T01026

Toezegging Notificatieplicht Wet DNA-onderzoek veroordeelden (31.116)



De minister van Justitie zal, naar aanleiding van een opmerking van het lid Broekers-Knol (VVD) over het ontbreken van een notificatieverplichting in de Wet DNA-onderzoek bij veroordeelden, nagaan of er behoefte is aan een verduidelijking van de werkwijze van de DNA-wet.


Kerngegevens

Nummer T01026
Status voldaan
Datum toezegging 20 januari 2009
Deadline 1 juli 2010
Verantwoordelijke(n) Minister van Justitie
Kamerleden mr. A. Broekers-Knol (VVD)
Commissie commissie voor Justitie (Just.)
Soort activiteit Plenaire vergadering
Categorie lagere regelgeving
Onderwerpen notificatie
veroordeelden
DNA-onderzoek
Kamerstukken Wet deskundige in strafzaken (31.116)


Uit de stukken

Handelingen I 2008-2009, nr.18 – blz. 916- 930

Blz. 927

(...)

Mevrouw Broekers-Knol (VVD): Ik begrijp dat u zegt dat dit de werkwijze is en dat de veroordeelde op de hoogte wordt gesteld als de officier van justitie volgens artikel 2,

lid 3 een deskundige benoemt om dat DNA-onderzoek te verrichten. Mijn punt is echter dat dit niet wettelijk verplicht is. In het thans voorliggende wetsvoorstel wordt de notificatieplicht aan verdachten en de verdediging wel verplicht. Zal de werkwijze voor de DNA-wet worden aangevuld met een notificatieplicht of zegt u ″het gaat om veroordeelden, dus wij hoeven hen niet te notificeren″?

Minister Hirsch Ballin: Ik zal naar dit punt kijken. Mocht er aanleiding bestaan om een verduidelijking aan te brengen in de aanwijzing of in een komende leemtewet, dan zal ik bekijken of daartoe behoefte bestaat.


Brondocumenten


Historie