T01968

Toezegging Beschikbaar stellen geconsolideerde wettekst bij volgende novelle ( 33.610 / 33.847)



De staatssecretaris van Financiën zegt de Kamer, naar aanleiding van een vraag van het lid Postema (PvdA), toe om bij de een volgende novelle ingediend door de staatssecretaris van Financiën de Kamer een geconsolideerde wettekst aan te bieden waarmee de met de novelle gepaard gaande wijzigingen ten opzichte van het aanvankelijk ingediende wetsvoorstel inzichtelijk worden gemaakt. Deze 'voucher' kan de Kamer aangeeft naar eigen behoefte gebruiken.


Kerngegevens

Nummer T01968
Status voldaan
Datum toezegging 20 mei 2014
Deadline 1 juli 2014
Verantwoordelijke(n) Staatssecretaris van Financiën
Kamerleden Drs. A. Postema (PvdA)
Commissie commissie voor Financiën (FIN)
Soort activiteit Plenaire vergadering
Categorie overig
Onderwerpen doorlopende wetteksten
Kamerstukken Novelle Wet verlaging maximumopbouw- en premiepercentages pensioen en maximering pensioengevend inkomen en het Belastingplan 2014 (33.847)
Wet verlaging maximumopbouw- en premiepercentages pensioen en maximering pensioengevend inkomen (33.610)


Uit de stukken

Handelingen I 2013-2014, nr. 30 - blz. 12-13

De heer Postema (PvdA):

[...]

Voorzitter. De behandeling van de onderhavige novelle is sterk vergemakkelijkt door de bereidheid van het kabinet om onze Kamer een geconsolideerde tekst te verstrekken waarin de voorgestelde wijzigingen van het vigerende Witteveenkader door het wetsvoorstel Wet verlaging maximumopbouw- en premiepercentages pensioen en maximering pensioengevend inkomen (33610), het Belastingplan 2014 (33752) en de onderhavige novelle (33847) zijn verwerkt. Een dergelijk in de hoofdtekst van de wet opgenomen overzicht van wijzigingen komt niet alleen de snelheid, maar ongetwijfeld ook de kwaliteit van de wetgeving ten goede, of in ieder geval van de behandeling van de wetgeving. Ook voor betrokkenen in het veld, die daadwerkelijk met de wetgeving aan de slag moeten, is een dergelijk inzicht in de precieze wetswijzigingen van groot belang. De terughoudendheid van het kabinet in dezen — aan een eerder vergelijkbaar verzoek vanuit de CDA-fractie in de Tweede Kamer werd geen gehoor gegeven — achten wij dan ook onwenselijk en eigenlijk ook wel een beetje merkwaardig. Wij kunnen ons niet aan de indruk onttrekken dat de wetgevingsjuristen op de departementen zelf evenzeer behoefte hebben aan een dergelijke geconsolideerde tekst, zo zij die niet al standaard voorhanden hebben. Wij verzoeken het kabinet dan ook bij toekomstige wetgevingstrajecten wijzigingen ten gevolge van novelles standaard in een geconsolideerde wettekst op te nemen, waarmee de met de novelle gepaard gaande wijzigingen ten opzichte van het aanvankelijk ingediende wetsvoorstel inzichtelijk worden gemaakt. Ook roepen wij de regering op, te bevorderen dat in de toekomst adequate voorzieningen worden getroffen om wetswijzigingen ten opzichte van de oorspronkelijke wettekst alsook eventuele novelles voor alle belanghebbenden inzichtelijk te maken.

Handelingen I 2013-2014, nr. 30 - blz. 5-6

Staatssecretaris Wiebes:

Ik denk dat ik niet heel veel anders kan doen dan aan deze overtuiging vasthouden en op een andere moment in een van de comfortabele stoelen in de gang een gesprek hebben met de heer De Lange over de wijze waarop hij die mechanismen ziet en de wijze waarop ik ze zie. Dan gaan wij in een goede sfeer daarover door. Mochten wij het mechanisme ontdekken, dan ben ik niet te beroerd om te vertellen wat er uit die discussie kwam.

