Plenair Lintmeijer bij behandeling Bestrijding voetbalvandalisme en ernstige overlast



Verslag van de vergadering van 23 juni 2015 (2014/2015 nr. 36)

Status: gerectificeerd

Aanvang: 20.18 uur


Bekijk de video van deze spreekbeurt

De heer Lintmeijer i (GroenLinks):

Voorzitter. Ik dank de minister voor de open en openhartige manier van antwoorden. Ik ben blij met de antwoorden van de minister op het gebied van de proportionaliteit van handelen. Zijn interpretatie gaat in de richting van wat wij zouden willen. Ik ben ook blij dat de minister onderstreept dat het loskoppelen van sancties die private organisaties opleggen, niet automatisch leidt tot acties van de burgemeester. Dat brengt mij wel op het punt dat ook door mevrouw Van Bijsterveld is genoemd, namelijk: waarom zetten wij het dan nog in de wet, als het automatisme er toch niet is en met name de eigen verantwoordelijkheid en de eigen rol van de burgemeester intact blijven? Wij zijn daar overigens ook voor. Het leidt wel tot een flinke last voor de burgemeester. Hij moet niet alleen interpreteren wat nodig is en wat er gebeurd is, hij moet ook aan eigen factfinding en waarheidsvinding gaan doen om tot een afgewogen oordeel te komen, daar waar dat ogenschijnlijk al helder zou zijn gemaakt door private partijen. Maar nogmaals, waarom zouden wij die koppeling dan nog überhaupt in de wet noemen?

Dan blijft wat ons betreft over dat het toch nuttig zou zijn om in de wet meer handvatten te bieden, waardoor de burgemeester, maar ook de officier van justitie en de strafrechter meer richting wordt gegeven over de wijze en de momenten waarop het nu echt aan de orde is om vrijheidsbeperkende sancties op te leggen. Ik sluit mij aan bij de woorden van de ChristenUnie, D66 en de SP over de wijze waarop het begrip ernstige overlast zou moeten worden geïnterpreteerd en over de duidelijkheid die op dat punt gewenst zou zijn.

Uit de antwoorden van de minister blijkt ook dat onder de huidige wet al buitengewoon veel sancties worden opgelegd door alle partijen die daarbij in het geding zijn. Ik constateer met de Kamer dat deze wet voor kwetsende spreekkoren en voor rellen in Rome geen oplossing biedt. Dat is nou jammer, want dat zijn nou precies de dingen waarover wij ons met elkaar grote zorgen maken. Het betekent al met al dat ook ik naar mijn fractie terug zal gaan om een zorgvuldige afweging te maken van ons uiteindelijke standpunt ten aanzien van deze wet.

Er is nog een onbeantwoorde vraag. Nogmaals, ik ben blij met het onderzoek dat naar nu blijkt door het WODC zal worden uitgevoerd. Wij willen graag bij het verzwaren van de bevoegdheden van de burgemeester in het kader van de openbare orde en de veiligheid nadrukkelijk kijken naar de controlerende rol van de gemeenteraad en de verhouding die de burgemeester in dat opzicht heeft met zijn eigen raad. Misschien kan de minister daar nog enige woorden aan wijden.

De voorzitter:

Is de minister in staat om direct te antwoorden?

Minister Van der Steur i:

Ik ben in staat direct, stante pede te antwoorden.

De voorzitter:

Sui generis ging al niet, dus stante pede natuurlijk ook niet.