Plenair Teunissen bij voortzetting gezamenlijke behandeling (wetsvoorstel 35.573 zonder stemming aangenomen)



Verslag van de vergadering van 8 december 2020 (2020/2021 nr. 14)

Status: gecorrigeerd

Aanvang: 19.35 uur


Bekijk de video van deze spreekbeurt

Mevrouw Teunissen i (PvdD):

Voorzitter, dank u wel. Dank aan de bewindslieden voor de beantwoording. De Partij voor de Dieren vindt dat het Belastingplan in dienst zou moeten staan van de aanpak van de grootste crisis waar we in zitten, namelijk de klimaat- en biodiversiteitscrisis. Daarnaast zou het de toenemende ongelijkheid in welvaartsverdeling moeten verminderen. Ook na het beluisteren van de uitgebreide beantwoording constateert mijn fractie dat het plan op deze punten ontoereikend is en noodzakelijke vernieuwing mist.

Wat betreft de nationale klimaatmaatregelen zeg ik het volgende. De weging van het weglekvraagstuk, het verdwijnen van bedrijvigheid naar het buitenland, is deels een politiek vraagstuk, zo hebben we gemerkt. Moet Nederland vooroplopen in het beprijzen van CO2-uitstoot en daarbij het risico accepteren dat bedrijvigheid en uitstoot deels over de grens kunnen verplaatsen? Of moet Nederland bij een weglekrisico alleen gaan voor internationale maatregelen die een dergelijke weglek niet hebben, maar waarvan de haalbaarheid wellicht minder zeker is?

Voorzitter. In ieder geval is duidelijk dat Nederland nationaal meer moet doen. We zijn momenteel het slechtste jongetje van de klas als het gaat om hernieuwbare energie in heel Europa. We zijn het ook verplicht aan jongere generaties. De vervuiler betaalt, is een effectief uitgangspunt. Vrachtvluchten zijn vervuilender en lawaaiiger dan passagiersvliegtuigen. We hebben eigenlijk nog tien jaar om broeikasgassen terug te dringen. Hoe we wat dat betreft anders gaan verduurzamen, is volstrekt onduidelijk. De sector komt ook niet met oplossingen. Als je dan maatregelen treft, zoals een vrachttaks, is het in ieder geval heel belangrijk dat je dat doet op basis van onafhankelijk onderzoek en dat je de feiten boven tafel krijgt, zodat je een goede afweging kunt maken tussen de positieve effecten en de neveneffecten, zoals gezondheid en schone lucht, en de mogelijk negatieve effecten. Als ik zie dat SEO met foutieve cijfers is gekomen, er nauwelijks onderzoek is gedaan naar de positieve effecten van de vrachttaks en de maatregel vervolgens wordt ingetrokken, dan kan ik dit geen serieus klimaatbeleid noemen.

Voorzitter. Op basis van slecht huiswerk de handdoek in de ring gooien, vind ik niet zoals we normaal gesproken in dit huis te werk gaan. Vandaar de volgende motie.

De voorzitter:

Door de leden Teunissen, Koffeman en Nicolaï wordt de volgende motie voorgesteld:

De Kamer,

gehoord de beraadslaging,

overwegende dat de luchtvracht meer lawaai en vervuiling veroorzaakt dan personenvervoer;

overwegende dat de Kamer door het kabinet onjuist en onvolledig is ingelicht over de effecten van een belasting op luchtvracht en daar een onterechte conclusie aan verbonden heeft in de vorm van een novelle om de belasting op luchtvracht te schrappen;

verzoekt de regering een onafhankelijk onderzoek in te doen stellen naar de effecten van een luchtvrachtbelasting en de Kamer daarover binnen zes maanden te rapporteren,

en gaat over tot de orde van de dag.

Naar mij blijkt, wordt de indiening ervan voldoende ondersteund.

Zij krijgt letter P (35572).

Mevrouw Teunissen (PvdD):

Dank, voorzitter. De belasting op arbeid verlagen, zorgt ervoor dat het weglekrisico afneemt. Daarnaast komen er daardoor ook meer mensen aan een baan. We gaan wat schadelijk is meer belasten en wat waarde toevoegt minder. De staatssecretaris ging daar al op in. Hij heeft gezegd: we nemen een aantal maatregelen die ervoor zorgen dat de belasting op arbeid wel degelijk wordt verlaagd. Wij zien echter nog niet dat dat op een structurele wijze, die ook daadwerkelijk toewerkt naar een gedegen vergroening van het belastingstelsel, gebeurt. Vandaar de volgende motie.

De voorzitter:

Door de leden Teunissen, Koffeman, Nicolaï en Van Apeldoorn wordt de volgende motie voorgesteld:

De Kamer,

gehoord de beraadslaging,

overwegende dat ongeveer 50% van de in Europa geïnde belastingen afkomstig is uit heffingen op arbeid;

overwegende dat slechts 6% van de belastingen die geïnd worden door EU-lidstaten afkomstig is van heffingen op transport, energie, vervuiling en grondstoffen en dat dit aandeel daalt;

overwegende dat een schaarste aan grondstoffen en de maatschappelijke kosten die veroorzaakt worden door vervuiling, een verlegging van de belastinggrondslag zouden kunnen rechtvaardigen, zodat wat algemeen gewaardeerd wordt, zoals arbeid, minder belast wordt en wat algemeen zorgen baart, zoals vervuiling en grondstofgebruik, meer;

verzoekt de regering een onafhankelijk onderzoek in te doen stellen naar de mogelijkheden tot herinrichting van de belastingdruk, zodat het welzijn in brede zin inclusief de werkgelegenheid bevorderd wordt, en de Kamer daarover binnen zes maanden te rapporteren,

en gaat over tot de orde van de dag.

Naar mij blijkt, wordt de indiening ervan voldoende ondersteund.

Zij krijgt letter Q (35572).

Mevrouw Teunissen (PvdD):

Voorzitter, dank u wel. Dan nog een laatste punt over de verbeteringen in de aanpak van belastingontwijking. Mijn fractie is erg blij met de manier waarop de staatssecretaris daarop heeft gereageerd. Hij wil dat echt aanpakken. Ik heb erop gewezen dat Nederland er nog steeds via een verdrag medeverantwoordelijk voor is dat Oeganda 21 miljoen aan winstbelasting misloopt. De staatssecretaris heeft gezegd dat hij bekijkt of hij kan toezeggen dat belastingafwijking in Oeganda door brievenbusfirma's in het verdrag met Oeganda wordt uitgesloten. Ik ben heel erg benieuwd naar zijn antwoord daarop, dus of dat inderdaad mogelijk is.

Daarnaast ziet mijn fractie toch ook graag een meer structurele aanpak om misstanden door middel van degelijke verdragen te voorkomen. Vandaar de volgende en tevens mijn laatste motie.

De voorzitter:

Door de leden Teunissen, Koffeman, Nicolaï en Van Apeldoorn wordt de volgende motie voorgesteld:

De Kamer,

gehoord de beraadslaging,

overwegende dat belastingverdragen zoals die met Uganda tot onbedoelde/ongewenste neveneffecten kunnen leiden zoals de oprichting van Nederlandse holdings door buitenlandse bedrijven die zakendoen met in casu Uganda en daarmee de betaling van in casu Ugandese belasting kunnen ontwijken;

overwegende dat ontwikkelingslanden daarmee hoge bedragen aan belastinginkomsten mis kunnen lopen, zonder dat er een substantieel Nederlands belang mee gediend wordt;

verzoekt de regering een onafhankelijk onderzoek in te doen stellen naar de effecten van belastingverdragen van Nederland met derde landen en hun neveneffecten, en de Kamer daarover binnen zes maanden te rapporteren,

en gaat over tot de orde van de dag.

Zij krijgt letter R (35572).

Mevrouw Teunissen (PvdD):

Voorzitter. Tot slot kijk ik met verwachting uit naar de beantwoording door de staatssecretaris.

Dank u wel.

De voorzitter:

Dank u wel, mevrouw Teunissen. Dan is het woord aan mevrouw Bikker namens de fractie van de ChristenUnie.