Plenair Schalk bij behandeling Wet invoering minimumuurloon



Verslag van de vergadering van 7 februari 2023 (2022/2023 nr. 18)

Status: gecorrigeerd

Aanvang: 19.59 uur


Bekijk de video van deze spreekbeurt

De heer Schalk i (SGP):

Dank u wel, voorzitter. Natuurlijk dank ik ook de indieners en de minister zeer voor de antwoorden. Ik werd wel heel even getriggerd door de vele keren dat we de opmerking hoorden dat er macro-economisch gezien weinig effect zou zijn op de werkgelegenheid. Bij dat economische en die economen moet ik toch een beetje denken aan de opmerking die mijn collega Kees van der Staaij ooit maakte toen hij uitlegde wat het verschil tussen een wiskundige, een statisticus en een econoom is. Als je vraagt "hoeveel is twee keer twee", dan zegt de wiskundige vier. De statisticus zegt dat het antwoord ligt tussen de drie en de vijf. Maar de econoom zegt: welk antwoord wilt u krijgen? Als we het vandaag gaan hebben over de macro-economische kant, dan ben ik niet heel erg onder de indruk, want we weten niet precies waar het op uitkomt.

Maar nu serieus. De marginale druk is nog heel even langsgekomen. De minister greep terug op het debat van 13 december. Dat gaan we natuurlijk nu niet overdoen; dat zult u ook niet willen, voorzitter. Toen noemde zij dat het om 4% van de mensen zou gaan. Dat heb ik toen weersproken en dat blijf ik ook een beetje weerspreken. Ik denk wel dat ze gelijk heeft dat die 4% mensen zijn die een marginale druk hebben van 80%. Maar er is een heel grote groep die tussen de 50% en 70% à 75% zit. Die moeten we ook in het oog houden.

Daartegenover ben ik weer heel erg blij met de opmerkingen van de minister over de fasering. Haar opmerking dat een tussenstap van 38 uur fout zou uitpakken voor mensen die in een sector werken die een normale arbeidsduur van 36 uur heeft, sneed echt hout. Dat moeten we dus niet willen. Vandaar dat ik daardoor overtuigd werd dat we die route in ieder geval niet moeten lopen.

Voorzitter. Ik kom nog even terug op mijn allereerste opmerking: de arbeider is zijn loon waardig. Tegen collega Van Gurp zeg ik: als hij nog een stukje verder leest dan Mattheüs 24 en 25, komt hij vanzelf bij Lukas 10:7. Daar staat die opmerking. Ik heb erbij gezegd dat die arbeider van dat salaris, van dat geld, van dat loon moet kunnen leven. Ik denk niet dat dat een nieuwe stellingname van de SGP is. Hij is terug te voeren op de Bijbelse beginselen.

Alles afwegende, gezien de zeer kleine verhoging aan de onderkant van de arbeidsmarkt onder hen die op de grens van armoede leven, zal de fractie van de SGP dit wetsvoorstel steunen. Daarbij blijft mijn fractie wel vragen om aandacht voor lastenverlichting aan de werkgeverskant. Die mogen we niet uit het oog verliezen.

Voorzitter, ik dank u wel.

De voorzitter:

Dank u wel, meneer Schalk. Dan is het woord aan de heer Vos namens de VVD.