

gelet op de uitkomst van het op 11 maart 2014 in de Eerste Kamer gehouden debat over de staat van de rechtsstaat, en de op 18 maart 2014 naar aanleiding daarvan aangenomen moties;

constaterende dat de in de begroting van het ministerie van Veiligheid en Justitie 2015 opgenomen bezuinigingen tot een onaanvaardbare aantasting van de gefinancierde rechtsbijstand leiden en daarmee tot een aantasting van de rechtsstaat;

verzoekt de regering om de voorgenomen bezuinigingen op de gefinancierde rechtsbijstand ten bedrage van 85 miljoen euro achterwege te laten en alternatieve financieringsmogelijkheden te zoeken,

en gaat over tot de orde van de dag.

Zij krijgt letter M (34000-VI).

De heer Franken (CDA):

Ik zou hieraan nog willen toevoegen dat er in Nederland 25% op de rechtshulp wordt bezuinigd. In Finland, een land waar men heel goed economisch kan nadenken, wordt de rechtshulp ondanks overheidsbezuinigingen met 10% verhoogd. Dat recente bericht heb ik ontvangen. De minister heeft mij gezegd dat hij geen gebruik wil maken van de 100 miljoen extra die hem in de tegenbegroting van de CDA-fractie in de Tweede Kamer is aangeboden. Hij zei: ik heb dat niet nodig, want mijn begroting is sluitend. Hoe is zijn begroting sluitend? Alleen door het afschaffen van een aantal naar onze mening noodzakelijke activiteiten. Wij moeten ons goed realiseren dat je een groot vraagteken kunt zetten achter de vraag of de begroting echt sluitend is. De minister heeft zojuist letterlijk opgemerkt: "goedkeuring van de begroting betekent geen instemming met de beoogde maatregelen die ter dekking van de begroting dienen". Als die maatregelen niet goedgekeurd worden, zijn er dus tegenvallers. Een en ander is nogal ongewis. In de Handelingen van de Tweede Kamer is bij de beantwoording van de schriftelijke vragen een staatje overgelegd. Daarin is een overzicht gegeven van de wetsvoorstellen van V en J in miljoenen euro's. Daar staat voor 2015 ingeboekt wat ik ga citeren. Papier is geduldig, dus de staatssecretaris moet dit maar becommentariëren. De verhoging van de griffierechten staat vanaf 1 juli voor 19 miljoen ingeboekt. De AMvB's inzake rechtsbijstand staan ingeboekt voor 16 miljoen, de eigenbijdrageregelingen staan ingeboekt voor 37 miljoen en het doorberekende toezicht- en tuchtrecht voor 4 miljoen. 76 miljoen in totaal is dus ongewis. Ik ben heel benieuwd wat de minister daarover opmerkt. Er zijn niet alleen onzekerheden voor de begroting van 2015 ingeboekt. Ook zijn de verscheidene bezuinigingen waarvan sprake is in de toekomst heel onzeker. KEI is in mijn ogen heel dubieus voor bezuinigingen voor de eerstkomende jaren. Dat vraagt nu nog een heleboel investeringen. Men zal pas op den duur door afvloeiing van personeel en wellicht de verkoop van onroerend goed enkele bezuinigingen kunnen inboeken. Er zijn voorts wetsvoorstellen met betrekking tot de eigen bijdrage in het strafproces die 53 miljoen moeten opleveren, maar ik ben er eerlijk gezegd niet zo zeker van dat die worden aangenomen en dat dit bedrag er ooit uitkomt. Het zogenaamde zitgeld, dus de eigen bijdrage die moet worden geleverd bij detentie, moet 7 miljoen opleveren, maar ik zie dat allemaal niet zo zitten. Ik denk dat er veel ongewis en onzeker is en dat de bewindspersonen zich niet zozeer op glad, als wel op dun ijs begeven.