T03621

Toezegging Evaluatie giftenaftrek als fiscale regeling (36.202)



De staatssecretaris Fiscaliteit en Belastingdienst zegt de Kamer, naar aanleiding van een vraag van het lid Raven (OSF), toe dat er een evaluatie over de giftenaftrek komt omdat het een fiscale regeling is.


Kerngegevens

Nummer T03621
Status openstaand
Datum toezegging 13 december 2022
Deadline 1 juli 2024
Verantwoordelijke(n) Staatssecretaris Fiscaliteit en Belastingdienst
Kamerleden A.C.M. Raven (OSF)
Commissie commissie voor Financiën (FIN)
Soort activiteit Plenaire vergadering
Categorie evaluatie
Onderwerpen belastingen
periodieke giftenaftrek
schenkingen
Kamerstukken Belastingplan 2023 (36.202)


Uit de stukken

Handelingen I 2022-2023, nr. 13 item 2 – blz. 20

De heer Raven (OSF):

“Even over de structurele schenkingen. U gaf aan dat die aftrekbaar worden tot maximaal €250.000. Dat zou betekenen dat over het bovenste gedeelte van het salaris geen 49% belasting wordt geheven. Bij eenjarige schenkingen is het maximum 10% van het salaris. Dus als je uitgaat van €100.000, is het €10.000. Dat is voor de particulier in dat jaar maximaal €5.000 aan belastingaftrek. Bij een structurele schenking gaat het over €125.000. Waarom zit daar een verschil in? Waarom zijn hierbij niet gelijke toetsingsinkomens gehanteerd?”

Staatssecretaris Van Rij:

“Dat is een keuze die ooit eerder door de wetgever is gemaakt, de eenmalige giften versus de periodieke giften. Het voordeel van een periodieke gift is natuurlijk ontegenzeggelijk dat je als ontvangende partij een vaste inkomstenstroom hebt. Dat je daar iets in differentieert, begrijpen we dus. Dat willen we ook niet onmogelijk maken, maar we willen het wel beperken, om de redenen die ik eerder heb aangegeven.”

De heer Raven (OSF):

“Het is natuurlijk zo dat de Staat die schenking eigenlijk voor de helft betaalt. €250.000 kun je aftrekken van je inkomsten. Daar hoef je dan geen belasting over te betalen. In dat geval schenkt de Staat dus zo'n €125.000 aan een anbi. We moeten het niet omdraaien: je kunt het aftrekken van de belasting en dus betaal je dat niet. Bij een eenmalige schenking kun je in het geval van €100.000 inkomsten maar maximaal ongeveer €5.000 aftrekken. U geeft aan dat dat in het verleden ooit een keer zo is besloten, maar vandaag stellen wij dit vast. Waarom? Waarom is er dat verschil?”

Handelingen I 2022-2023, nr. 13 item 2 – blz. 20-21

Staatssecretaris Van Rij:

“Ik geloof dat er in totaal meer dan 300 miljoen gemoeid is, 330 of 350 miljoen, met de giftenaftrek. Een groot deel daarvan betreft die eenmalige giften. Dat willen wij niet verder beperken. Er komt overigens wel een evaluatie van de giftenaftrek, omdat het ook een fiscale regeling is. Ik weet even niet uit mijn hoofd wanneer die zal plaatsvinden, 2023 of 2024. Aan de hand van die evaluatie gaan we natuurlijk weer kijken of er wel of geen verbetermogelijkheden zijn. Werken bepaalde dingen wel of niet? Maar dat doen we niet op dit moment. We concentreren ons nu echt op die periodieke giftenaftrek, omdat dat een van de tien belastingconstructies is waar de Belastingdienst tegen aanloopt en die in het ibo-rapport zijn opgenomen.”

Handelingen I 2022-2023, nr. 13 item 2 – blz. 21

De heer Raven (OSF):

“Het probleem is dat we dat niet inzichtelijk krijgen, want mensen gaan niet meer schenken dan die 10%, omdat je alles wat daarboven zit, niet kunt aftrekken. Daar heb je dus geen inzicht in. U geeft aan dat er onderzoeken komen. Misschien staat u er dan voor open om dat in het begrotingsjaar 2024 heel nadrukkelijk mee te nemen in de vaststelling van de bedragen, omdat er zulke enorme verschillen in zitten. Particulieren die eenmalig schenken, worden geconfronteerd met een heel laag toetsingsinkomen, terwijl de rijke mensen maximaal €250.000 mogen aftrekken. Dat is toch krom?”

Staatssecretaris Van Rij:

“Ik heb gezegd dat de evaluatie eraan komt. Voor de tweede termijn zal ik even kijken of die in '23-'24 is. Ik heb ook de procedure genoemd. Die evaluatie wordt altijd door een externe partij gedaan. Dan komt er een kabinetsappreciatie en dan gaan we er met de beide Kamers over spreken. Ik ga dus nu niet toezeggen dat ik al iets ga veranderen, vooruitlopend op die evaluatie. Dat is de volgorde.”

Handelingen I 2022-2023, nr. 13 item 4 – blz. 46

Staatssecretaris Van Rij:

“De heer Raven heeft nog iets gezegd over de giftenaftrek. Ik heb eigenlijk niets meer toe te voegen aan wat ik daar in eerste termijn over heb gezegd.”


Brondocumenten


Historie