T03730

Toezegging Invoeringstoets Wkb (34.453)



De minister van Binnenlandse Zaken en Koninkrijksrelaties zegt de Kamer, naar aanleiding van een vraag van het lid Kemperman (BBB), toe om de eerste helft van 2024 een invoeringstoets uit te voeren naar de invoering van de verbouwactiviteiten en in juni 2024 te komen met de resultaten van de invoeringstoets naar de eerste ervaringen met de Wkb tot dan toe.


Kerngegevens

Nummer T03730
Status openstaand
Datum toezegging 24 oktober 2023
Deadline 1 juli 2024
Voormalige Verantwoordelijke(n) Minister van Binnenlandse Zaken en Koninkrijksrelaties
Huidige Verantwoordelijke(n) Minister van Volkshuisvesting en Ruimtelijke Ordening
Kamerleden drs. E. Kemperman MBA (BBB)
Commissie Infrastructuur en Waterstaat / Volkshuisvesting en Ruimtelijke Ordening (I&W/VRO)
Soort activiteit Plenaire vergadering
Categorie brief/nota
Onderwerpen invoeringstoets
kwaliteitsborging
Omgevingswet
Wet kwaliteitsborging voor het bouwen
Kamerstukken Wet kwaliteitsborging voor het bouwen (34.453)


Uit de stukken

Handelingen I 2023-2024, nr. 4, item 9 - blz. 1

De heer Kemperman (BBB):

(…)

“Ten tweede zouden er volop pilotprojecten zijn die ons voldoende vertrouwen moeten geven dat de sector klaar is voor de invoering van de Wkb. In mijn regio informeerde ik bij een aannemerskring van 40 aangesloten aannemers en welgeteld twee van hen deden mee aan een pilotproject. Een was enthousiast en tevreden, de andere niet. 38 aannemers deden niet mee. Ik zit in de raad van commissarissen van drie woningcorporaties en informeerde bij de verantwoordelijke vastgoedmanagers van deze woningcorporaties. Immers, zij zijn als opdrachtgevers gebaat bij de Wet kwaliteitsborging en verantwoordelijk voor honderden nieuwbouwwoningen, ook al bij de start van komend jaar. Zij zijn niet klaar, weten niet waar ze aan toe zijn en geven aan dat ze nog wat dagdelen cursus moeten volgen, of proberen hun nieuwbouwprojecten voor 1 januari in de vergunningprocedure te brengen. Ik geef toe dat dit laatste netwerkonderzoekje geen representatief onderzoek is, maar het versterkt wel mijn zorgen dat deze sector aan opdrachtgeverzijde niet klaar is voor de invoering van de Wkb. Dit zijn overigens capabele, professionele organisaties. Dat wil ik gezegd hebben.

(…)

Ik sluit mijn eerste termijn af en wil de minister vragen om de motie-Crone alsnog volledig uit te voeren, hetgeen betekent dat de Wkb niet in werking treedt op 1 januari 2024. Ik vraag de minister te reageren op de zorgpunten die ik zojuist heb aangegeven. En ik vraag de toezegging dat de Wkb zal worden ontkoppeld van de Omgevingswet en daarmee niet in werking zal treden. Via de voorzitter zeg ik tegen de minister: het kan, omdat het moet.”

Handelingen I 2023-2024, nr. 4, item 9 - blz. 11

Minister de Jonge:

(…)

“Ik zou daar vandaag één ding aan willen toevoegen, omdat ik uw zorgen goed hoor. Dat betreft de stap om de hele gevolgklasse 1 onder de Wkb te laten vallen. We hebben nu gezegd: nieuwbouw erin, verbouw eruit. Ik heb u aanvankelijk geschreven dat wij de verbouw gewoon invoeren per 1 juli 2024. Dat zou eigenlijk een automatisme zijn. Dat betekent dat ik het KB moet aanpassen nog voor 1 januari, want dat moet je zes maanden van tevoren laten weten. Dan hebben we in ieder geval even de tijd om in te groeien, hebben met name kleinere bouwbedrijven nog even de tijd om zich voor te bereiden op de Wkb en kan het stof een beetje neerdalen. Dat leek mij gepast, naar aanleiding van ons vorige debat. Gehoord hebbend wat hier nu leeft, wil ik best toezeggen dat we eerst een voorafgaande invoeringstoets doen. Die moeten we dan doen in de eerste helft van 2024, opdat het besluit kan vallen voor 1 juli. Dan kan het besluit ingaan per 1 januari 2025, maar alleen natuurlijk als uit die invoeringstoets blijkt: ja hoor, dat is vertrouwd, dat kan en dat is niet spannend.

Dat is sowieso een halfjaar later dan ik van plan was en niet dan nadat we daarover een debat hebben kunnen voeren op basis van een invoeringstoets. Wel op basis van een invoeringstoets dus, en niet op basis van N=1-experiences, maar op basis van een invoeringstoets, die we grondig zullen doen. Dan hebben we met elkaar een nieuw debat en dan neem ik een besluit over de invoering van de verbouwactiviteiten.”


Brondocumenten


Historie