Plenair Kox bij behandeling Afschaffing minimale beraadtermijn voor afbreking van zwangerschappen



Verslag van de vergadering van 14 juni 2022 (2021/2022 nr. 33)

Status: gecorrigeerd

Aanvang: 11.29 uur


Bekijk de video van deze spreekbeurt

De heer Kox i (SP):

Dank u wel, voorzitter. Ik vervang Arda Gerkens, die vanwege covid thuis moest blijven. Met de minister realiseer ik me dat covid nog steeds geen akkefietje is. Arda houdt zich keurig aan de regels, kan dus niet komen en stuurt mij het veld in; het is niet anders.

Voorzitter. Het is fijn dat we dit debat hebben. Ik wil mijn dank uitspreken aan de initiatiefnemers en hun opvolgers die we hier hebben; dit voorstel betreft immers een verbetering van de regels in verband met het afbreken van een zwangerschap. In een aantal andere landen is de discussie anders. Daar komen voorstellen op tafel die doorgaans verslechtering van de regelgeving inhouden. Ik en mijn fractie maken ons daarover grote zorgen. Het zijn veelal mannen die vinden dat zij de rechten van een vrouw op zelfbeschikking wel mogen intomen, om welke reden dan ook. Mijn fractie is er erg voor om alle steun uit te spreken aan alle vrouwen en alle mannen in die landen die zeggen dat het recht op zelfbeschikking voor een vrouw een fundamenteel recht is, dat niet om allerlei niet nader geduide redenen ingeperkt mag worden.

Voorzitter. Het afbreken van zwangerschap, het aborteren van een kind, is hoe dan ook geen lichte ingreep. Het is een zware beschikking die met veel emotie gepaard gaat, al was het alleen maar — dit is overigens de tekst van Arda — vanwege de hormonen die al vroeg door het lijf van de vrouw gieren. Maar ook als partner van een vrouw heb je daar enige weet van. Het is goed dat het afbreken van een zwangerschap met regels is omringd. Daar doen de initiatiefnemers ook niks aan af. Opmerkelijk is wel dat het beginnen van een zwangerschap niet met regels is omringd. Daar doe je maar wat je goed vindt. Ik zou zo benieuwd zijn of mensen die zo erg gespitst zijn op de vraag wat te doen bij het afbreken van een zwangerschap, ook iets zouden voelen voor een verplichte beraadtermijn voor het beginnen van een zwangerschap. Ik heb daar niemand over gehoord, maar misschien is het de moeite waard om daar in tweede termijn toch iets over te zeggen.

Voorzitter. Het thema roept veel emoties op, getuige de vele demonstraties, brieven en e-mails die we hebben gekregen. Sommige hebben wel een heel bijzondere inhoud en geven ons te denken dat wij onvoldoende op de hoogte zouden zijn, of ons zouden willen stellen, van alle consequenties van de voorgestelde wetgeving. Maar in die reacties wordt overigens eerder de mogelijkheid van het afbreken van zwangerschap bekritiseerd dan dit wetsvoorstel als zodanig. In die zin vind ik dat niet zo'n heel zuivere manier van redeneren in onze richting. Ik zeg het nog maar eens helder: dit voorstel gaat niet over de mogelijkheden tot het afbreken van zwangerschap, de redenen voor het afbreken van zwangerschap, de vraag wie daar naast de vrouw nog verder zeggenschap over heeft en de vraag tot wanneer die afgebroken mag worden. Dat hebben we allemaal al geregeld en dat willen deze initiatiefnemers niet ter discussie stellen.

