T03709

Toezegging In reactie op rapport ingaan op versterking antidiscriminatie-instrumenten (CXLVI)



De minister van Binnenlandse Zaken en Koninkrijksrelaties zegt de Kamer, naar aanleiding van vragen van de leden Vos (VVD) en De Boer (GroenLinks), toe dat zij in de reactie op het rapport in zal gaan op de wijze waarop de antidiscriminatie-instrumenten binnen de rijksoverheid en de uitvoeringsorganisaties zullen worden versterkt.


Kerngegevens

Nummer T03709
Status voldaan
Datum toezegging 16 mei 2023
Deadline 1 juli 2023
Verantwoordelijke(n) Minister van Binnenlandse Zaken en Koninkrijksrelaties
Kamerleden Mr.drs. M.M. de Boer (GroenLinks)
L.B. Vos (VVD)
Commissie commissie voor Binnenlandse Zaken (BIZA)
Soort activiteit Mondeling overleg
Categorie brief/nota
Onderwerpen antidiscriminatievoorzieningen
discriminatie
uitvoeringsinstanties
Kamerstukken Parlementaire onderzoekscommissie effectiviteit antidiscriminatiewetgeving (CXLVI)


Uit de stukken

Kamerstukken I 2022/23 CXLVI, AA, p. 16.

De heer Vos (VVD):

“Dank u wel, meneer de voorzitter. Dank u wel, minister, voor de beantwoording. Dank ook voor het feit dat u iets meer het Beleidskompas en vooral die drie componenten, dus de belanghebbenden vroeg betrekken, een gevolgenscan en het doenvermogen van mensen, heeft toegelicht. Gaat dat Beleidskompas dan voor alle wetgeving in de toekomst gelden of geldt dat specifiek op sociaal en sociaal-economisch terrein? Het klinkt heel mooi, maar ik kan me ook voorstellen dat er een vertragend element in zit. Nogmaals, ik zou iets meer willen weten over de praktische invulling daarvan. In het rapport wordt ook zo mooi gezegd dat we niet alles in wetgeving kunnen afdekken. Het zit 'm dus ook heel vaak in hoe dat in de praktijk en de uitvoeringsorganisaties wordt geïmplementeerd. Het rapport zegt ook dat we moeten zorgen dat er goed leiderschap is en dat er goed aan ontwikkeling wordt gedaan bij de uitvoeringsorganisaties, maar ik hoor in de beantwoording van de minister vooral de nadruk op het wetgevend proces en minder over die uitvoerende organisaties. Ik kan mijn eigen vraag over die verantwoordingsrapportage dus iets breder trekken. Zijn er andere gedachten die de minister heeft over wat wij bij de uitvoeringsorganisaties zouden moeten doen om discriminatie tegen te gaan?”

Kamerstukken I 2022/23 CXLVI, AA, p. 16-17.

Mevrouw De Boer (GroenLinks):

Dank voor de beantwoording. Dank ook dat u zo uitgebreid bent ingegaan op het betrekken van belanghebbenden. Ik heb net als de heer Vos een vraag over de uitvoering. Wat we nu horen over het Beleidskompas en de handreiking voor de regelgeving gaat natuurlijk vooral over de overheid zelf, terwijl in het rapport van de POC werd gefocust op wat er gebeurt bij de wet- en regelgeving maar ook bij de uitvoeringsinstanties zelf, dus bij de politie en bij de uitvoering van de sociale zekerheid. Het rapport gaat in op wat je daar nog kunt doen. Verder ben ik zelf al heel erg lang bezig op het gebied van vrouwenemancipatie en geweld tegen vrouwen. De vraag is voor mij altijd, ook met zo'n beleidskompas, wat je natuurlijk nodig hebt, hoe je voorkomt dat het een afvinklijstje wordt. Ik herinner me dat we twintig jaar geleden de emancipatie-effectrapportages hadden. Bij elk punt dat uitgevoerd was, werd een vinkje gezet, zonder dat iemand ooit daadwerkelijk zo'n effectrapportage zag. Dat bleken dan drie zinnen te zijn in een toelichting. Hoe voorkom je dus dat het zo'n afvinklijstje wordt?

Kamerstukken I 2022/23 CXLVI, AA, p. 19.

De minister:

(…)

“Ik ben bezig om een aantal instrumenten waar ik zonet ook over vertelde, zoals de omstanderstrainingen uit 2022 en Selecteren zonder vooroordelen, niet alleen aan de ministeries te gaan aanbieden, maar inderdaad ook aan de uitvoeringsorganisaties, zodat zij daar zelfstandig gebruik van kunnen gaan maken. Dit zijn een aantal voorbeelden. Wellicht kan ik in de reactie op het rapport nog wat nadrukkelijker ingaan op de wijze waarop ik die binnen de rijksoverheid en de uitvoeringsorganisaties wil versterken.”


Brondocumenten


Historie