Plenair Baay-Timmerman bij voortzetting behandeling Tijdelijke wet beperking vertoeven in de openlucht covid-19



Verslag van de vergadering van 19 februari 2021 (2020/2021 nr. 24)

Status: gecorrigeerd

Aanvang: 19.42 uur


Bekijk de video van deze spreekbeurt

Mevrouw Baay-Timmerman i (50PLUS):

Dank, voorzitter. Dank ook aan de minister voor de soms zeer uitvoerige beantwoording van de vele vragen. De minister heeft uitgebreid uiteengezet waarom hij van mening is dan er voldaan is aan de proportionaliteits- en subsidiariteitsbeginselen van de maatregel van de thans geldende avondklok, vanaf 21.00 uur 's avonds tot 04.30 uur 's ochtends. Heel veel nieuwe elementen heb ik niet kunnen ontdekken in datgene wat daarover gisteren in de Tweede Kamer reeds is gezegd. Mijn fractie laat dat nog eens even rustig bezinken.

Voorzitter. De minister stelde met trots vast dat de naleving van de avondklok op zo'n 94% kan worden gesteld. Dat is niet zo verwonderlijk, want dit is de enige maatregel waarvan de handhaving in beginsel makkelijk te verwezenlijken is. Overtreding is snel en overzichtelijk te constateren. Mijn fractie vraagt zich af of deze 94% is gesteld voor of na de zeer afkeurenswaardige rellen die zich in eerste instantie voordeden na afkondiging van de avondklok. Toen was er namelijk beduidend minder draagvlak onder de bevolking.

Voorzitter. Mocht het voorliggende wetsvoorstel worden aangenomen, dan zal de huidige avondklokmaatregel overgaan in de Tijdelijke wet maatregelen. De constructie via artikel 8 van de Wbbbg vervalt dan. Het is duidelijk geworden dat een mogelijke verlenging of wijziging qua tijdstippen die behoren bij de avondklok telkenmale via een ministeriële regeling zal moeten plaatsvinden. Tot twee keer toe zei de minister dat deze verandering dan zou worden voorgelegd aan het parlement. Maar feitelijk bedoelt hij dus enkel de Tweede Kamer. Dat brengt mijn fractie terug op de vraag in mijn bijdrage in eerste termijn, namelijk waarom de minister het amendement van 50PLUS omtrent gelijk instemmingsrecht voor Tweede en Eerste Kamer heeft ontraden.

Voorzitter. Ik heb goed geluisterd. De minister heeft duidelijk aangegeven, ook op vragen van collega Janssen, dat hij zich in een moeilijk parket bevond. Hij kon zich alle kritiek die diverse leden in deze Kamer geuit hebben, omdat zij vinden dat er afbreuk werd gedaan aan de rol van de Eerste Kamer, goed voorstellen. Maar toen hij de kans kreeg om op z'n minst aan te geven dat hij ook persoonlijk met dit dilemma worstelde, liet hij dat na. Elke minister of staatssecretaris kan een amendement of motie oordeel Kamer geven, zodat hij daarmee een duidelijk signaal afgeeft, ook richting de Tweede Kamer.

Voorzitter. We hebben het nu over een avondklok, maar deze kan al naargelang de ontwikkeling van besmettingsgetallen worden opgerekt naar, zeg maar, een overdagklok, zoals bijvoorbeeld in Spanje in het begin van de crisis werd gehanteerd. Zo constateert mijn fractie naar aanleiding van de beantwoording door de minister. En dit is een belangrijk gegeven.

Ik heb nog een specifieke vraag aan de minister. Is er een verband, een samenhang, tussen bijvoorbeeld het openstellen van middelbare scholen, horeca of winkels en de duur of verlenging van de avondklok? Zo ontstaat er bijvoorbeeld overdag meer risico op besmetting, dat je door een avondklok als het ware opheft. Graag een antwoord van de minister.

Tot slot, voorzitter. Het is misschien een beetje flauw, maar is Nederland door de invoering van de avondklok nu dichtgegooid of niet? Daarop kreeg ik nog geen antwoord.

Dank u wel.

De voorzitter:

Dank u wel, mevrouw Baay. Dan geef ik het woord aan mevrouw De Bruijn-Wezeman namens de fractie van de VVD.