T03686

Toezegging Brief vormgeving fondsenoverzicht (31.865)



De minister van Financiën zegt de Kamer, naar aanleiding van een vraag van het lid Otten (Fractie-Otten), toe dat zij in een brief zal toelichten op welke manier het fondsenoverzicht bij de Miljoenennota zal worden vormgegeven.


Kerngegevens

Nummer T03686
Status voldaan
Datum toezegging 4 april 2023
Deadline 1 juli 2023
Verantwoordelijke(n) Minister van Financiën
Kamerleden Mr.drs. H. Otten (Fractie-Otten)
Commissie commissie voor Financiën (FIN)
Soort activiteit Plenaire vergadering
Categorie brief/nota
Onderwerpen fondsen
miljoenennota
Kamerstukken Verbetering verantwoording en begroting (31.865)


Uit de stukken

Handelingen I 2022-2023, nr. 25, item 8- blz. 2.

De heer Otten (Fractie-Otten):

“Voorzitter, dat had u goed gezien, maar ik wachtte even tot de minister dit blokje had afgerond, ook omdat u dat zo graag ziet. Dank voor de toezegging over het overzicht van die fondsen. Maar kan die toezegging iets concreter? Als het een A4'tje wordt met alle fondsen, dan hebben we daar natuurlijk niet zo veel aan. Wordt daarin ook concreet en precies aangegeven wat er is uitgegeven, wat het budget is, hoe het zit met de governance, hoe het zit met de controle en noem maar op? Het moet niet alleen een lijstje van de fondsen zijn. Ik zit bijvoorbeeld te denken aan het overzicht van de staatsdeelnemingen. Dat is ieder jaar een heel boekwerk. Dat geeft in ieder geval een beetje een gedegen inzicht. Kan de toezegging van de minister, waar wij haar erkentelijk voor zijn, nog wat uitgebreid worden met meer gedetailleerde informatie? Dat is eigenlijk mijn vraag.”

Handelingen I 2022-2023, nr. 25, item 8- blz. 2-3.

Minister Kaag:

“Ik ga geen boekwerk toezeggen. Dit is al een hele sprong vooruit, eerlijk gezegd, die nog nooit door het kabinet of vorige kabinetten is gezet. Wat ik zal doen, is dat ik u meedeel in een brief hoe de vormgeving eruit zal zien. Dan kunnen we misschien kijken naar een annotatie of vermeldingen waar de informatie gevonden kan worden. Eerlijk gezegd staat heel veel al online op rijksoverheid.nl. Ik zal een goed en slim extract maken dat meer een Reader's Digest wordt, denk ik. Ik zal dat schriftelijk aan u meedelen. Inderdaad, een lijst alleen zal niet voldoende zijn, maar ik zeg er wel bij dat wat de heer Otten vraagt misschien veel tijd en staf vraagt. Ik doe de toezegging dat ik in een brief zal toelichten op welke manier we zo veel mogelijk informatie kunnen geven. Nou heb ik al een paar suggesties gehoord van de heer Otten. Ik zal dat in een brief bevestigen, maar ik wil hier even ambtelijk overleg over voeren. Dat lijkt me wel zo netjes.”

Handelingen I 2022-2023, nr. 25, item 8- blz. 3.

De heer Otten (Fractie-Otten):

“Het waren maar een paar suggesties die me zo te binnen schoten. Ik wil er straks nog wel wat meer geven. Het gaat in totaal om 100 miljard. Dat is bijna een achtste van ons nationaal inkomen. We praten dus echt over heel veel geld. Dan mag er door de Staten-Generaal toch wel gevraagd worden om adequate, tijdige en goede verantwoording. Als dat moeilijk is, verzoek ik de minister om middelen vrij te maken om goed en tijdig te kunnen rapporteren. Kan zij dat toezeggen?”

Minister Kaag:

“Nou, ik heb net uit eigener beweging al een toezegging gedaan met een toelichting en ik zal komen met een brief. Ik denk dat u ervan kunt uitgaan dat wij dit zelf ook goed willen doen. U spreekt over 100 miljard, maar 60 miljard is voor fondsen die formeel nog opgericht moeten worden. Het Klimaatfonds ligt bijvoorbeeld al in de Tweede Kamer. De andere miljarden zijn inderdaad bij een paar fondsen belegd. Ik denk dat we er echt wel uit kunnen komen en genoeg informatie kunnen delen. Ik herhaal mijn toezegging en ik doe die vanuit een positieve houding.”