Deze wet handelt maar over één ding: over het afschaffen van de verplichte minimale bedenktermijn van vijf dagen voor afbreking van zwangerschappen. In plaats daarvan komt een zodanige bedenktijd die nodig is om tot een weloverwogen en zorgvuldig besluit te komen. Dat is het wetsvoorstel, niet meer en niet minder. Het afbreken van een zwangerschap is een keuze die geen enkele vrouw lichtvaardig maakt. Juist omdat de keuze zo belangrijk is, wordt daar in het algemeen goed over nagedacht. Natuurlijk kan het voorkomen dat de beslissing verkeerd is. Daarom is het ook verstandig om beraad te hebben en te overleggen met iemand die er verstand van heeft. De vraag is alleen of de verplichting van een bedenktijd van vijf dagen nou het allerverstandigst is. Voorkomt die termijn ook daadwerkelijk het nemen van verkeerde beslissingen? Onderzoek heeft volgens ons tot nu toe niet aangetoond dat die verplichte vijf dagen beraad werkelijk bijdragen aan een betere beslissing. Vandaar dat dit wetsvoorstel op tafel ligt. Dus: ja, beraad, maar nee, geen verplichte termijn van vijf dagen.

Die verplichte bedenktermijn van vijf dagen is in de ogen van onze fractie ook eigenlijk wel vreemd. Het afbreken van de zwangerschap moet juist in goed overleg met de arts gaan. Als de arts twijfelt of de vrouw de juiste beslissing neemt, is een bedenktermijn nodig. De arts moet toetsen of de vrouw alle opties heeft overwogen, of ze de consequenties inziet van haar keuze en of ze die keuze geheel vrijwillig maakt. Die termijn kan dan één dag zijn, of twee dagen, of tien dagen. Maar als er na lang of kort wikken en wegen een ja is gekomen, dan mag deze termijn niet alsnog met vijf dagen worden verlengd. Dat is belangrijk voor alle betrokken partijen. Want door die bedenktermijn kan de zwangerschap in een fase terechtkomen waarin de abortus niet meer met medicatie kan worden gedaan. Dat is ingrijpender voor de vrouw en de vrucht die ze draagt. De vrouw loopt dan immers nog langer met een vrucht in haar buik terwijl ze weet dat ze daar afscheid van moet nemen. Ondertussen groeit de vrucht verder en kan men betogen dat daarmee leven in de ongeborene toeneemt, waardoor de abortus ingrijpender wordt. Vanuit dat oogpunt gezien, zou men volgens onze fractie eerder vroeger dan later tot afbreking moeten overgaan.

Voorzitter. Een verplichte beraadtermijn van vijf dagen kan ook beter vervangen worden om de vrouw niet het gevoel te geven dat ze, na een zorgvuldig genomen besluit, tóch nog eens vijf dagen bij zichzelf te rade moet gaan. Als er één oorzaak is van psychische problemen na afbreking van een zwangerschap, dan is het wel het aangeprate gevoel van schaamte. Daar zouden we ons tegen moeten wapenen. We zouden geen argumenten moeten geven om die schaamte ook maar enigszins overeind te laten.

Voorzitter. Het enige wat naar de mening van de SP-fractie van belang is, is dat de vrouw de volgens haar juiste keuze maakt en dat ze hierbij door professionals wordt geholpen. Mijn fractie vraagt dan ook aan de indieners hoe zij kunnen waarborgen dat het doel van de arts het welzijn van de vrouw is en blijft. Op dit moment hoort de abortuszorg van Nederland gelukkig tot een van de beste van de wereld. Ik hoor daar niemand over jubelen, maar we mogen daar wel tevreden over zijn. Er zijn heel wat landen waar de abortuszorg veel slechter is en waar de ellende voor vrouwen, en mannen, veel groter is. De vraag is dus: is dit ook een thema bij de voorgenomen evaluatie? Hoe kunnen we waarborgen dat die abortuszorg tot de beste van de wereld blijft behoren?

Voorzitter. Informed consent is nu het uitgangspunt van de arts bij het afbreken van de zwangerschap. Dat zou volgens mijn fractie ook hoog in het vaandel moeten blijven staan. Maar als alles gewikt en gewogen is, is er maar één die de knoop doorhakt, op het moment dat het haar het beste lijkt. Dat is de vrouw. Mijn fractie heeft alle vertrouwen in de vrouwen in dit land en is daarom voorstander van dit voorstel. Desalniettemin kijken we natuurlijk uit naar de reactie van de indieners, en ook naar die van de minister waar die nodig is.

Dank u wel.

De voorzitter:

Dank u wel, meneer Kox van de SP. Nu is het woord aan mevrouw Vos van de Partij van de Arbeid.