Plenair Oomen-Ruijten bij voortzetting behandeling Wet toekomst pensioenen



Verslag van de vergadering van 23 mei 2023 (2022/2023 nr. 33)

Status: gecorrigeerd

Aanvang: 20.49 uur


Bekijk de video van deze spreekbeurt

Mevrouw Oomen-Ruijten i (CDA):

Voorzitter. Het debat van vandaag was een continu afwegen van iets nieuws, de Wtp, ten opzichte van een oud systeem, een oud systeem dat niet heeft gefunctioneerd omdat we de regels niet hebben aangepast. Dat we die niet hebben aangepast, is de schuld van de politiek, de schuld van sociale partners en de schuld van toezichthouders. De Wtp is nieuw en brengt onzekerheden. We vragen om voor die onzekerheden, die heel breed zijn uitgemeten, oplossingen te zoeken. Dat hebben we geprobeerd in dit debat te doen. Ik stel ook vast dat dit debat en de onzekerheden van de Wtp hevig gepolariseerd zijn, niet alleen hier — hier was het debat namelijk wel aardig en we hebben soms ook nog met elkaar kunnen lachen — maar ook in de samenleving. Dat brengt mij ertoe om te zeggen dat het vertrouwen en het wantrouwen, het vertrouwen van de ene groep dat het wel goed zal gaan en het grote wantrouwen van de andere groep, heel groot zijn. Wanneer ik spreek over wantrouwen, heb ik het ook over wantrouwen tegen werkgevers, wat ik me nog wel kan voorstellen, maar ook wantrouwen tegen werknemers, die er met hun organisaties toch voor zorgen dat dit pensioenstelsel in goede handen is en blijft en ervoor zorgt dat mensen op hun oude dag een waardevast pensioen krijgen.

Voorzitter. Ik wil als eerste de minister erg bedanken voor de manier waarop ze met ons, de Eerste Kamer, zo serieus is omgegaan. Ze is ingegaan op onze zorgen en heeft waar nodig ook voorstellen gedaan en van harte toezeggingen. Dank, dank. Datzelfde geldt natuurlijk ook voor de Griffie, die op een uitstekende manier gewerkt heeft, en het departement van de minister.

Voorzitter. Een grote zorg die de CDA-fractie had, was de termijn die beschikbaar was voor het invaren van een fonds. In de schriftelijke voorbereiding heb ik daarop gewezen. Ik heb gewezen op tekorten aan menskracht, op filevorming en op IT-problemen. De uiteindelijke datum van invaren ligt in de wet vast. Dat heb ik ook vastgesteld. De minister heeft echter beloofd dat ze die uit de wet gaat halen. Ik vraag me af of ze dat gaat doen in een veegwet, of in een aparte wet. De datum van invaren zal terugkomen via een AMvB, waarin de datum van 2028 wordt vastgelegd. Dat is geen 2030, waar ik in eerste instantie om gevraagd heb, maar 2028 kan ik goed accepteren, omdat ook dat niet de uiteindelijke einddatum hoeft te zijn. Waar wijziging nodig is, is dat nog mogelijk.

Voorzitter. De fractie van het CDA heeft ook zorgen over andere problemen, die samenhangen met het invoeren van de Wtp en die nog kunnen opduiken. De minister heeft daar monitoring voor toegezegd. Daarover heb ik in eerste termijn gezegd: mevrouw de minister, u hebt geen instrumenten om in te grijpen. Ik heb gevraagd of de minister de transitiecommissie of wellicht een regeringscommissaris kan gebruiken om ervoor te zorgen dat de problemen van uitvoerders gesignaleerd en geregistreerd worden, dat best practices worden opgenomen en dat de minister en de Kamer continu op de hoogte gehouden worden, zodat kan worden ingegrepen waar dat nodig is. We willen met deze wet immers nieuwe affaires voorkomen. De minister heeft een royale tegemoetkoming gedaan en een regeringscommissaris toegezegd. Ik weet niet hoe u dat nog verder gaat regelen. Misschien kunt u daar nog iets meer over zeggen, of er later op terugkomen.

Voorzitter. Ik heb ook gevraagd: wat doe je na de transitie wanneer het aandeel in het vermogen al is toebedeeld? Als er een fout gemaakt is, zal dat blijken in de eerste maanden. De minister gaf aan dat rechttrekken mogelijk is. Dat zul je moeten doen via de operationele reserve. Of dat volgens de regels ook via de solidariteitsreserve kan, weet ik niet, maar u hebt het genoemd. Wanneer het nodig is, in extremis, kan herstel ook plaatsvinden uit persoonlijke potjes, heeft u gezegd. Ik ben tevreden met dat antwoord. Ik denk ook dat fondsen daarmee overweg kunnen.

Dan de geschillenbeslechting. Allereerst in eigen fonds en daarna onafhankelijk, laagdrempelig. Mevrouw Moonen heeft daarover een motie ingediend. Het zal u niet verbazen dat ik daar compleet achter sta.

Voorzitter. Dan het volgende. Het is het laatste debat dat ik hier houd. Ik moet u zeggen dat ik oprecht dankbaar ben dat ik een steentje heb mogen bijdragen aan een betere samenleving. Weet dat ik dat alleen heb kunnen doen met u als collega's, met al onze medewerkers in dit huis, in de Tweede Kamer en ook in het Europees Parlement. Daarvoor heel veel dankbaarheid, vriendschap en alles. Dank.

(Applaus)

De voorzitter:

Dank u wel, mevrouw Oomen. Dan is het woord aan mevrouw Prast namens de Partij voor de Dieren.