Plenair Sörensen bij behandeling Afschaffing van de verplichte maatschappelijke stage



Verslag van de vergadering van 10 juni 2014 (2013/2014 nr. 33)

Status: gecorrigeerd

Aanvang: 12.13 uur


De heer Sörensen i (PVV):

Voorzitter. Stel u gaat naar de groenteboer en vraagt om een tros bananen, maar de groenteboer antwoordt: "U krijgt die alleen als u er een mud aardappelen en een kistje tomaten bijneemt". Dit wetsvoorstel bestaat uit drie verschillende onderdelen, die als gemeenschappelijk gegeven hebben dat ze betrekking hebben op het voortgezet onderwijs. Ik veronderstel zo'n beetje dat gedacht is "O, ja, we moeten nog wat regelen voor het voortgezet onderwijs, laten we dat maar in één keer doen."

Het eerste onderdeel, het afschaffen van de verplichte maatschappelijke stage is ons inziens een redelijk goed besluit. Het geeft het onderwijs en de onderwijskrachten de vrijheid om zelf te bepalen wat goed is voor de leerlingen. Ik ben het volledig met collega Bruijn eens dat het goed is dat de startmotor automatisch uitgaat als de motor op gang is gebracht. In dit geval is het uitstekend dat de startmotor al zo snel kan worden uitgezet.

Het tweede onderdeel lijkt op het eerste gezicht semantiek, maar is dat absoluut niet. Het samenvoegen van klassieke literatuur en klassieke cultuur lijkt logisch omdat literatuur een onderdeel van cultuur is. Maar volgens ons is er geen enkele noodzaak om op dit moment het vak klassieke culturele vorming samen te voegen met het onderwijs in de klassiek talen Grieks en Latijn. Zijn de docenten die Grieks en Latijn geven ook bevoegd om de cultuurtak erbij te nemen. Laat ik vooropstellen dat ik er alle vertrouwen in heb, maar ik vraag mij af of de bonden daarmee akkoord gaan. Op zich hoef je daar niet op te wachten, maar deze bevoegdheid kan toch wat moeilijkheden opleveren. Ik hoor graag van de staatssecretaris hoe hij die problemen denkt op te lossen.

Ten derde is er in deze wet nog het schrappen van algemene natuurwetenschappen uit het gemeenschappelijke deel van de bovenbouw vwo. Mijn fractie is van mening dat voor iedere leerling die zich kan aanmelden voor een universitaire studie een gedegen kennis van natuurwetenschappen en techniek een vereiste is. Onze samenleving wordt beheerst door de toepassingen van de natuurwetten en dat zal in de toekomst alleen maar meer worden. Wij vinden dat een onverantwoord besluit, dat de kloof tussen studenten met een pretopleiding en een reële opleiding alleen maar groter maakt.

Resumerend. Afschaffen verplichte stage prima, maar de andere onderdelen blijven ons inziens onacceptabel. Dat is de reden dat ik mijn fractie zal adviseren om tegen dit wetsvoorstel te stemmen.

De heer Ganzevoort i (GroenLinks):

Bedoelt de heer Sörensen dat elke vervolgopleiding die niet natuurwetenschappelijk van aard is, een pretopleiding is?

De heer Sörensen (PVV):

Natuurlijk niet.

De heer Ganzevoort (GroenLinks):

Dan heeft hij zich misschien onzorgvuldig uitgedrukt.

De heer Sörensen (PVV):

Nee, hoor. U weet toch wel wat ik met een pretopleiding bedoel. Er zijn opleidingen die tot werkloosheid leiden en dat zijn de pretopleidingen.

De voorzitter:

Wenst een van de leden nog in eerste termijn het woord? Dat is niet het geval.

De beraadslaging wordt geschorst.

De voorzitter:

Ik schors de vergadering voor de lunchpauze.