T00717

Toezegging Status maatschappelijk werkers (31.200 XVII)



De minister zegt toe de status van maatschappelijk werkers onder de aandacht te brengen van de stuurgroep professionalisering onder leiding van mevrouw Kalsbeek en de Kamer te informeren over relevante ontwikkelingen.


Kerngegevens

Nummer T00717
Oorspronkelijke nummer tz_VWS/JG_2008_9
Status voldaan
Datum toezegging 29 januari 2008
Deadline 1 januari 2009
Verantwoordelijke(n) Minister voor Jeugd en Gezin
Kamerleden prof. dr. R. Kuiper (ChristenUnie)
Commissie commissie voor Volksgezondheid, Welzijn en Sport / Jeugd en Gezin (VWS/JG)
Soort activiteit Plenaire vergadering
Categorie brief/nota
Onderwerpen maatschappelijk werk
Kamerstukken Begrotingsstaat Jeugd en Gezin 2008 (31.200 XVII)


Uit de stukken

Handelingen I 2007-2008, nr. 18 – blz. 768 ev

Blz. 768-769

De heer Kuiper (CU): Uit dat oogpunt is het van het allergrootste belang dat er gewerkt wordt aan de wettelijke erkenning van bepaalde functies in het maatschappelijk werk, zoals de gezinsvoogd, de reclasseringswerker en nog enkele functies. Het belang hiervan is dat er kwaliteitseisen aan de beroepsuitoefenaar kunnen worden gesteld en dat er een vastgestelde body of knowledge bestaat waarop werkers aanspreekbaar zijn. (…) Op dit moment wordt er vanuit de sector gewerkt aan een professionaliseringsplan door een werkgroep onder leiding van Ella Kalsbeek, gefinancierd door deze minister. Naar ik begrepen heb is dit aspect van de wettelijke erkenning van de maatschappelijk werker met de effecten die daarvan uitgaan op het beroep en op de sector daarbij niet expliciet aan de orde. (…) Graag zouden wij zien dat de minister zelf het heft in handen neemt en beziet hoe dit gerealiseerd kan worden.

Blz. 801

Minister Rouvoet: Met alle genoegen zal ik het specifieke punt van de status van maatschappelijk werkers onder de aandacht van mevrouw Kalsbeek en de hare brengen.

Blz. 806

De heer Kuiper (CU): Ik ben blij dat de minister met de commissie-Kalsbeek wil gaan spreken. Dat heeft hij toegezegd. Ik wil echter vragen wat er zal gebeuren als die zegt: wij zijn ermee bezig en u hoort er nog wel een keer iets over.

Blz. 809

Minister Rouvoet: Als de sectoren niet snel genoeg reageren, wat ga ik dan doen? Ik antwoord op deze vraag van de heer Kuiper dat ik niet voor niets druk op de ketel wil houden. Ik deel zijn gevoel van urgentie. Hier geldt echter hetzelfde als voor het tuchtrecht. Dat is dat ik inderdaad wettelijk tuchtrecht in het leven kan roepen, maar dat ik er in principe de voorkeur aan geef dat de beroepsgroep het zelf regelt. Voorwaarde is dan wel dat het materieel tegemoet komt aan wat ik voor ogen heb. Initiatieven van de beroepsgroep hebben dus mijn voorkeur, maar ik zit er niet voor niets zo dicht op, want men moet wel leveren. De stuurgroep van mevrouw Kalsbeek is hiervan overigens ook doordrongen.

De heer Kuiper (CU): U gaat met de commissie in gesprek over de voortgang. Vervolgens beziet u of die voldoende is. Blijft het bij informeren of hebt u ook een bepaalde tijdshorizon voor ogen? Ik vraag dat zo nadrukkelijk, omdat iedereen weet dat haast geboden is; wij kunnen niet nog eens een jaar wachten.

Minister Rouvoet: Wij hebben voor de jaren 2007 tot en met 2010 financiële ondersteuning toegezegd. Dat is dan ook het tijdpad voor het traject professionalisering. Overigens ga ik wel een stapje verder dan alleen informeren naar de stand van zaken: ik wil ook druk op het proces houden. De stuurgroep wil dat overigens ook zelf. Ik volg dus op de voet wat er gebeurt en als er iets relevants valt te melden, zal ik niet schromen om u te informeren.


Brondocumenten


Historie