Plenair Van Ballekom bij behandeling Ondersteunen opgave windenergie op zee



Verslag van de vergadering van 22 juni 2021 (2020/2021 nr. 42)

Status: gecorrigeerd

Aanvang: 17.16 uur


Bekijk de video van deze spreekbeurt

De heer Van Ballekom i (VVD):

Ik zal blij zijn als ik volgende week dit mondkapje niet meer hoef te dragen, voorzitter. Met een bril en oordoppen is het erg gecompliceerd allemaal.

In eerste instantie dank aan de staatssecretaris voor haar reacties en antwoorden. De uitnodiging om vaker op het Voorhout te komen, blijft staan wat mij betreft.

Een tweede punt. Wat valt er wel en wat valt er niet binnen of buiten het debat vandaag over het wetsvoorstel? Ik dacht dat het wetsvoorstel bedoeld was om CO2-arme energievoorziening te stimuleren — zo interpreteer ik dat — en dat is niet alleen wind op zee. Ik vind de opmerkingen die daar net buiten vallen dus wel degelijk in het kader van het debat van vandaag vallen.

Voor alle duidelijkheid, in elk geval: in onze visie dienen we de komende vijftien tot twintig jaar te overbruggen om tot een werkelijk verantwoorde CO2-vrije energieproductie te komen. En tot die tijd kunnen we niet stilzitten. We moeten het doen met de technologie die op dit ogenblik beschikbaar is. En windenergie op zee is een noodzakelijk onderdeel van die energiemix om CO2-vrije energie te produceren, met alle nadelen van dien. En ter geruststelling: een windpark heeft een levensduur van ongeveer 20 tot 25 jaar. Dat sluit goed aan bij de periode die we moeten overbruggen.

Maar we mogen ook niet stilzitten bij het verder ontwikkelen van duurzame technologieën. Daarbij kunnen we denken aan general fusion, wat iets anders is dan kernfusie, meneer Pijlman. We kunnen ook denken aan small modular reactoren; zij zijn al door de heer Dessing genoemd. En we kunnen ook denken aan kernenergie met de generatie-3-reactoren. Want er zijn er ook heel wat die aangesloten zijn op het net. De ervaringen die elders zijn opgedaan, kunnen Nederland alleen maar ten goede komen. Dus laten we niet inzetten op een vierde generatie, maar leren van wat er elders gebeurd is, en natuurlijk ook van wat fout is gegaan. Dat is het voordeel van de inzet op de derde generatie. En wellicht moeten we voor de toekomst ook denken aan thoriumcentrales. Die zijn natuurlijk helemaal mooi, maar daarbij praten we over een periode van twintig jaar. En tussen nu en twintig jaar moet er wel wat gebeuren.

Dat is trouwens ook de visie van het IPCC, het klimaatpanel. Dat wordt weleens vergeten in alle enthousiasme over zon en wind. Het IPCC stelt dat voor landen zoals Nederland het onmogelijk is, onmogelijk, om alle doelstellingen te halen zonder kerntechnologie. Oké, we kunnen ons daarvoor afsluiten, maar dan weten we dat de doelstellingen onhaalbaar zijn. En tegen mevrouw Kluit zeg ik: energieopwekking via kerntechnologie is niet duurder. Ik zal haar enkele studies overhandigen waarin dat wordt vastgesteld. Dat neemt overigens niet weg dat kerntechnologie moet worden gefaciliteerd door de overheid, want anders stapt de industrie er gewoon niet in. Dat is ook niet verwonderlijk, gezien de geschiedenis van het energiebeleid. Ook in Nederland heeft de overheid zich daarin niet altijd als een even betrouwbare partner opgesteld. Dus de overheid dient ook zekerheden te geven om zulk soort zaken mogelijk te maken.

Tot slot een oproep. Laten we in vredesnaam de discussie aangaan zonder taboes of vastgeroeste ideeën en opinies, want met taboes en vastgeroeste ideeën schiet niemand iets op.

De voorzitter:

Dank u wel, meneer Van Ballekom. Meneer Pijlman, kan het kort?

De heer Pijlman i (D66):

Met dat laatste ben ik het heel erg eens: geen dogma's. Daar heb ik ook steeds op gewezen. Want er zijn nieuwe technologische mogelijkheden, ook op het gebied van de kernenergie. Wat mij betreft zetten we daar ook op in. Maar het is geen "proven technology". We hebben echt langere termijnen nodig om te kunnen kijken wat wel en wat niet kan. En mijn stelling is wel dat generatie 3 in Europa heel veel problemen oplevert. Ik heb het daarbij niet eens over generatie 4.

De voorzitter:

Dank u wel. Fijn om te weten dat u dus steun verleent aan ...

De heer Van Ballekom (VVD):

Ja, ik heb hier eigenlijk al op gereageerd, dus dat ga ik niet herhalen.

De voorzitter:

Ja. Dank u wel. Ik stel voor dat we nu toch doorgaan met de volgende spreker. Dat is de heer Dessing. Hij spreekt namens Forum voor Democratie. Als de heer Van Ballekom zich uit de voeten kan maken, dan kan het spreekgestoelte gereinigd worden en kunnen wij door met het debat.