Verslag van de vergadering van 27 mei 2025 (2024/2025 nr. 30)
Status: ongecorrigeerd
Aanvang: 14.34 uur
Een verslag met de status "ongecorrigeerd" is niet voor citaten en er kan geen recht aan ontleend worden.
Mevrouw Aerdts i (D66):
Voorzitter. Alleen al de afgelopen dagen las ik meerdere keren in de krant over witwassen. Een trio uit Zeeland zou meer dan 1 miljoen euro hebben witgewassen. Een vrouw uit Vlaardingen en een tweetal uit Den Haag werden aangehouden voor ondergronds bankieren en witwassen. En drie personen verdwijnen voor maximaal 13 jaar achter de tralies omdat ze betrokken waren bij grootschalige drugshandel en witwassen. Witwassen verstrengelt de onderwereld met de bovenwereld De Nederlandsche Bank schat dat er jaarlijks zo'n 13 miljard euro wordt witgewassen, andere experts denken dat dit nog een conservatieve schatting is. Hoe meer wij witwassen kunnen voorkomen, hoe lastiger het voor criminelen is om hun illegaal verkregen geld te gebruiken. Mijn fractie heeft niet de illusie dat witwassen door deze wet volledig zal verdwijnen, maar de wet maakt witwassen, en daarmee de criminaliteit, minder aantrekkelijk en winstgevend en Nederland veiliger. Het wordt voor criminelen onmogelijk om bij bedrijven legaal aankopen te doen van meer dan €3.000 cash. Criminelen zullen worden gedwongen om meer kleinere aankopen te doen om geld wit te wassen en dat maakt het moeilijker. Mijn collegae spraken al over de diensten; dat is dus al aan de orde gekomen.
De Nederlandsche Bank laat zien dat vrijwel alle betalingen van dit soort grote bedragen niet met cash worden gedaan, maar met andere veilige betalingsmethoden, zoals een creditcard of pinpas. De meeste mensen die een grote aankoop doen, zoals een televisie of een tweedehandsauto, zullen dus bijna nooit last hebben van deze wet. Ook zal deze wet de regeldruk voor bedrijven verminderen, omdat zij geen onderzoek hoeven te doen naar hun klanten bij dit soort grote cashaankopen.
Mijn fractie begrijpt waarom de minister ervoor heeft gekozen om dezelfde limiet als België aan te houden. Zo wordt het voor Belgische criminelen niet aantrekkelijk om in Nederland hun geld wit te wassen. Maar zou de minister misschien kunnen toelichten waarom er niet is gekozen voor een lagere limiet, zoals in Italië, Frankrijk of Griekenland? Daar zijn deze lagere limieten succesvol ingezet om criminaliteit aan te pakken. Verwacht de minister dat een lagere limiet beter zou werken? Kan hij in misschien in overleg treden met zijn Belgische collega om grenseffecten van die limieten te voorkomen? Is de regering voornemens om die limiet te indexeren, waar, wanneer, wat, hoe, et cetera? Collega Martens sprak er ook al over.
Voorzitter. Tijdens de behandeling van deze wet in de Tweede Kamer is het amendement-Van Dijk/Flach aangenomen. Dit amendement verplicht om wel contant geld tot €3.000 aan te nemen. Mijn collega's spraken daar ook al over. Daarmee heeft de wet opeens, naast het voorkomen van witwassen van zwart geld, ook een totaal andere functie gekregen. We snappen allemaal dat we, zeker in deze onzekere tijden, weerbaar moeten zijn en dat mensen in noodgevallen — denk aan het tijdelijk uitvallen van het digitale betalingsverkeer — de noodzakelijke boodschappen moet kunnen doen, men in elk dorp of elke stad ergens een postzegel moet kunnen betalen en een kaartje voor de bus moet kunnen kopen met contant geld. Denk ook maar aan de recente stroomstoring in Spanje en Portugal. Maar door dit amendement moet ook elk bedrijfsrestaurant, elke voetbalkantine, elke avondwinkel op de hoek, contant geld tot maar liefst €3.000 accepteren. Mensen die in bioscopen, bibliotheken en apotheken werken, lopen straks een groter risico om overvallen te worden. Denk ook aan jongeren die als bezorger werken en weer met contant geld over straat zouden moeten gaan, bedrijven die een loket moeten inrichten voor contante betalingen, et cetera.
