Plenair Baay-Timmerman bij behandeling Goedkeuringswet derde verlenging geldingsduur Twm covid-19



Verslag van de vergadering van 23 november 2021 (2021/2022 nr. 7)

Status: gecorrigeerd

Aanvang: 10.17 uur


Bekijk de video van deze spreekbeurt

Mevrouw Baay-Timmerman i (50PLUS):

Voorzitter. Mijn fractie beperkt zich vandaag uitsluitend tot de agenda met het voorliggend wetsvoorstel van de goedkeuringswet ten aanzien van de derde verlenging van de Twm en de mogelijkheid om coronatoegangsbewijzen te blokkeren. Daarnaast ga ik kort in op de boostercampagne, omdat die net is gestart.

De naam van deze Tijdelijke wet maatregelen begint ironisch te worden. De term "tijdelijk" doet vreemd aan, als we bedenken dat deze wet werd ingevoerd op 1 december 2020 en dat we nu, op een paar dagen na, een jaar verder zijn. Vandaag hebben we het over de derde verlenging, die aanving op 1 september 2021 en afloopt op 30 november aanstaande. Dat is dus over zeven dagen; mevrouw De Boer had het er ook al over. In de nota naar aanleiding van het verslag van 19 november is de minister nader ingegaan op de behandeling van deze goedkeuringswet door de Tweede Kamer. Mede vanwege het ontbreken van de nodige voortvarendheid aldaar, komt de behandeling in de Eerste Kamer nu pas aan bod. Vlak voordat de Twm-verlenging afloopt, staan we er hier, als het ware met terugwerkende kracht, over te debatteren. Dat voelt als mosterd na de maaltijd.

Noodwetgeving en de daaraan gekoppelde maatregelen, die een geldigheidsduur hebben van drie maanden, dienen naar het oordeel van 50PLUS binnen een maximale termijn van één maand door zowel de Tweede als de Eerste Kamer behandeld en getoetst te worden. Graag hoor ik of de minister het hiermee eens is, zeker gegeven het feit dat de minister al tijdens het debat in de Tweede Kamer op 8 november sprak over een mogelijke vierde of vijfde verlenging van de Twm.

De ontstane vertraging heeft te maken met de eigen agenda van de Tweede Kamer. De beantwoording van Tweede Kamervragen heeft meer tijd gevraagd vanwege gestelde vragen over het coronabeleid die verder gingen dan het wetsvoorstel zelf, aldus de minister. Dat is voor mijn fractie reden om aan de minister te vragen of in de toekomst mogelijk een splitsing kan worden aangebracht in de beantwoording van feitelijke vragen over het wetsvoorstel zelf en vragen die betrekking hebben op het coronabeleid in het algemeen, zodat de vereiste voortvarendheid niet verloren gaat. Graag een reactie.

Voorzitter. De proportionaliteitsweging speelt bij alle wetgeving een rol, maar zo'n weging is helemaal cruciaal wanneer inbreuk wordt gemaakt op de grondrechten van de burger. Deze goedkeuringswet, met de verlengde maatregelen, doet dat. In het Tweede Kamerdebat is met nadruk aangegeven dat een proportionaliteitsweging per maatregel per periode iedere keer weer opnieuw dient plaats te vinden, zodat de voorgestelde vrijheid beperkende maatregel proportioneel wordt geacht voordat deze in werking treedt.

Voorzitter. Iedereen in dit huis is bekend met de thans hoog oplopende COVID-19-besmettingen ondanks het percentage van zo'n 84% dat volledig gevaccineerd is. Dit zorgt voor toenemende ziekenhuisopnames, al dan niet op de ic. En dan verwachten we ook nog influenzazorg aankomende januari. De media spreken al van code zwart en zorgdrama vanwege de toenemende druk op de zorg.

Dat de besmettingscijfers absoluut omlaag moeten, daarover hoeven we hier niet te discussiëren. Het probleem voor mijn fractie is wel dat de proportionaliteitsweging van een op te leggen maatregel iedere keer onlosmakelijk gekoppeld wordt aan het enorme tekort aan zorgverleners, en we weten allemaal dat je daar niet zo maar een blik van open kunt trekken. Instroom en opleiding duurt zo'n twee jaar. Dus het nijpend tekort in de zorg tijdens crisissituaties blijft voorlopig onverkort bestaan. Gegeven dit feit vraag ik wat de toekomstvisie is van dit demissionaire kabinet. Waarom is de in de zomer aangekondigde pandemische paraatheid nog niet gereed en moeten we wachten tot eind december? Die afwachtende houding is funest gezien de huidige ontwikkelingen.

Voorzitter. 50PLUS richt zich vooral op de senioren, juist de groep die vanwege de leeftijd extra kwetsbaar is voor de gevolgen van een coronabesmetting. Het gevoerde beleid bestaat met name uit het beschermen van de kwetsbaren onder ons. Iets wat mijn fractie natuurlijk omarmt. Maar 50-plussers hebben kinderen, 60-plussers hebben kleinkinderen en zij zijn zeker niet blind voor de effecten van de steeds weer opnieuw vergaande vrijheid beperkende maatregelen die moeten worden opgelegd aan de samenleving. Zij onderkennen wel degelijk dat die misschien de jongeren wel het meest en het hardst raken.

Mijn fractie maakt zich grote zorgen over de steeds verdergaande tweespalt en polarisatie in de samenleving tussen de gevaccineerden en ongevaccineerden. Zij verafschuwt het geweld van de afgelopen dagen, dat zeker niet altijd coronagerelateerd is. De vraag aan beide ministers is of en hoe dit geweld gestopt kan worden.

Voorzitter. Dan nu de booster, die niet hetzelfde is als een derde covidprik, maar in de samenleving wel zo wordt genoemd. Onder ouderen is de vaccinatiebereidheid en daardoor de vaccinatiegraad het hoogst. Velen kijken reikhalzend uit naar deze booster. Op 30 juli jongstleden kondigde RTL Nieuws aan: Israël gaat voor de derde coronaprik. Inmiddels was wetenschappelijk vastgesteld dat de toegepaste covidvaccins minder bestand waren tegen de deltavariant en dat de beschermingsduur van de vaccins tegen COVID-19 langzaam afneemt, met name bij de senioren. Desgevraagd zei de woordvoerder van VWS dat over de boostervaccinatie nog werd nagedacht en dat er in september meer duidelijkheid zou zijn. Het Verenigd Koninkrijk heeft inmiddels 10 miljoen boosters gezet en de VS volgen het beleid van Israël. En wat deed Nederland? Het demissionair kabinet startte pas met de boostervaccinatie op 18 november jongstleden.

Waarom is in september jongstleden, na een maand nadenken, de boosterprikcampagne niet gestart, zo vraag ik de minister. De 80-plussers zouden dan al rond oktober van dit jaar een betere bescherming tegen corona hebben verkregen, waardoor de overbelasting van de zorg wellicht voorkomen had kunnen worden. De boosterprik na half november valt voor vele ouderen ook nog samen met hun jaarlijkse griepprik. Bekend is dat de griepprik en het pneumokokkenvaccin wel gelijktijdig kunnen worden toegediend, want de een ziet op de virale en de andere op de bacteriële bescherming. Maar hoe zit dat met de booster? Kan die combinatie überhaupt zonder bijwerkingen?

Dan kom ik terug op het onderonsje dat ik had met de minister in het meidebat, waarin ik hem vroeg of iemand na volledige vaccinatie binnen afzienbare tijd opnieuw gevaccineerd kon worden met een coronavaccin. De minister antwoordde toen — ik citeer letterlijk uit de Handelingen —: "Nou, ik denk dat die persoon daar dan vanzelf spijt van krijgt, want die bijwerkingen nemen natuurlijk toe naarmate je meer prikken hebt gehad. Vaccineren doe je nou ook weer niet voor de lol. Ik sluit niet uit dat het zou kunnen, maar ik denk eerlijk gezegd niet dat iemand dat wil."

Kan de minister in het kader van deze uitspraak nader uiteenzetten hoe hij in dit verband de mogelijke bijwerkingen van een derde Pfizerprik al dan niet in combinatie met die van de griepprik plaatst? Kunnen bijwerkingen dan niet toenemen? Voor alle duidelijkheid: 50PLUS staat volledig achter de boosterprik voor al degenen die dat willen, maar wil wel graag duidelijkheid hebben over de mogelijke samenloop van vaccins.

