T00890

Toezegging Niet-reanimeerpenning (29.835)



De minister van VWS concludeert, naar aanleiding van een opmerking van het lid Swenker, dat de juridische status van de niet-reanimeerpenning identiek is aan de schriftelijke wilsverklaring en zal dit nogmaals onder de aandacht van de ambulancesector brengen, zodat de onduidelijkheid hierover bij de sector wordt weggenomen.


Kerngegevens

Nummer T00890
Status voldaan
Datum toezegging 2 december 2008
Deadline 1 juli 2009
Verantwoordelijke(n) Minister van Volksgezondheid, Welzijn en Sport
Kamerleden mr. P. Swenker (VVD)
Commissie commissie voor Volksgezondheid, Welzijn en Sport / Jeugd en Gezin (VWS/JG)
Soort activiteit Plenaire vergadering
Categorie overig
Onderwerpen ambulancezorg
reanimatie
Kamerstukken Wet ambulancezorg (29.835)


Uit de stukken

Handelingen I 2008-2009, nr. 11 - blz. 558-559

(...)

Minister Klink: Een heel ander thema is de reanimeerpenning waarover mevrouw Swenker sprak. Laat ik duidelijk zijn dat ik het standpunt van de staatssecretaris van VWS deel over de niet-reanimeerpenning. Deze penning heeft dezelfde rechtskracht als een schriftelijke wilsverklaring. De ambulancesector heeft ons echter duidelijk gemaakt dat standpunt niet op voorhand te delen. Gisteren heeft overleg plaatsgevonden met de sector over de bezwaren die men heeft. Het punt is dat bij een schriftelijke wilsverklaring veel meer nuances meegenomen zijn over in welke situaties al dan niet gereanimeerd dient te worden. Die nuances zijn bij een penning niet direct afleesbaar. Ambulancepersoneel weet daardoor soms simpelweg niet wat te doen bij het aantreffen van een reanimeerpenning. Ik sluit mij dus aan bij de staatssecretaris van VWS. Wij hebben de sector beloofd om nog eens goed te kijken naar de zorgvuldigheid van de procedure waarmee niet-reanimeerpenningen worden verkregen. Wij moeten gezamenlijk kunnen concluderen dat de juridische status van de penningen identiek is aan de schriftelijke wilsverklaring.

Mevrouw Swenker (VVD): De minister spreekt een aantal goede voornemens uit. Wat gaat er nu precies gebeuren? Hij zegt dat de niet-reanimeerpenning blijkbaar niet subtiel genoeg is over condities enzovoorts. Wat gaat er nu gebeuren? De minister kan wel wat zeggen, maar als het niet werkt schiet het niet op.

Minister Klink: Nee, maar het gaat ook niet om niets. Het gaat om ambulancepersoneel dat op dat moment voor de afweging staat om wel of niet te gaan reanimeren. [...] wij hebben tegen de sector gezegd dat wij de zorgvuldigheid waarmee een en ander tot stand komt, nog een keer nader zullen uiteenzetten in hun richting. Daaruit mag u aflezen dat wat mij betreft, de status van de schriftelijke wilsverklaring identiek is aan die van de niet-reanimeerpenning. Daar ben ik klip-en-klaar over, maar ik neem graag de sector mee. Ik zou de sector graag overtuigen van het feit dat de afwegingen die daaraan ten grondslag liggen, niet anders zijn dan die van de schriftelijke wilsverklaring. Zo moet u mijn opmerking verstaan.

Mevrouw Swenker (VVD): Een niet-reanimeerpenning om je nek hebben, is niet iets wat normaal tot je dagelijkse bezigheden hoort. Als je dat doet, heb je dus uitdrukkelijk gekozen. Wat u zegt, betekent ook dat u met de uitgever van de penning zou moeten overleggen wat er misschien op die penning nog allemaal bij zou moeten. Anders blijft de onduidelijkheid onder juristen gewoon bestaan.

Minister Klink: Nee, die blijft wat mij betreft niet. Die onduidelijkheid wil ik bij de sector juist wegnemen. Ik ben het volstrekt met u eens dat iemand die een niet-reanimeerpenning heeft en die bij zich draagt, zich elke dag opnieuw moet vergewissen van het feit dat men de penning bij zich heeft. Alleen daaruit al kun je een uitdrukkelijk kenbare wil van betrokkene afleiden om niet gereanimeerd te willen worden. Niemand kan tegen zijn zin behandeld worden in dit land. Dat ben ik volstrekt met u eens. Wat ik zeg, is dat ik de sector ervan wil overtuigen dat de toedracht en het proces dat voorafgaat aan het verkrijgen van een niet-reanimeerpenning dusdanig is dat men daaraan het vertrouwen kan casu quo moet ontlenen dat betrokkene dat daadwerkelijk niet wil.


Brondocumenten


Historie