De Eerste Kamer heeft dinsdag 16 november het grote jaarlijkse debat gehouden over Troonrede en Miljoenennota (Algemene politieke beschouwingen). De voorzitters van de negen fracties in de senaat sneden een veelheid van onderwerpen aan. Maar over één onderwerp spraken alle fractievoorzitters hun diepe bezorgdheid uit: de situatie in Nederland na de moord op Theo van Gogh. De hele senaat maant de regering extremisten hard aan te pakken.

Han Noten (PvdA): "Regering regeer. Laat zien dat achtergrond en motieven voor extremisme voor deze regering niet relevant zijn. Of het nu Marokkaanse jongeren zijn of Hell Angels. Of het nu een Haringkar of Shoarmatent is". Noten onderstreepte de oproep van de Amsterdamse wethouder Aboutaleb aan burgers om het publieke gezag te helpen bij het opsporen van risicohaarden. De PvdA-fractievoorzitter in de senaat vond de competentiestrijd tussen de ministers Donner en Remkes over wie de eerst verantwoordelijke is inzake veiligheid 'een genante vertoning die niet bijdraagt aan een groter vertrouwen in een krachtdadige overheid'. Voorts riep Noten op tot dialoog tussen regering en bevolking "in het besef dat door de moord op Theo van Gogh ook de Marokkaanse gemeenschap zelf hard is getroffen en in het besef dat maatschappelijke uitsluiting voedingsbodem is voor extreem gedrag". De PvdA-er prees in dit verband minister-president Balkenende voor diens bezoeken aan bewoners van het Brabantse Uden (afgebrande moskee) en het Haagse Laakkwartier (arrestatie twee terreur-verdachten).

CDA-fractieleider Werner zei: "Er is geen andere weg dan een weg in gezamenlijkheid, hoe moeilijk die ook zal zijn. Het kunnen beleven van eigen religies of, al dan niet in combinatie daarmee, van eigen levensovertuigingen en levensstijlen, vraagt ook om waarden die wij allen met elkaar delen, waarden die juist garant staan voor veiligheid, de menselijke waardigheid, het respect voor elkaars leven, voor elkaars eigendommen, voor de schepping en non-discriminatie". De CDA-senator vond een diepgaand debat over de vraag naar de identiteit van onze samenleving en die van Europa noodzakelijk. Werner stipuleerde dat de sinds de moord op Van Gogh heftig bediscussieerde vrijheid van meningsuiting 'niet zo absoluut is dat je zomaar alles kunt roepen'. Hij zei letterlijk: "Kwetsen, oproepen tot haat en geweld, beledigende discriminerende taal (in stadions, in de moskeeën, in de media) mag niet bij wet, maar daarnaast is er ook nog fatsoen. Je kunt bij het uitdragen van je mening ook een beetje rekening houden met hoe dit bij de ander zal overkomen".

Scheidslijn

Wat GroenLinks betreft is er maar één scheidslijn in de samenleving gerechtvaardigd en ook noodzakelijk: die tussen de overgrote deel van de bevolking enerzijds en individuen die geweld toepassen en prediken anderzijds. Fractievoorzitter De Wolff (GroenLinks) zei: "Het komt er meer dan ooit op aan die grens met zoveel mogelijk mensen en organisaties te onderstrepen en degenen die zich aan de verkeerde kant van de lijn bevinden te isoleren en, waar mogelijk, te vervolgen". De Wolff herinnerde eraan dat volgens de Commissie-Blok van de Tweede Kamer de integratie van minderheden in Nederland 'grotendeels is geslaagd'. Zij relativeerde deze conclusie als volgt: "Maar in de maatschappelijke situatie van dit moment lijken successen uit het verleden geen garantie meer te bieden voor de toekomst. Er zal forser dan ooit geïnvesteerd moeten worden in een vreedzaam en respectvol samenleven van bevolkingsgroepen uit verschillende culturen en in eerbiediging door iedereen van de fundamenten van onze democratische rechtsstaat".

Fractievoorzitter Van den Broek van de VVD prees het kabinet dat het keihard wil optreden tegen terroristen en terreurgroepen die door middel van geweld, moord en doodslag hun normen en waarden aan onze samenleving trachten op te dringen. Over de vrijheid van meningsuiting zei de VVD-senator: "Die vrijheid is een groot goed, maar heeft haar grenzen". Zij citeerde de 19e eeuwse dichter Jacques Perk: "De ware vrijheid luistert naar de wetten". Volgens mevrouw Van den Broek maakt de rechter uit waar en wanneer de wettelijke grenzen zijn overschreden. "Maar ook rechters zijn kinderen van hun tijd, en de tijd die achter ons ligt was lankmoedig in zijn uitleg van wat kon en niet kon. Ik verneem graag of het kabinet het noodzakelijk acht wettelijke criteria omtrent de vrijheid van meningsuiting aan te passen".

Senator Kox (SP): "Op dit moment dient de waterscheiding niet te lopen tussen allochtoon en autochtoon, tussen jong en oud, tussen arm en rijk, tussen links en rechts, tussen progressief en conservatief, tussen christen en moslim. De echte waterscheiding ligt op dit moment tussen democraat en extremist". Over de vrijheid van meningsuiting zei Kox: "Dat betekent ook verantwoordelijkheid voor wat je zegt. We hebben niet voor niets vastgelegd dat mensen met wat ze zeggen anderen niet mogen discrimineren of anderszins beledigen".

Schuyer (D66) constateerde: "Veel politieke aandacht gaat naar beveiliging en dit raakt veel mensen. Nederland heeft misschien met de illusie geleefd dat de storm aan ons land voorbij zou gaan, maar die is na de geweldadige moorden wreed verstoord". De D66-senator was het niet eens met de kritiek op het optreden van minister-president Balkenende: "Te laat, te weinig dominant en met te weinig uitstraling van gezag. Die kritiek wordt onzerzijds niet gedeeld".

Fractievoorzitter Schuurman van de ChristenUnie vroeg zich af of wel voldoende wordt ingezien in Nederland dat het 'jihadisme' internationaal is en blijkbaar ook nationale vertakkingen kent. Schuurman meende dat de 'heilige oorlog' die extreme moslims voeren duidelijk antisemitisch is. "Er zal alles aan gedaan moeten worden om het Midden-Oostenconflict niet naar Europa te exporteren om daarmee het antisemitisme te rechtvaardigen", zei Schuurman. Hij vroeg wat het kabinet ook als voorzitter van de EU doet om dit voorkomen.

Namens de SGP zei senator Holdijk: "Het is zaak dat iedereen het hoofd koel houdt, emoties beheerst en zich een zekere zelfcensuur oplegt in zijn reacties".

Ten Hoeve (OSF), vertegenwoordiger van locale en regionale partijen in de Eerste Kamer, zei: "Daadkracht is vereist want in dit land hebben wij rechters en geen moordenaars om te bepalen waar de grens ligt van de vrijheid van meningsuiting".


Deel dit item: