Plenair Bruijn bij voortzetting behandeling Lerarenregister en registervoorportaal



Verslag van de vergadering van 14 februari 2017 (2016/2017 nr. 18)

Status: gecorrigeerd

Aanvang: 20.36 uur


Bekijk de video van deze spreekbeurt

De heer Bruijn i (VVD):

Voorzitter. De staatssecretaris heeft duidelijk gemaakt dat de beroepsgroep hier aan zet is. De essentie van deze wet is dat de leraren er zelf over gaan. Ik ben blij met de beantwoording op dit punt en dat dit nog eens is bevestigd. De deelnemersvergadering zal werken op basis van one man, one vote. Ik beschouw dat toch nog even als een toezegging. De regering kiest voor een zorgvuldige en gefaseerde invoering.

Ik ben blij met de toezegging dat er een verkenning zal worden gedaan naar het register in het hoger onderwijs. De bevoegdheid is daar inderdaad veel minder duidelijk geformuleerd. Je zou kunnen zeggen: de bevoegdheid blijkt uit het feit dat iemand in dat beroep wordt aangenomen en die opdracht krijgt. Je zou ook kunnen zeggen: we werken met de BKO, de SKO, de BKE en de SKE toe naar een initiële bevoegdheidsdefinitie. Misschien zou je zo'n bekwaamheidsonderhoud daarop moeten baseren. Ik ben in ieder geval blij met de toezegging van de verkenning die gedaan zal worden door het komende kabinet, als ik het goed begrijp.

Over het haalbaarheidstijdpad in verband met de gegevenslevering: ik denk dat het jaar uitstel van de staatssecretaris verstandig is. Ik wijt dat overigens niet aan onvoldoende voorbereiding, zoals de heer Pijlman zei. Ik had juist de indruk dat de grondige behandeling hier, die ook weer te danken is aan kritische leraren in het land die gelukkig meedenken en die hier ook zitten, tot een wat langduriger traject heeft geleid. Misschien kan de staatssecretaris er nog even op ingaan, maar ik dacht zelf dat dat vooral de reden is waarom voor een wat meer getemporiseerd invoeringstraject wordt gekozen. Dat is een goede zaak. Ik beschouw dat niet als een bewijs dat de staatssecretaris zelf niet gelooft in het register. Die indruk had ik het hele debat eigenlijk sowieso al niet.

Ik ben ook dankbaar voor de toezegging dat beide Kamers worden meegenomen in de monitoring en dat de staatssecretaris beide Kamers zal informeren over de AMvB's en de voorhangprocedure.

Ik kom op de variatie in de activiteiten die allemaal kunnen bijdragen aan het vak. Het gaat dus niet alleen om scholing, maar om een variëteit aan activiteiten. Het kan ook peer-to-peerreview, informeel leren, lezen of publiceren zijn. Ik denk dat we deze variatie allemaal belangrijk vinden; het is meerdere malen naar voren gebracht. Ik reken erop dat die dus ook gevalideerd zal worden door de beroepsgroep, maar dat bepaalt de beroepsgroep zelf. Het wordt in ieder geval meegenomen in de evaluatie. Ik dank de staatssecretaris voor die toezegging. Dat geldt ook voor de toezegging dat er een teambeurs gaat komen.

Ik kom op de gang van zaken rond leraren die niet voldoen. Ja, het wordt inderdaad ingewikkeld als het zou leiden tot een conflictsituatie. In de praktijk, met alle registers die er nu zijn, zien we het volgende. Als iemand door omstandigheden niet helemaal kan voldoen aan het minimale eisenpakket, kwalitatief en kwantitatief, dat de beroepsgroep zelf noodzakelijk vindt om bekwaam te blijven, dan zal er een herintredingstraject, een herscholingstraject plaatsvinden. Als het gaat om een leraar die het al heel goed doet — die leraar werd net als voorbeeld genoemd — dan zal dat traject dus heel kort zijn. Dat zien we nu in andere trajecten. We zien dat het tot nu toe nooit tot een ontslag heeft geleid en ook niet tot een arbeidsconflict.

Er zijn namelijk twee mogelijkheden. Of de leraar betreurt zelf dat hij achterloopt, en dan zal hij er graag aan meewerken om weer in te voegen en wil hij graag een op maat gemaakt herintredingstraject volgen. Of de leraar betreurt niet dat hij achterloopt, en dan praat je al heel snel over een situatie waarin de rechter wellicht de houding van de leraar als een ontslaggrond overweegt. Ik treed daar niet in want ik ben geen jurist, maar ik heb er alle vertrouwen in dat het goed komt. Nogmaals: die hele ontslagprocedures, ik zie ze niet komen. Ik ben in ieder geval blij dat ze worden meegenomen in de evaluatie.

Ten aanzien van het voorportaal is het per saldo zo dat alle leraren zichtbaar worden en worden gestimuleerd in hun ontwikkeling; zo heb ik het begrepen van de staatssecretaris. Dat is denk ik ook zoals het voorportaal bedoeld is. Het maakt dus inzichtelijk wie er onbevoegd lesgeven. Wat je daar dan vervolgens mee doet, is eigenlijk een ander onderwerp.

Belangrijk is ook — D66 heeft dat herhaaldelijk naar voren gebracht — dat het register onderdeel is van een bredere agenda. Het overstijgende doel van iedereen die hier zit, is beter onderwijs. Dat verbindt ons. Dat was ook heel duidelijk in dit debat. Nederland loopt eigenlijk enorm voor als het gaat om professionalisering. Daarom worstelen we daar ook wel mee. In de zorg is Nederland het enige land waar je zeker weet dat alle dokters en verpleegkundigen in een ziekenhuis hun vak bijhouden. Dat is uniek. Daar heeft nog geen patiënt tegen geprotesteerd. Ik verwacht ook geen protesten van leerlingen.

Aan het eind van dit jarenlange traject wil ik namens mijn fractie een compliment uitdelen aan alle betrokkenen. Allereerst aan de leraren, en dan vooral aan de meest kritische leraren. Zij hebben gezien dat hun inbreng dominant is geweest in dit debat. Hun betrokkenheid en kritische houding hebben het voor ons mogelijk gemaakt om te toetsen waar dit nu mogelijk nog schuurt. Daar zijn we hun dankbaar voor. We hopen dat ze betrokken blijven. Dat geldt natuurlijk ook voor de bonden, de sectorraden, de regering, het ministerie en ten slotte de Onderwijscoöperatie. Ik zou willen dat wij als beroepsbeoefenaars in de zorg destijds zo'n organisatie gehad hadden, want dan had het vast geen 30 jaar geduurd om dit in te voeren.

Ik zal mijn fractie adviseren om voor dit wetsvoorstel te stemmen.