Plenair Backer bij voortzetting behandeling Algemene Europese Beschouwingen



Verslag van de vergadering van 10 april 2018 (2017/2018 nr. 26)

Status: gecorrigeerd

Aanvang: 22.24 uur


Bekijk de video van deze spreekbeurt

De heer Backer i (D66):

Voorzitter. Laat ik beginnen met ook die steun uit te spreken. Ik had 1 minuut en 25 seconden over in de eerste termijn en die hadden daarover moeten gaan, maar ik was te zeer in beslag genomen door de andere onderwerpen. Wij steunen dat Europese programma ook.

De voorzitter:

Dat is genoteerd.

De heer Backer (D66):

Voorzitter. Deze beschouwingen vandaag zijn ook echt beschouwingen, algemeen van aard. De fractie van D66 heeft in deze bijdrage haar eigen accenten in de eerste termijn neergezet. Ik denk dat dat ook de bedoeling is van deze bijeenkomst en van de interacties met de collega's hierover. Ik heb benadrukt dat het een scharniermoment is in de geschiedenis en dat er een momentum is dat nu gegrepen moet worden. Ik heb minister Blok goed beluisterd en ik dank hem, en ook minister Hoekstra, voor de over het algemeen zorgvuldige wijze van beantwoording.

Ik maak hier even de disclaimer in het algemeen en daar sloeg mijn interventie vlak voor de avondpauze ook op. Mijn irritatie was dat het op een gegeven moment wel op een zeer mechanische en routineuze wijze ging. De positieve kant daarvan: het is natuurlijk een hele ervaren minister, die niet gaat uitwijden en de zaken klein houdt. Maar als er een debat is over een groot onderwerp, dat ook door velen van ons met een zekere passie uiteen wordt gezet, dan is het even jammer als het zo gaat. Maar ieder zijn eigen stijl. Ik heb mij daar alweer mee verzoend. Het is bovendien na de pauze goedgemaakt door de beide bewindslieden.

Minister Blok zei iets over de Frans-Duitse dynamiek en dat het speelveld niet uitsluitend door de Frans-Duitse dynamiek moet worden beheerst, maar dat heeft natuurlijk ook niemand beweerd. Nee, natuurlijk niet. Maar de kern is een dynamiek die buitengewoon belangrijk is en waar we op zullen moeten letten, willen we niet aan het eind met lege handen staan. Ik sluit op dit punt aan bij wat collega Knapen te berde bracht.

Ik heb minister Blok zeer goed beluisterd over de defensiecapaciteit. Ik waardeer dat ook. Over het initiatief van president Macron zei hij: met behoud van de unanimiteitsregel. Dat begrijp ik ook. Ik denk dat dat ooit, maar dat zal nog een lange tijd duren, misschien nog eens verandert.

Het punt van Monti en de eigen middelen; laat ik er op dit late uur niet te veel meer over zeggen. Het gaat denk ik over managing expectations en daar kom ik straks nog even op terug.

Ik was opgelucht om te beluisteren dat minister Hoekstra ongeveer in elke hoofdstad in Europa geweest is en in sommige vaker, want ik had ook zelf de indruk gekregen dat de Hanzelandcoalitie zijn actieradius domineerde. Dat is gelukkig niet het geval. Dat is ook winst van dit debat, want dat kan dan ook bijdragen aan een juiste interpretatie van waar het kabinet mee bezig is. De minister had het over "patroonherkenning" die hij in Europa doet. Ik doe hier ook aan patroonherkenning. Ik had het zo niet gezien, maar ik ben er blij mee.

Er is natuurlijk — ik zeg "natuurlijk" omdat ik niet anders had verwacht — door de beide bewindslieden gezegd dat er niet meer geld naar de EU-begroting zal gaan. U gaat dat ook niet anders zeggen en ik hoef dat ook niet te horen. Ik denk dat het belang van dit debat is dat u van mij hoort dat, als de uitkomst van de discussies anders is — ik taxeer dat dat zo zal zijn, en dat dat natuurlijk ook problemen geeft want dan moet er weer omgebogen worden en moet dat geld gevonden worden — dat dat mag. Ik zou het als volgt willen zeggen. Oorspronkelijk is de minister van Financiën jurist en hij kent het onderscheid tussen een inspanningsverbintenis en een resultaatsverbintenis. Ik denk dat we hier over een inspanningsverbintenis spreken en we zullen zien wat eruit komt.

Voorzitter. Ik vroeg nog naar het volgende, waar minister Hoekstra weinig over heeft gezegd. In de groep van zuidelijke landen maar ook in de Commissievoorstellen, en zelfs de Raad van State heeft op dit punt iets gezegd, is gezegd dat de sociale pijler vorm moet krijgen in de verdere Europese dimensie. Niet door het uitdelen van geld en overdrachtsuitgaven maar door investeringen en het creëren van reële economische vooruitgang in delen van Europa waar die nu nog niet is.

Voorzitter, ik ga afronden. In al deze ingewikkelde onderhandelingen op zo veel plaatsen houden we voor ogen dat dit in het belang van de burger is, in Nederland maar ook in Europa. Ja, er zijn tal van gebreken en het wordt heel technisch. Dat is ook het risico van zo'n debat. Op een gegeven moment, zeker bij de financiële zaken, wordt het heel technisch, met veel afkortingen. Maar het gaat uiteindelijk toch om een capaciteit om het leven van mensen beter te maken. Ik heb er alle vertrouwen in dat de ministers en het kabinet daarmee bezig zijn. Ik heb het gevoel dat we elkaar nog wel een keer zullen spreken over het EMF, want ik ben er niet geheel van overtuigd dat het een intergouvernementele uitkomst zal moeten zijn, maar we zullen het zien.

Verder wou ik afsluiten met waardering voor de inzet van de ministers; de heer Blok was nog even in Rusland en Venezuela en is nu hier om met ons te discussiëren.

Tot slot, voorzitter. Mijn fractie heeft vertrouwen in de toekomst. Laat dat nou toevallig de titel van het regeerakkoord zijn.

De voorzitter:

Dank u wel, mijnheer Backer. Ik geef het woord aan mevrouw Strik.