Mijn fractie vraagt zich af of de indieners van het amendement zich van tevoren hebben gerealiseerd hoeveel regeldruk en risico's hun plan met zich meebrengt voor vrijwel alle winkels in Nederland, en vooral ook voor kleine lokale ondernemers. Bovendien hangt er aan het amendement een prijskaartje van 730 tot 800 miljoen euro eenmalig en jaarlijks nog 60 miljoen euro. Die kosten moeten wij allemaal uiteindelijk gaan betalen. Vandaar dat ik nog wat vragen aan de minister heb over het amendement.
De heer Kroon i (BBB):
Voorzitter, via u heb ik een vraag aan mevrouw Aerdts. Kunt u ons uitleggen waarom het amendement het risico op overvallen vergroot?
Mevrouw Aerdts (D66):
Op het moment dat er veel contant geld beschikbaar is, gaan criminelen op zoek naar manieren om dat contante geld te krijgen. Mensen moeten over straat. Als je weet dat er veel geld beschikbaar is, zal het aantal overvallen mogelijk ook weer stijgen.
De heer Kroon (BBB):
Deze wet, en veel andere wetten in dit kader, hebben tot doel de hoeveelheid cash te beperken. Dit betekent per definitie dat in de toekomst de hoeveelheid cash in de samenleving lager wordt. Het risico op overvallen zal dus ook lager zijn dan het nu is. Het risico kan toch niet groter worden als gevolg van het amendement-Flach?
Mevrouw Aerdts (D66):
Ik kan me goed herinneren dat ik op zaterdag en donderdag bij een drogist werkte en we aan het eind van de dag het geld moesten afstorten. Op het moment dat die contante betalingen afnemen en ik er niet mee over straat hoef, neemt de kans dat mensen het een aantrekkelijk idee vinden om op zaterdagavond bij al die winkels langs te gaan af. Moet het per definitie toenemen? Nee, natuurlijk niet, als mensen het minder aantrekkelijk zouden vinden, zouden er minder overvallen zijn. Het is niet een-op-een, maar het risico is er wel. Ook het veiligheidsgevoel van mensen speelt hierbij een belangrijke rol. Ik ben heel blij als mijn dochter straks, als ze een bijbaantje krijgt, niet met contant geld over straat hoeft te gaan.
De voorzitter:
Tot slot, meneer Kroon.
De heer Kroon (BBB):
Ik heb ook zorgen over mijn kinderen, maar het toenemen van het risico terwijl de cashmiddelen afnemen, lijkt mij een causaal verband dat niet correct is.
De voorzitter:
Vervolgt u uw betoog.
Mevrouw Aerdts (D66):
Mijn vragen aan de minister over het amendement. Voor welk probleem zou dit amendement een oplossing moeten bieden? Is hier geen sprake van onnodige overregulering? De ECB geeft in zijn advies aan dat er eigenlijk al een acceptatieplicht voor contant geld bestaat. Wat voegt dit amendement dan nog toe aan de bestaande situatie? Wat zijn de gevolgen voor een winkel als die opeens wordt verplicht om weer €3.000 aan contant geld aan te nemen? De regering heeft de mogelijkheid om uitzonderingen te maken. De minister geeft aan al bezig te zijn met het uitzonderingsbesluit. Welke uitzonderingen is de regering voornemens op te nemen in het besluit? Is het realistisch dat elke denkbare uitzondering wordt opgenomen in het besluit? Is de regering daadwerkelijk van plan de wet op dit punt te handhaven? Hoe gaat zij dit vervolgens doen? Zou het misschien niet veel praktischer zijn om het Convenant Contant Geld te verlengen en te wachten op de Europese regelgeving, die al in de maak is?
Voorzitter. Zoals ik al eerder aangaf, staat mijn fractie achter de bedoeling van het oorspronkelijke wetsvoorstel, maar hebben wij nog veel zorgen over de gevolgen van het amendement. Wij zijn blij dat de minister in zijn brief al expliciet heeft aangegeven de acceptatieplicht pas in te voeren als het uitzonderingsbesluit klaar is, om problemen in de uitvoering en met de handhaafbaarheid te voorkomen. De fractie van D66 is echter nog niet gerustgesteld. Ik hoop dat de minister ons hierover duidelijkheid kan geven. Wij kijken uit naar zijn beantwoording.
De voorzitter:
Dank u wel, mevrouw Aerdts. Dan is het woord aan mevrouw Vogels namens de VVD.