Senaat steunt voorstellen digitale overheid



De Eerste Kamer stemde dinsdag 21 maart in met twee voorstellen om de digitale overheid te vergroten. De fracties van OSF, PvdA, GroenLinks, D66, SP, Fractie-Otten, PVV, SGP, ChristenUnie, CDA en VVD stemden voor de novelle, de fracties van Fractie-Nanninga, PvdD, 50PLUS, FVD en Fractie-Frentrop tegen. De fracties van Fractie-Nanninga, SP, PvdD, 50PLUS, FVD en Fractie-Frentrop stemden tegen het originele wetsvoorstel. Een motie van senator Van Hattem (PVV) die uitspreekt dat verdere stappen richting een Europese digitale identiteit onwenselijk zijn en de Nederlandse regering hiervan moet afzien, is verworpen. De Kamer had 29 november en 21 februari uitgebreid gedebatteerd over de twee voorstellen met staatssecretaris Van Huffelen van Koninkrijksrelaties en Digitalisering.


De wetsvoorstellen

De Wet digitale overheid is het begin van een reeks van regelgeving om de overheid op verschillende niveaus verder digitaal te maken. Volgens het kabinet is aanpassing van de overheid aan de digitale samenleving niet alleen noodzakelijk, maar biedt het ook mogelijkheden voor een betere dienstverlening. Het voorstel bevat:

  • de bevoegdheid om bepaalde standaarden te verplichten in het elektronisch verkeer van de overheid;
  • het stellen van regels over informatieveiligheid;
  • de verantwoordelijkheid voor het beheer van de voorzieningen en diensten binnen de zogeheten generieke digitale overheidsinfrastructuur;
  • de digitale toegang tot publieke dienstverlening voor burgers en bedrijven.

Op 22 juni 2021 is de novelle Wet digitale overheid ingediend. Aanleiding voor de novelle zijn de door de Eerste Kamer geuite vragen en zorgen over privacybescherming. In het bijzonder is aandacht gevraagd voor het grote belang van de bescherming van persoonsgegevens in relatie tot de positie van (grote) private technologie ondernemingen. Om tegemoet te komen aan deze vragen en zorgen worden in de novelle privacy by design, verbod op het verhandelen van gegevens en open source vastgelegd in de wet. Met dat laatste wordt computerprogrammatuur bedoeld waarvan de gebruiker de licentie heeft om de broncode te bestuderen, aan te passen, te verbeteren, te verspreiden of te verkopen. De ontwikkeling van opensourcesoftware komt vaak tot stand op publieke en gemeenschappelijke wijze, door samenwerking van individuele programmeurs, overheden en bedrijven (Bron: Wikipedia).


Debat

De Kamer was in het debat op 29 november 2022 en 21 februari 2023 blij met de verbeteringen die het kabinet heeft voorgesteld naar aanleiding van kritiek van de Eerste Kamer tijdens de schriftelijke behandeling van het wetsvoorstel in de commissie. Niet alle kritiek was met de novelle weggenomen. Zo had de Kamer nog steeds zorgen over de toegankelijkheid van mensen met weinig digitale kennis, om buitenlandse aanbieders die aan minder hoge eisen voldoen, over de veiligheid en betrouwbaarheid van de software en over de rol van commerciële techbedrijven.

Staatssecretaris Van Huffelen zei tijdens het debat dat zij blij was met de eerdere kritiek van de Eerste Kamer die heeft geleid tot verbeteringen in het originele voorstellen. De verbeteringen zijn vervolgens voorgelegd via de novelle. Het kabinet is bezorgd over bepaalde ontwikkelingen in de digitalisering van de samenleving. Daarom is het belangrijk dat mensen de middelen van de overheid, zoals de digitale login, kunnen vertrouwen, zei Van Huffelen. Ze hoopt een stelsel te creëren dat de tand van de komende tijd kan doorstaan.



Deel dit item: