Plenair Teunissen bij voortzetting behandeling Cliëntenrechten bij elektronische gegevensverwerking



Verslag van de vergadering van 4 oktober 2016 (2016/2017 nr. 2)

Status: gecorrigeerd

Aanvang: 13.50 uur


Bekijk de video van deze spreekbeurt

Mevrouw Teunissen i (PvdD):

Voorzitter. Het voorliggende wetsvoorstel heeft grote onrust veroorzaakt in kringen van zorgverleners, patiënten en privacybeschermers. Dat heb ik afgelopen week nog eens gezien. Ik heb veel gesproken met verschillende partijen in het veld. Daardoor ben ik er des te meer van overtuigd geraakt dat we als overheid een expliciete keuze moeten bieden aan wie niet voelt voor een gecentraliseerd systeem. Daarom dien ik graag een aanvullende motie in, bedoeld als steun in de rug voor de goede bedoelingen die het kabinet heeft uitgesproken en die D66 in haar moties wil bevorderen. Mijn fractie vindt dat er aanleiding is om een nadrukkelijke inspanningsverplichting te vragen met een vooraf geformuleerd resultaat, namelijk dat patiënten die niet in een centraal registratiesysteem willen, de mogelijkheid behouden dat hun gegevens op individuele basis uitgewisseld kunnen worden met alle waarborgen voor de privacy van dien.

De voorzitter:

Door de leden Teunissen, Don, Wezel, Kox, Koffeman, Ten Hoeve en Ganzevoort wordt de volgende motie voorgesteld:

De Kamer,

gehoord de beraadslaging,

constaterende dat er afgelopen jaren vooral voortgang is gemaakt in de ontwikkeling van centrale systemen voor de uitwisseling van medische gegevens;

constaterende dat zorgverleners behoefte hebben aan het kunnen bieden van verbeterde toegang tot of inzage in patiëntgegevens aan andere zorgverleners ten behoeve van verantwoorde zorg;

overwegende dat zowel arts als patiënt erop moeten kunnen vertrouwen dat zij deze toegang op zo privacybeschermend mogelijke wijze kunnen realiseren;

overwegende dat de gecentraliseerde verwerking van gevoelige medische persoonsgegevens en privacybescherming op gespannen voet kunnen staan;

verzoekt de regering, ervoor zorg te dragen dat toegang tot het medisch dossier niet alleen gecentraliseerd, maar ook decentraal via bij de arts vastgelegde toestemmingen en autorisaties mogelijk zal blijven en de ontwikkeling hiervan actief te stimuleren,

en gaat over tot de orde van de dag.

Zij krijgt letter S (33509).

De voorzitter:

Wenst een van de andere leden in deze derde termijn het woord? De heer Bruijn.

De heer Bruijn i (VVD):

Voorzitter. Ik vraag aan de indieners of zij enig idee hebben van de kosten en de administratieve lasten hiervan, die dus weer bij de zorgverleners komen te liggen. Dan kunnen we dat meenemen in de overwegingen in mijn fractie.

De voorzitter:

Dat was een vraag aan mevrouw Teunissen?

Mevrouw Teunissen (PvdD):

Ik hoor natuurlijk graag nog het antwoord van de minister, maar bij mijn weten zijn die kosten al geborgd. De minister heeft namelijk aangegeven dat er nog steeds ruimte is voor die decentrale systemen. Deze motie roept alleen maar op om dat actief te stimuleren. Ik denk dat de minister ook ziet dat de mogelijkheid binnen het beleid wel bestaat, maar dat dit actiever gestimuleerd moet worden en dat het huidige beleid daartoe ook financieel de mogelijkheid biedt.

Mevrouw Nooren i (PvdA):

Wat bedoelt mevrouw Teunissen nu precies met individuele systemen? Volgens mij is het wetsvoorstel gericht op het stellen van voorwaarden aan het systeem en niet aan het stellen van eisen aan de manier waarop het systeem ingericht wordt. Dat is vorige week tijdens het debat herhaaldelijk aan de orde geweest. U hebt het over een ander systeem voor individuele uitwisseling. Kunt u dat toelichten?

Mevrouw Teunissen (PvdD):

Zeker. Er is nu sprake van een ontwikkeling naar een centraal systeem. Dat is meer top-down, terwijl er genoeg bottum-upsystemen worden ontwikkeld, zoals Whitebox Systems, waarbij de patiënt in relatie tot de individuele zorgverlener kan bepalen in hoeverre persoonlijke gegevens dienen te worden gedeeld.

Mevrouw Nooren (PvdA):

Zonder het debat over te doen ben ik benieuwd waar mevrouw Teunissen in het wetsvoorstel gevonden heeft dat dit vooral gericht is op centrale systemen? Ik heb dat niet kunnen vinden.

Mevrouw Teunissen (PvdD):

Ik denk dat we het debat dat we hebben gevoerd niet over moeten doen. Tijdens het debat werd duidelijk dat de strekking van de hele wet wel richting centralisatie gaat, althans naar de mening van een aantal partijen. Dat kan niet de mening van de PvdA zijn. Dat is mooi, maar veel partijen hebben dat aangegeven. Bovendien is deze wet gebaseerd op een wet die in 2011 door de Eerste Kamer is verworpen. Daarin was ook al heel veel sprake van centralisatie. Mijn fractie is niet van mening dat dat nu in deze wet is opgelost. Hij gaat nog steeds te veel richting centralisatie.