Plenair Dercksen bij behandeling Wijziging structuur CBS



Verslag van de vergadering van 14 juni 2016 (2015/2016 nr. 34)

Status: gecorrigeerd

Aanvang: 13.44 uur


Bekijk de video van deze spreekbeurt

De heer Dercksen i (PVV):

Voorzitter. Op de website van de Eerste Kamer staat ten behoeve van de leden van dit huis een lijst met aandachtspunten voor wetgevingskwaliteit: een soort handboek senator. Het staat iedereen natuurlijk vrij om zijn rol in dit huis zelf in te vullen, maar het is toch aardig om te lezen hoe men geacht wordt de wetsvoorstellen die hier ter tafel komen, te toetsen. Daarbij vallen met name de termen "rechtmatigheid" en "doelmatigheid" veelvuldig. Niemand in dit huis zal de rechtmatigheid van dit wetsvoorstel in twijfel trekken. De minister kan de CCS schrappen. Maar hoe zit het met de doelmatigheid? Met welk doel schrapt de minister het zbo CCS, het zelfstandig bestuursorgaan Centrale Commissie voor de Statistiek? Op welk probleem biedt dit wetsvoorstel een antwoord? Is er helderheid ten aanzien van de oorzaken, de aard en de omvang van het probleem, als dat er al zou zijn?

De suggesties op de website van de Eerste Kamer blijken nuttige handreikingen te zijn bij de behandeling van dit wetsvoorstel. De PVV-fractie komt tot een vrij treurige conclusie. De minister heeft namelijk op geen enkele manier duidelijk kunnen maken waarom deze wet is ingediend, noch aan de overkant van dit plein, noch in schriftelijk overleg met dit huis.

In de memorie van toelichting staat dat een van de doelen om met dit voorstel te komen het verminderen van het aantal zbo's is. In het debat in de Tweede Kamer zei de minister echter dat dit een misverstand is. Het doel is niet om minder zbo's te krijgen. Dat kunnen we dus schrappen.

Het doel is, zo blijkt uit het debat in de Tweede Kamer, de sturingsrelatie te verhelderen tussen de minister van Economische Zaken en de DG van het CBS. Maar wat was het probleem? Wat was er aan de hand met die sturingsrelatie, die al sinds het einde van de negentiende eeuw bestaat? Welnu, schreef de minister, in 2004 werd de DG van het CBS op afstand geplaatst, samen met de CCS, want beide werden een zbo. Het kabinet noemde dat een onnodig zware inrichting. Er gebeurde niets wezenlijks, niets anders dan dat de CCS het stempel "zbo" kreeg. Als je ingrijpt vanwege de onnodig zware inrichting, is het schrappen van het zbo dus toch een doel op zich. Daarbij komt dat de AFM een raad van toezicht heeft die ook op een dergelijke wijze is georganiseerd. Daar is de inrichting klaarblijkelijk niet te zwaar. Voor welk probleem hebben we hier dan een oplossing?

De sturingsrelatie zou minder transparant zijn omdat het ene zbo toezicht houdt op het andere. Dat lijkt mij op zich vrij transparant. Wat daaraan moet veranderen, is ons niet helder, temeer daar de wetgever heeft beoogd deze organisaties op afstand te zetten van de politiek om de onafhankelijkheid van de statistiek te garanderen. Hoewel de geamendeerde raad van advies een aanbevelingsrecht krijgt, biedt deze wet de minister de mogelijkheid om de DG van het CBS te benoemen, te schorsen en te ontslaan. Een van de belangrijkste taken van de CCS was het vaststellen en goedkeuren van de meerjarenprogramma's en het werkprogramma van het CBS. Ik denk dat dit debat thuis trouwens niet te volgen is. Die verantwoordelijkheid voor dat vaststellen gaat nu naar de directeur-generaal van het CBS zelf. De minister kan formeel alleen ingrijpen als de programma's buiten de financieel-organisatorische kaders vallen. De integrale, onafhankelijke, niet gepolitiseerde toets die de CCS uitvoerde, vervalt. Hiermee creëert de minister de mogelijkheid om via financieel-organisatorische kaders greep te krijgen op het CBS. Stel dat de minister moet bezuinigen. Dan ligt er, wetend dat de minister de wettelijke mogelijkheid heeft om de DG van het CBS te ontslaan, een enorme druk op de schouders van die DG, druk om zijn minister tevreden te stellen, terwijl de integrale, onafhankelijke, niet politieke toets van de CCS is verdwenen. De minister zinspeelde er in de debatten in de Tweede Kamer op dat deze bevoegdheden hem de mogelijkheid geven om — citaat — "scherper te controleren en beter toezicht te houden". Dat suggereert al meer politieke invloed op het CBS. En ja, de Tweede Kamer kan hem daarop controleren, maar in die Kamer zitten ook politici, terwijl je statistieken zo ver mogelijk weg wilt houden van politici. Zij moeten namelijk onafhankelijk zijn. Foute boel dus wat ons betreft. Je zou hopen niet alleen wat ons betreft, want statistieken horen onafhankelijk te zijn.

