Met enige moeite hebben minister Dekker van VROM en minister Pechtold voor Bestuurlijke Vernieuwing en Koninkrijksrelaties de Wet bijzondere maatregelen grootstedelijke problematiek dinsdag op de laatste vergaderdag van 2005 door de Eerste Kamer gesleept. Deze wet wordt ook wel de 'Rotterdamwet' genoemd, omdat het initiatief ervoor uit Rotterdam is gekomen, waar het gemeentebestuur kampt met problemen in oude stadswijken. Uiteindelijk stemden alleen de fracties van SP en GroenLinks en vier leden van de PvdA-fractie, onder wie woordvoerder mevrouw Meindertsma, tegen het wetsvoorstel. Minister Dekker haalde een groot deel van de PvdA over de streep door een motie te omarmen.

Kansenzone

De wet biedt echter mogelijkheden voor alle gemeenten waar soortgelijke problemen spelen. Vooralsnog gaat het om drie bijzondere maatregelen: de gemeente kan een gebied als 'kansenzone' aanduiden en dan toestemming krijgen om aanwezige ondernemers minder of helemaal geen Onroerend Zaakbelasting in rekening te brengen. Deze maatregel is beperkt tot gemeenten met meer dan 100.000 inwoners en de steden die onder het Grote-Stedenbeleid van de regering vallen. De andere twee maatregelen betreffen de toegang tot de woningmarkt en het sluiten van overlastgevende panden.

Uitkeringsgerechtigden

Vooral tegen de mogelijkheid om bepaalde mensen een huisvestingsvergunning voor een bepaalde wijk te weigeren ontlokte de senaat veel vragen. Mevrouw Meindertsma (PvdA) zei dat het om een maatregel met verstrekkende en ingrijpende betekenis gaat. De mogelijke uitsluiting van een woonvergunning treft mensen die geen inkomen uit arbeid hebben (uitkeringsgerechtigden) met uitzondering van AOW'ers en studenten. Zij kunnen geen huurwoning meer toegewezen krijgen in een bepaald gebied wanneer ze minder dan zes jaar onafgebroken ingezetene zijn van de regio waarin de gemeente ligt.

Toestemming minister

De gemeenten kan overigens niet op eigen houtje een gebied aanwijzen met beperkte toegang. Daarvoor moet minister Dekker toestemming geven en zij beloofde zeer zorgvuldig af te wegen of deze bijzondere maatregel nodig is in een bepaald geval of dat bestaande maatregelen uit de Huisvestingswet toereikend kunnen zijn.

Alleen Rotterdam

De PvdA had liever gehad dat de regering alleen voor Rotterdam een experimenteerwet had afgekondigd. Mevrouw Meindertsma was er niet van overtuigd dat er elders in het land 'bijzondere maatregelen' nodig zijn. Zij verwees naar het stadsgewest Haaglanden waar gemeenten en sociale verhuurders hebben afgesproken dat minimaal 30% van het woningbouwprogramma wordt gerealiseerd in de sociale sector en waar via een regionale huisvestingsverordening de woonruimte wordt verdeeld.

Riskante aspecten

Senator Dölle (CDA) zei dat er riskante aspecten zitten aan de regulering van de huisvesting in bepaalde gebieden. Maar het tegengaan van ghettoisering heeft de steun van het CDA. De instroom van almaar mensen aan de onderkant van de samenleving in een bepaalde wijk kan pogingen tot rehabilitatie en opwaardering van de buurt en verhoging van de leefbaarheid belemmeren, vindt ook het CDA. Dölle waarschuwde voor de risico's die zijn verbonden aan het sturen van de wijkdemografie, o.a. het risico van discriminatie.

Spreidingsbeleid

Senator Van Middelkoop, die sprak namens ChristenUnie en SGP, wilde van minister Dekker de heldere uitspraak dat zij bij een vermoeden van gebruik van de wet voor een spreidingsbeleid van allochtonen een aanvraag tot gebiedsaanwijzing zal weigeren. De minister zei hier 'ja' op. Van Middelkoop pleitte verder voor een horizonbepaling in de wet. Na acht jaar zouden regering en parlement de kans moeten krijgen om nogmaals te debatteren over resultaten en dan te beslissen over doorgaan of stoppen. Minister Pechtold wees erop dat de er na vijf jaar een evaluatie is voorzien en dat dan al een besluit kan vallen om te stoppen. De drie bijzondere maatregelen zelf die op grond van de wet genomen zullen worden, zijn gelimiteerd in de tijd: die duren vier jaar en kunnen eenmaal met vier jaar worden verlengd.

Niet lichtvaardig

Mevrouw Bierman-Beukema toe Water (VVD) leek het niet zeer aannemelijk dat gemeenten op grote schaal de mogelijkheden van deze wet voor zover het beperking van de instroom van kansarmen van buiten de regio op de lokale woningmarkt betreft zullen gaan benutten. De VVD-senator wees erop dat gemeenten moeten aantonen dat de kansen van woningzoekenden die geen huisvestingsvergunning krijgen voor een aangewezen gebied, hun kansen elders op de woningmarkt niet noemenswaardig mogen zien slinken. Die voorwaarde alleen al brengt mee dat het instrument niet lichtvaardig en slechts op beperkte schaal zal worden toegepast, aldus mevrouw Bierman-Beukema toe Water.

Schandalig

GroenLinks-senator Platvoet noemde het wetsvoorstel een schandalig, discriminerend, haast racistisch voorstel, waar maar liefst vijf ministers hun handtekening onder hebben gezet. Mevrouw Meulenbelt van de SP zei dat het 'kansarmen nog kansarmer maakt'. Volgens haar is het probleem dat er veel te weinig betaalbare sociale huurwoningen worden gebouwd. Wat de SP betreft zouden die ook in de betere buurten gebouwd moeten worden.

Motie

In de motie-Meindertsma, die na de toezegging van minister Dekker werd ingetrokken, stond dat de minister bij het toewijzen van gebieden met beperkte toegang zou nagaan of gemeenten een plan voorhanden met een integrale en intensieve aanpak van de specifieke problematiek van het betreffende gebied. Ook zou de minister zich ervan vergewissen dat er concrete afspraken bestaan tussen regiogemeenten en de sociale verhuurders over de beschikbaarheid van voldoende betaalbare huurwoningen in relatie tot de vraag, zowel in de bestaande voorraad als in de nieuwbouw. Ten slotte zou de minister bekijken of er aantoonbare maatregelen worden getroffen waardoor de slaagkansen op de woningmarkt van de betrokken groep mensen met een uitkering niet substantieel verandert ten opzichte van de huidige situatie. De motie was mede ondertekend door GroenLinks en SP.


Deel dit item: