Plenair Nicolaï bij voortzetting behandeling Wet coördinatie terrorismebestrijding en nationale veiligheid



Verslag van de vergadering van 28 november 2023 (2023/2024 nr. 9)

Status: gecorrigeerd

Aanvang: 17.23 uur


Bekijk de video van deze spreekbeurt

De heer Nicolaï i (PvdD):

Je zit daar heerlijk! Maar dan moet je er wel blijven zitten.

Voorzitter. Ik hoop dat de minister nog ingaat op twee dingen. Ten eerste de kwestie van artikel 3, lid 5. Ik vroeg hoe het zat met de bezwaartermijn. Als die keer op keer kan worden verlengd, zou er wettelijk dus eigenlijk helemaal geen grens zijn. Daar hoor ik zo nog het antwoord op.

Ik stelde daarnaast een tweede vraag: waaruit wordt nou eigenlijk afgeleid dat de NCTV ook met buitenlandse overheidsorganen of -diensten contacten zou mogen hebben? Ik lees in artikel 3, lid 1, dat de minister gegevens mag verwerken onder andere als die ontvangen zijn op grond van artikel 6. Artikel 6 heeft betrekking op de gegevensverstrekking door overheidsorganisaties, maar buitenlandse diensten worden daar niet genoemd. Daar blijf ik naar op zoek.

In het laatste stuk van de NCTV over een dreigingsbeeld lees ik gewoon het volgende: "Normalisering van rechts-extremistisch gedachtegoed. Het afgelopen halfjaar is het steeds gangbaarder geworden om rechts-extremistisch gedachtegoed uit te dragen. Het openlijk en (vrijwel) kritiekloos bespreken van xenofoob en deels racistisch gedachtegoed is zichtbaar op sociale media, maar ook in het politieke discours, het publieke omroepbestel en het dagelijkse leven." Als je zoiets opschrijft, heb je daar toch gegevens voor? De gegevens die ik de minister voorgehouden heb, over een partij en de leider van die partij, die bepaalde dingen kritiekloos naar voren brengt die binnen de criteria voor extremistisch gedachtegoed van de NCTV vallen, vallen daar toch gewoon onder?

Ik snap wel dat de minister zegt dat het niet aan haar is. We moeten ook absoluut niet hebben dat de minister daar opdracht toe geeft. Maar het gaat erom dat de NCTV een dreigingsbeeld moet kunnen samenstellen. Dat dreigingsbeeld kan ook betrekking hebben op rechts-extremistisch gedachtegoed. Het kan dan ook betrekking hebben op dat wat rechts-extremisten uitkramen steeds gewoner wordt gevonden. Dat is mijn vraag. Ik maak me daar grote zorgen over en ik hoop dat de minister die deelt.

De voorzitter:

Dank u wel, meneer Nicolaï. Het woord is aan de heer Recourt, maar niet dan nadat mevrouw Bezaan de heer Nicolaï toch nog een vraag stelt. Daarvoor geef ik mevrouw Bezaan namens de PVV het woord.

De heer Nicolaï (PvdD):

Ik zou graag weer op de stoel van de BBB zitten, maar ja.

De voorzitter:

Mevrouw Bezaan.

Mevrouw Bezaan i (PVV):

Ik begrijp dat de heer Nicolaï zich ernstige zorgen maakt. Ik heb die zorgen zelf een stuk minder, maar dat zal niet heel vreemd zijn. Mijn vraag aan de heer Nicolaï is de volgende. Ik kan me een debat van een paar weken geleden hier in de Kamer nog herinneren. De heer Oplaat van de BBB refereerde toen aan een boek van Peter Siebelt dat, geloof ik, Eco Nostra heette. Dat boek gaat onder andere over links-extremisme. Dat woord wordt hier niet zoveel gezegd als bijvoorbeeld "rechts-extremisme" of bijvoorbeeld "jihadgebeuren-extremisten". Begrijpt de heer Nicolaï dat hij met dit soort opmerkingen de polarisatie alleen maar veel groter maakt dan die op dit moment is? Begrijpt u dat ú juist degene bent die — laat ik er vooral bij zeggen: in mijn optiek — angst aanjaagt? U zet een hele grote groep kiezers van de afgelopen verkiezingen op een bepaalde manier weg.

De voorzitter:

Ik wil beide sprekers wel vragen om binnen de context van het wetsvoorstel te blijven. Ik geef de heer Nicolaï graag het woord om te antwoorden op de vraag van mevrouw Bezaan, maar dan wel in relatie tot dit wetsvoorstel. Anders wordt het een heel ander debat, dat niet op de agenda staat.

De heer Nicolaï (PvdD):

Dat doe ik graag, voorzitter. Ik zet helemaal geen kiezers weg. Ik heb alleen maar geconstateerd dat er een NCTV is en dat die dreigingsbeelden maakt. Overigens wijst u er terecht op dat die dreigingsbeelden ook op links-extremisme betrekking hebben, zeker. In mijn vraag aan de minister heb ik alleen maar een aantal citaten naar voren gebracht, niet van kiezers maar van leiders van een partij en van gemeenteraadsleden die een bepaald gedachtegoed naar voren brengen waarvan ik zeg: als de NCTV op grond van de eigen criteria ernaar zou kijken, dan zou ze daar een dreigingsbeeld van maken. Dat is alles. Dat was mijn vraag aan de minister. Ik heb verder alleen maar gezegd dat ik daar zorgen over heb. Maar dat is mijn persoonlijke mening, die niet te maken heeft met het debat waar we op dit moment mee bezig zijn.

De voorzitter:

U staat hier altijd namens uw fractie. U staat hier niet persoonlijk.

Mevrouw Bezaan (PVV):

Ik dank de heer Nicolaï voor zijn antwoord. Nogmaals, we hebben het dan ook over het gevaar van links-extremisme, om het bij dit wetsvoorstel te houden. Ik verwees naar het boek Eco Nostra. In dat boek komt uw partij er niet zo heel fijn vanaf. Ziet u dat dan ook als extremisme, of is dat geen extremisme?

De heer Nicolaï (PvdD):

Ik wil daar best nog eens over discussiëren met mevrouw Bezaan, maar het gaat helemaal niet over het onderwerp waarover we het op dit moment hebben. Het onderwerp waarover we het nu hebben, is wat de taak van de NCTV is. Ik heb daar niet naar gekeken, maar het kan best zo zijn dat de NCTV het in het laatste dreigingsbeeld ook heeft over de facetten die u naar voren brengt. Maar dat was mijn vraag niet. Ik heb in mijn vraag facetten naar voren gebracht die recent heel erg gespeeld hebben. In allerlei media, in alle kranten enzovoorts, zijn allemaal citaten boven water gekomen. Die citaten hebben mij zorgen gebaard. Die citaten heb ik voorgelegd aan de minister met de vraag of, kijkend naar wat de NCTV moet doen, dit iets is wat past binnen het dreigingsbeeld van het rechts-extremisme. Dat is alles wat ik gevraagd heb.

De voorzitter:

Tot slot, mevrouw Bezaan.

Mevrouw Bezaan (PVV):

Ik laat het hierbij. Ik denk dat wij er niet uit gaan komen. Dank u wel.

De voorzitter:

Dank u wel. Dan geef ik het woord aan de heer Recourt die dit keer niet spreekt namens GroenLinks-PvdA-D66 maar alleen namens GroenLinks-PvdA, want ik zie dat de heer Dittrich zich ook ingeschreven heeft. Dus het wordt nu weer GroenLinks-PvdA.