Voorzitter. De heer Postema kwam met een heel ander punt, dat wel een heel serieus punt is. Ik weet dat het niet alleen voor hem een heel serieus punt is, maar voor velen in deze Kamer. Het gaat eigenlijk gewoon over een procedurekwestie. Het gaat over de wijzigingen in wetgeving. Daarover is op verschillende niveaus een discussie geweest, ook naar aanleiding van deze novelle. De discussie is geweest of wetsvoorstellen ook moesten worden voorzien van een stuk waarin de invloed van het wetsvoorstel op de achterliggende wet duidelijk werd gemaakt. De vraag die de heer Postema nu stelt, is eigenlijk dezelfde vraag maar dan op het niveau van de novelle.

Allereerst moet ik zeggen dat ik puur persoonlijk deze vraag erg goed begrijp, want ik priegel zelf altijd nogal om te zien welk lid nu door welk ander lid wordt vervangen. Geen kwaad woord daarover; daar is de Kamer waarschijnlijk bedrevener in dan ik. Als zij het echter al ingewikkeld vindt, weet zij hoe ik erbij sta! Ik vind dat dus volkomen begrijpelijk. Aan de andere kant past het hier nu ook weer niet — ik kijk nu niet alleen naar de heer Postema maar ook naar de voorzitter — om na drie maanden in deze positie te hebben gezeten en nog geen negen uur hier te zijn geweest, als jongste aanwas van het kabinet een parlementaire traditie sinds 1815 op één avond te veranderen. Dat gaat ook weer niet. Ik kan alleen al niet overzien hoe andere bewindspersonen hierover denken, maar kan ook niet nagaan wat het voor de capaciteit zou betekenen. Ik wil dus twee suggesties doen.

De eerste suggestie — misschien is dat allang gebeurd maar het is dan wel goed om het te hebben genoemd — is dat de Voorzitter hierover een keer met de premier en de minister van Veiligheid en Justitie praat. De tweede suggestie is dat ik de Kamer iets aanbied. Omdat ik de vraag heel goed begrijp, wil ik de Kamer bij dezen een voucher overhandigen, in te wisselen bij de volgende novelle van mijn hand. Tegen inlevering van die voucher doe ik wat de Kamer vraagt, maar dan wel in afwachting van een bredere discussie. Ik vind het namelijk een goede vraag, maar het is duidelijk dat ik er vanavond even niet over ga. Ik wil de vraag echter in deze richting beantwoorden.

Handelingen I 2013-2014, nr. 30 - blz. 13

De heer Postema (PvdA):

[..]

Tot slot. Ik denk dat ik namens diverse fracties mag spreken als ik zeg dat ik grote waardering heb gehad voor de tegemoetkoming aan onze vraag om de gewijzigde wetsteksten ten opzichte van de oorspronkelijke wetsteksten te leveren zodat wij snel kunnen zien waar de verschillen precies zitten. Ik heb ook betoogd dat dit niet alleen geldt voor dit huis, maar dat je die behoefte ook terugziet in de Tweede Kamer en — misschien is dat wel het allerbelangrijkste — in het veld. Pensioenuitvoerders en clubs van pensioengerechtigden willen gewoon zien: wat gaat dit voor ons betekenen en moeten we nu zelf met het pennetje, zoals de staatssecretaris het uitdrukte, gaan puzzelen wat precies de wijzigingen zijn geweest ten opzichte van de oorspronkelijke voorstellen? Om die reden hebben wij de vrijheid genomen, het kabinet op te roepen om ook in de toekomst novelles standaard in te bedden in zo'n geconsolideerde wettekst. Wij zouden dat alsnog graag zien. Ook zouden wij graag bevorderd zien dat straks voor die brede doelgroep een faciliteit ontstaat om via consultatie van digitale media direct te kunnen zien hoe de wijzigingen zich verhouden tot de oorspronkelijke tekst. Ik apprecieer de bescheidenheid van de staatssecretaris als, zoals hij dat zei, jongste aanwas van het kabinet. Ik snap ook dat hij enige terughoudendheid heeft om er vanavond toezeggingen over te doen. Ik apprecieer ook de inspanning om onze voorzitter te laten spreken met de minister-president. Die komt hier altijd graag naartoe, al was het maar voor de gevulde koeken. Ook heb ik waardering voor de aangeboden voucher. Niettemin meen ik dat de discussie echt bevorderd wordt door het indienen van een motie waarin beide aspecten, de interne procedure en het belang van toekomstige gebruikers, nog eens wordt onderstreept. Hierbij overhandig ik die motie graag aan de voorzitter.


Brondocumenten


Historie