Is het schrappen van de CCS dan misschien een bezuinigingsoperatie? Dat hebben wij schriftelijk gevraagd, want dat is ook een doel van het regeerakkoord. Levert het geld op? Welnu, de CCS kost €90.000 per jaar. We weten nog niet hoe duur de nieuwe raad van advies van Mei Li Vos is, waarin straks weer de nodige politieke vrienden worden gestald. Het kan dus gebeuren dat we door het schrappen van het zbo CCS achteraf zelfs duurder uit zijn. Wat ons betreft is dat het paard achter de wagen spannen.

Dan kom ik bij Eurostat. Eurostat noemt in een rapport, dat uitkwam nadat de minister het wetsvoorstel had voorgelegd aan de Tweede Kamer, de huidige constructie met de CCS een best practice. Dat is een geluid uit Brussel. Dat zou de collega's, vooral degenen die het woord vandaag niet voeren, toch moeten aanspreken. Dit is de manier om je statistieken te organiseren, zegt Eurostat, andere landen zouden daar een voorbeeld aan moeten nemen. Maar nee, de minister schrapt de CCS omdat de Europese regels niet voorschrijven dat de CCS, een toezichtsorgaan, zou moeten bestaan. Eurostat stelt ook dat deze wijziging tot een minder onafhankelijke en een minder betrouwbare statistiek zou kunnen leiden. Nederland past zich dus aan de moraliteit en de lagere kwaliteit van Zuid-Europa aan. In het regeerakkoord staat dat het kabinet naar de bedrijfsvoering van zbo's zal kijken en ook zal bezien of deze vorm van toezicht de meest geëigende manier is. Eurostat stelt, in alle talen, dat dit het geval is, dat dit de meest geëigende manier is die in Nederland wordt gevolgd; niks onduidelijke sturingsrelatie dus. Daar waar de andere partijen in deze zaal normaal gesproken in de houding springen als er een oprisping uit Brussel komt, voeren slechts collega Gerkens van de SP en de PVV vandaag het woord. Zoals ik al zei: iedereen vult zijn rol hier op eigen wijze in.

Berenschot stelde vast dat de CCS een belangrijke rol heeft gespeeld bij het verbeteren van de bedrijfsvoering en de doelmatigheid van het CBS. Er waren geen knelpunten in de sturingsafspraken. Naast de taken die de CCS heeft jegens het CBS heeft de CCS ook als taak het bevorderen van de statistische informatievoorziening door de overheid. Ook dat kind wordt met het badwater weggegooid. De DG van het CBS gaat dus met dit wetsvoorstel over de werkmeerjarenprogramma's en hij moet zijn eigen governance organiseren. Dat is nogal een ophoping van macht bij één persoon, voor alle statistieken van Nederland. Daarnaast is door de bezuiniging ook nog eens druk op de DG van het CBS ontstaan om meer opdrachten voor derden uit te gaan voeren. Ook hiermee komt de kwaliteit van het CBS onder druk te staan.

Het hele proces lijkt op dat van minister Plasterk, die in het begin van deze kabinetsperiode een aantal provincies wilde laten fuseren. Hij startte een ARHI-procedure, liet gemeenten en belangstellenden inspreken, maar aan het eind van de procedure, toen iedereen zijn zegje had gedaan, kwam hij met een rammelend rapport over waarom de fusie zo goed was. Deze procedure ademt datzelfde uit. We schrappen een zbo, want dat is de bedoeling van het regeerakkoord en we verzinnen achteraf wel waarom wij dat zo'n goed idee vinden. Net als minister Plasterk is deze minister er niet in geslaagd om met goede redenen te komen om dat te doen. Hoewel meer en meer beleid totaal feitenvrij is — ik verwijs naar het energieakkoord — zijn goede statistieken van wezenlijk belang voor de politiek, want daardoor kan doelmatig en doeltreffend beleid worden geformuleerd. Statistieken horen boven elke twijfel verheven te zijn, zeker boven politieke twijfel. Dat een groot deel van dit huis dit voorstel onbesproken laat, vindt de fractie van de PVV volstrekt onbegrijpelijk.