Handelingen I 2022-2023, nr. 25, item 8 - blz. 6.

Minister Kaag:

(…)

“Ik heb aan de heer Otten en zijn collega's ook een toezegging gedaan om te kijken hoe we dat zo veel mogelijk kunnen specificeren, zodat u niet alleen een lijst krijgt maar ook veel meer inzicht in wat het is, hoe het wordt besteed en wat de criteria zijn. Ik zou bijna "een inzichtelijk overzicht" willen zeggen.”

Handelingen I 2022-2023, nr. 25, item 3- blz. 13.

De heer Van Ballekom (VVD):

“Voorzitter. Tijdens de laatst gehouden Algemene Financiële Beschouwingen heeft mijn fractie ter voorbereiding op het debat schriftelijke vragen gesteld over het fondsenbeleid van de regering en andere financieringsinitiatieven ter verwezenlijking van beleidsdoelstellingen. Eerlijkheidshalve ontbrak het ons aan inzicht en overzicht. De summiere beantwoording op de gestelde vragen bracht daarin geen verandering. Gezien de omvang en complexiteit van het onderwerp heb ik destijds voorgesteld om hieraan een debat te wijden. Ik ben mijn collega's erkentelijk dat ze hiermee hebben ingestemd.

(…)

De VVD-fractie ondersteunt de opvatting van de Kamer, vandaar ook dit debat met, wat ons betreft, een drietal bedoelingen. Ten eerste, om inzicht te krijgen in het totale aantal fondsen en de financieringsvormen buiten de begroting om. Voorts om inzicht te krijgen in de onderlinge samenhang tussen de fondsen. Ik kom daar later op terug met wat voorbeelden. En ten derde, om inzicht te krijgen in hoeverre de doelstellingen worden gerealiseerd. Wat betreft aandachtspunt één blijkt uit onderzoek, gehouden in 2019, dat er in tien jaar tijd ten minste 21 revolverende fondsen bij zijn gekomen, waardoor het totaal komt op ongeveer 30. Is dat aantal nog steeds correct? Is het niet aangewezen om, gezien het aantal fondsen, een jaarlijks totaaloverzicht te verstrekken van alle bestaande fondsen, al dan niet via een bijlage in de Miljoenennota? Mijn fractie zou het verwelkomen ook de niet-revolverende fondsen daarbij te betrekken.”

Handelingen I 2022-2023, nr. 25, item 8- blz. 9.

Minister Kaag:

“Nou, zo nauw heb ik mijn toezegging niet gedaan. Ik wil eerst maar eens de toezegging doen over hoeveel fondsen er wel niet zijn en inzichtelijk maken wat of waar. We kunnen er dan ook een asteriskje bij doen "binnen de begroting/buiten de begroting". Dat lijkt me het meest overzichtelijk, en het meest volledig.”

Handelingen I 2022-2023, nr. 25, item 8- blz. 30.

Mevrouw Kennedy-Doornbos (ChristenUnie):

(…)

“Een staatsdeelname van minimaal 50% is vereist voordat de Algemene Rekenkamer ter plekke onderzoek mag doen bij revolverende fondsen, maar veel fondsen voldoen niet aan dit vereiste. Betekent dit dat de Rekenkamer in haar onderzoek alleen toegang heeft tot openbare documenten? Zou u bereid zijn bij de instelling van een fonds ook aan te geven welke rekenkamer bevoegd is om onderzoek te doen naar dat fonds? Hoe wordt het toezicht op de zogenaamde dakfondsen geregeld die investeren in fondsen? Wordt zichtbaar gemaakt in welke fondsen dan wordt geïnvesteerd en welke bedragen daarmee gemoeid zijn? Wie is er verantwoordelijk voor het toezicht? Hoe voorkom je overlap van doelstellingen?”

Minister Kaag:

(…)

“Mevrouw Doornbos vroeg ook welke rekenkamer bevoegd is op welke momenten. We hebben het feitelijke antwoord hierop niet goed kunnen achterhalen, dus ik wil dat graag schriftelijk meegeven in de brief die ik heb toegezegd aan deze Kamer in den brede.”


Brondocumenten


Historie