Plenair Visseren-Hamakers bij behandeling Begroting Buitenlandse Zaken 2025



Verslag van de vergadering van 22 april 2025 (2024/2025 nr. 27)

Status: ongecorrigeerd

Aanvang: 18.06 uur

Een verslag met de status "ongecorrigeerd" is niet voor citaten en er kan geen recht aan ontleend worden.


Bekijk de video van deze spreekbeurt

Mevrouw Visseren-Hamakers i (PvdD):

Dank, voorzitter. Ten eerste dank aan de minister voor de reflecties op de huidige geopolitieke ontwikkelingen en de, zij het beknopte, beantwoording van sommige van de vragen.

De fractie van de Partij voor de Dieren heeft dit debat aangegrepen om het mainstream discours ter discussie te stellen. Want er is discussie over het Europese vrede- en veiligheidsbeleid, maar die discussie bereikt het mainstream debat niet. Laat er geen misverstand over bestaan: mijn fractie ondersteunt de hulp aan Oekraïne. Onze kritiek gaat over het huidige debat over Europese veiligheid. Daar is debat over, maar het bereikt onze Kamer dus nauwelijks. Tot vandaag.

Ten eerste. De Russische dreiging voor de NAVO. Daar is debat over. Ik raad alle partijen, alle collega's aan zich te verdiepen in de grondslag van het debat over die dreiging. Er is echt debat over de bewijslast voor het feit dat die dreiging er is dat Rusland van plan is om artikel 5 van de NAVO te testen, en ook in staat is om dat te doen. Ten tweede. De militaire middelen van de Europese NAVO-landen voor het geval dat zo'n dreiging toch plaatsvindt. Ook daar is debat over. Als we ons focussen op de samenwerking tussen Europese NAVO-lidstaten voor hun verdediging en als we gezamenlijk die middelen aanschaffen, kan dat binnen de bestaande militaire begrotingen. Dat zeggen verschillende deskundigen.

In het mainstream debat is er een soort calimerohouding over hoe weinig militaire middelen de Europese NAVO-lidstaten hebben, maar het tegendeel is waar. Er wordt verwezen naar de Europese oorlogseconomie, terwijl de grootte van de Russische economie vergelijkbaar is met die van sommige Europese landen. Er wordt niet stilgestaan bij de gevaren van een wapenwedloop. Wat is het gevaar van de oorlogsretoriek? Het kan gevaar opleveren in plaats van dat het ons beschermt.

Wat is de verhouding tussen onze aandacht voor militaire capaciteit versus het aanpakken van de hybride dreigingen en brede veiligheid in het algemeen? Al die aspecten zijn geen onderdeel van het mainstream debat, terwijl ze hier wel onderdeel van dienen uit te maken.

Wat is de verhouding tussen de verdere bewapening en andere middelen voor Europese vrede en veiligheid? Ik vraag de minister: wat doet het kabinet om een staakt-het-vuren in Oekraïne te bewerkstelligen? Wat doet het kabinet proactief om vrede te bewerkstelligen? De minister heeft het gehad over "conflictpreventie", maar: allemaal ver weg van Europa en niet in Europa.

Voorzitter. Dan de sancties. De minister stelde dat de uitspraak "tijd en geduld zijn mijn oorlogswapen" van toepassing kan zijn op Poetins houding in de oorlog in Oekraïne. Dat geduld wordt mede mogelijk gemaakt door het feit dat er nog steeds op grote schaal handel wordt gedreven met Rusland. De minister heeft gezegd dat er nieuwe pakketten met sancties worden voorbereid, maar hij heeft het alleen maar over Europees en internationaal verband. De Partij voor de Dieren wil graag inzoomen op de rol van Nederland hierin, gezien de grootschalige Nederlandse handel met Rusland.

Daarover hebben wij een motie voorbereid.

De Kamer,

gehoord de beraadslaging,

constaterende dat Nederland nog altijd op grote schaal handeldrijft met Rusland en zo de sancties onvoldoende kracht geeft;

constaterende dat zowel de import als de export tussen Nederland en Rusland elk meer dan 2 miljard dollar betrof in 2024;

verzoekt de regering te onderzoeken in hoeverre dit van invloed is op de Russische oorlogseconomie en de invloed daarvan op de positie van Oekraïne,

en gaat over tot de orde van de dag.

De voorzitter:

Deze motie is voorgesteld door de leden Visseren-Hamakers, Koffeman, Nicolaï, Karimi en Van Apeldoorn.

Zij krijgt letter J (36600-V).

Mevrouw Visseren-Hamakers (PvdD):

Ten slotte diplomatie. We kunnen niet wachten op de Amerikaanse initiatieven voor een vredesconferentie en wij zien kansen om informeel of formeel rondom de NAVO-top het gesprek te beginnen over een vredesconferentie. Ook daarover willen wij graag een motie indienen.

De Kamer,

gehoord de beraadslaging,

overwegende dat de eerstvolgende NAVO-top op 24 en 25 juni plaatsvindt in Den Haag;

overwegende dat de onderhandelingen tussen Oekraïne, de VS en Rusland uiterst moeizaam verlopen;

overwegende dat het organiseren van een internationale vredesconferentie een manier is om het geweld te stoppen en een duurzame vrede in Europa te bewerkstelligen;

verzoekt het kabinet de mogelijkheden te onderzoeken om als gastland van de NAVO-top het initiatief te nemen voor een internationale vredesconferentie over vrede en veiligheid in Europa, bij voorkeur in Den Haag, de stad waar de eerste grote internationale vredesconferentie werd gehouden, die leidde tot de oprichting van het Vredespaleis,

en gaat over tot de orde van de dag.

De voorzitter:

Deze motie is voorgesteld door de leden Visseren-Hamakers, Koffeman, Nicolaï en Van Apeldoorn.

Naar mij blijkt, wordt de indiening ervan voldoende ondersteund. Daarmee maakt zij deel uit van de beraadslaging.

Zij krijgt letter K (36600-V).

Mevrouw Visseren-Hamakers (PvdD):

Dank u, voorzitter.

De voorzitter:

Dank u wel, mevrouw Visseren. Dan is het woord aan de heer Van den Oetelaar namens Forum voor Democratie.