Voorzitter. Dan nu het CTB, het coronatoegangsbewijs. Als fractie hebben we tegen invoering gestemd vanwege het feit dat toen al de fraudegevoeligheid en de mogelijke onbetrouwbaarheid ervan bij ons bekend waren. Invoering zou een gevaarlijke schijnveiligheid kunnen oproepen. Daarnaast had mijn fractie ernstige twijfels over de uitvoerbaarheid ervan in de praktijk. 50PLUS begrijpt niet dat op dit moment een CTB voor bezoekers, dat dus niet voor het personeel geldt, van bijvoorbeeld sportscholen, horeca en bibliotheken verplicht is, maar dat diezelfde verplichting voor bezoekers van zorginstellingen ontbreekt. Ik had het er al even over in het debat met de heer Backer van D66. We kunnen toch met een aan zekerheid grenzende waarschijnlijkheid stellen dat mensen in zorginstellingen over een kwetsbare gezondheid beschikken en in optima forma bescherming moeten genieten. Waarom dan hier geen CTB voor bezoekers? Graag een toelichting van de minister.

Voorzitter. Ik ga afronden. 50PLUS is verheugd dat de minister van JenV valse of ondeugdelijke CTB's kan blokkeren. Dat lijkt ons ook een noodzakelijke maatregel. Graag horen we van hem waaruit het gegrond vermoeden exact bestaat waardoor je tot de gevolgtrekking komt dat een CTB via fraude of misbruik is verkregen. Kan de minister dit nader specificeren? Vindt onderzoek enkel plaats naar websites waar CTB's worden aangeboden? Ik kreeg er vanochtend nog een via mijn telefoon. Hoe verloopt de opsporing van handel in CTB's daarbuiten? Acht de minister de kans groot dat controleurs daadwerkelijk overgaan tot aangifte bij gegrond vermoeden van misbruik van een CTB? Ingeval controleurs aangifte nalaten, zijn ze dan mede strafbaar? Onder welke delictsomschrijving valt dit dan?

Mijn fractie begreep dat misbruik van een CTB bestempeld kan worden als een overtreding met als op te leggen sancties zeven dagen hechtenis of een geldboete van €59. Zou het helpen om deze sancties meer onder de aandacht te brengen van het grote publiek, zodat daar een preventieve werking van uit kan gaan, zo vraag ik de minister. En tot slot: bestaat de mogelijkheid dat een coronacheckscanner zo gemanipuleerd wordt dat altijd een groen vinkje verschijnt? En zo ja, levert dit dan een op zichzelf staand strafbaar feit op?

Voorzitter. Ik sluit af met een welgemeend dankwoord aan de minister van VWS en zijn staf voor de zeer zorgvuldige en uitgebreide beantwoording van de schriftelijke vragenronde. Dat mag ook weleens gezegd worden. Ik hoop op een continuering ervan voor deze vragen.

De voorzitter:

Dank u wel, mevrouw Baay. De heer Van der Voort.

De heer Van der Voort i (D66):

Ik kom nog even terug op het punt dat mevrouw Baay naar voren brengt over de combinatie van het influenzavaccin en de coronavaccinatie. Begrijp ik hieruit goed dat u vindt dat de overheid in de voorlichting daarover tekortgeschoten is? Blijkbaar weet u het niet en misschien zijn er heel veel mensen die dat niet weten. Zou de overheid op dit punt en misschien ook op andere punten intensiever met voorlichting en informatievoorziening aan de gang moeten gaan?

Mevrouw Baay-Timmerman (50PLUS):

Absoluut. Die kennis schiet bij velen te kort. Daarom gaan mensen twijfelen over eventuele bijwerkingen, zeker in combinatie met dat griepvaccin.

De heer Van der Voort (D66):

Ik begrijp hieruit dat u onze oproep om actiever informatie te verstrekken en ook desinformatie te weerspreken daarmee ondersteunt?

Mevrouw Baay-Timmerman (50PLUS):

Ik kan me volledig vinden in het verstrekken van de juiste en zorgvuldige informatie aan iedereen die dat nodig heeft.

De heer Van der Voort (D66):

Dat is nog geen ja.

De voorzitter:

Dank u wel. Dan is het woord aan mevrouw Prins namens het CDA.