T02256

Toezegging Consultatie / toetsing modelovereenkomsten aansprakelijkheidsdeling door onafhankelijk panel (34.036)



De Staatssecretaris van Financiën zegt, naar aanleiding van een vraag van het lid Sent (PvdA), de Kamer toe dat er een serieuze toetsing of consulatie door een onafhankelijk panel georganiseerd moet worden, nog tijdens de transitieperiode, nog voordat de handhaving begint.


Kerngegevens

Nummer T02256
Status voldaan
Datum toezegging 26 januari 2016
Deadline 1 november 2016
Verantwoordelijke(n) Staatssecretaris van Financiën
Kamerleden Prof.dr. E.M. Sent (PvdA)
Commissie commissie voor Financiën (FIN)
Soort activiteit Plenaire vergadering
Categorie overig
Onderwerpen aansprakelijkheidsdeling
consultaties
modelovereenkomsten
onafhankelijk panel
toetsing
Kamerstukken Wet deregulering beoordeling arbeidsrelaties (34.036)


Uit de stukken

Handelingen I 2015-2016, nr.17  item 7, - blz.23

Mevrouw Sent (PvdA)

Een andere potentiële weeffout tussen fiscaal en civiel recht betreft de aansprakelijkheidsdeling bij schade zoals omschreven in artikel 7 van een aantal modelovereenkomsten. In dit artikel worden vier situaties onderscheiden. In alle vier de gevallen ligt de aansprakelijkheid vooral bij de opdrachtnemer. Neem, bijvoorbeeld, situatie 3. In deze situatie lijdt de opdrachtnemer schade in verband met de uitvoering van de opdracht. De modelovereenkomst legt in deze situatie de aansprakelijkheid bij de opdrachtnemer, behalve wanneer de schade niet aan de opdrachtnemer is toe te rekenen en het gevolg is van de uitvoering van een buitengewoon risicovolle opdracht. Wel bepaalt het vijfde lid dat bij de aansprakelijkheidsdeling de normen van redelijkheid en billijkheid in acht genomen dienen te worden, evenals de in de branche gebruikelijke beperkingen van aansprakelijkheid. Maar hoe redelijk en billijk is een aansprakelijkheidsdeling die de verantwoordelijkheid van de werkverschaffer al bij voorbaat tot het uiterste terugdringt en die van de werkende tot het uiterste vergroot?

Ook hierbij dreigt een spanning tussen fiscaal en civiel recht. Immers, een dergelijke toedeling staat in schril contrast met de ontwikkeling in het arbeidsrecht om de verantwoordelijkheid van werkgevers voor gezonde en veilige arbeidsomstandigheden te versterken, en daarmee ook hun aansprakelijkheid als ze hiervoor wegduiken. Daarbij lijkt de clausule voor situatie 3 in strijd met de risicodeling die de rechter in 2012 heeft neergelegd in het arrest-Dave-laar/Allspan.

Mijn fractie acht het ook hierbij onaanvaardbaar dat modelovereenkomsten deze weeffouten introduceren. Wij vragen dan ook de harde toezegging van de staatssecretaris dat hij middels een consultatie de modelovereenkomsten op deze aansprakelijkheidsdeling laat beoordelen, teneinde deze in lijn te brengen met de verantwoordelijkheid van de werkverschaffer voor gezonde en veilige arbeidsomstandigheden, dat hij de uitkomsten daarvan inpast in het gebruikte beoordelingskader en ons een halfjaar na invoering hierover bericht. Voorts vernemen wij graag van hem op welke wijze hij voornemens is op dit terrein ook de vinger aan de polste houden.

Handelingen I 2015-2016, nr.17  item 7, - blz.44

Staatssecretaris  Wiebes:

Ik denk dat het voorstel van mevrouw Sent om een soort consultatie te organiseren erg waardevol is. Daarover filosoferend denk ik dat wij nog tijdens de transitieperiode, nog voordat de handhaving begint, een serieuze toetsing of consultatie moeten organiseren door een onafhankelijk panel. Het moeten mensen zijn die niet bij de Belastingdienst werken. Het kan nog veranderen, maar ik kan de voorlopige zoekprofielen wel met de Kamer delen. Ik denk aan een hoogleraar arbeidsrecht, een rechter op het gebied van het arbeidsrecht, maar idem fiscaal, met een achtergrond in de loonheffing. Ook denk ik aan iemand die gewoon praktijkervaring heeft met de handhaving op de werkvloer. Ook dat is belangrijk. Anders zingen wij ons los van hoe het in een bedrijf werkt. Op die manier, met zo'n toetsing, wilde ik het dus doen. Daarmee neem ik het verlangen van de heer Rinnooy Kan om te toetsen over, maar maak ik mij wel los van zijn suggestie om dat door de rechter te laten doen. Het zou mooi zijn om juist naar mogelijkheden te zoeken van toetsing die niet altijd door de rechter wordt gedaan in de rechtbank, maar met inzet van een professional. Daar komt ook iets uit, maar laten wij dat ook zo transparant mogelijk met de Kamer delen. Ik wilde toetsing ook richten op dingen die niet op de site staan. Dan kan ik niet bij de toetsing alsnog alles naar buitengooien, maar wel zeggen wat het rapportcijfer was dat de onafhankelijke deskundigen hebben gegeven. Ook kan ik zeggen wat er over het algemeen niet deugde. Ik zal ook vragen wat de lessen zijn die wij in het toetsingskaderkunnen verwerken. Als het leidt tot een bias in de ene of de andere richting, is het toetsingskader daarmee te ijken.


Brondocumenten


Historie