T01480

Toezegging Comprimeren deeltijdstudies mag niet ten koste gaan van de kwaliteit (32.618)



De staatssecretaris van OCW zegt de Kamer, naar aanleiding van vragen en opmerkingen van de leden Koole (PvdA) en Ganzevoort (GL) toe dat het comprimeren van deeltijdstudies niet ten koste mag gaan van de kwaliteit en dat dit aan de onderwijsinstellingen wordt gecommuniceerd. De staatssecretaris heeft deze toezegging tijdens de plenaire beraadslagingen op 12 juni 2012 herhaald en verduidelijkt.


Kerngegevens

Nummer T01480
Status openstaand
Datum toezegging 17 april 2012
Deadline 1 juli 2014
Voormalige Verantwoordelijke(n) Staatssecretaris van Onderwijs, Cultuur en Wetenschap
Huidige Verantwoordelijke(n) Minister van Onderwijs, Cultuur en Wetenschap
Kamerleden Prof.dr. R.R. Ganzevoort (GroenLinks)
Prof.dr. R.A. Koole (PvdA)
Commissie commissie voor Onderwijs, Cultuur en Wetenschap (OCW)
Soort activiteit Mondeling overleg
Categorie legisprudentie
Onderwerpen comprimeren
deeltijdstudie
kwaliteit
Kamerstukken Wet verhoging collegegeld langstudeerders (32.618)


Uit de stukken

De heer Ganzevoort (GroenLinks):

[...] Het effect van het comprimeren van opleidingen via vrijstellingen en dergelijke staat haaks op het vasthouden aan het aantal studiepunten en op het vasthouden aan het niveau. Als het de bedoeling is om de deeltijdopleiding in hetzelfde aantal jaren te halen, dan kan dat alleen door het niveau te verlagen. Voor een deel gebeurt dat ook, bijvoorbeeld bij de verkorte bacheloropleidingen die worden vervangen door pre-masters. Dat is inderdaad een snellere route. Op die manier wordt voorkomen dat mensen in de verkorte bacheloropleiding tegen hun loopjaren aanlopen, maar het niveau wordt op die manier wel verlaagd. Vanuit het gezichtspunt van de kwaliteit van opleidingen vind ik dat een buitengewoon ongewenst gevolg van deze wet. [...]

De heer Koole (PvdA):

[...] In debatten in de Kamer heb ik er eerder op gewezen dat comprimeren ertoe kan leiden dat opleidingen versneld worden of instellingen nog meer dan zij nu al doen vrijstelling geven. In de brief zegt de staatssecretaris dat in feite ook. Ik heb in de Kamer gewaarschuwd voor het gevaar van nieuwe diplomafraude. De instellingen geven vrijstellingen. Dat kan voor de instellingen een perverse prikkel zijn. Het scheelt de instellingen werk en ondertussen kunnen studenten eerder afstuderen. Dat is echt kwaliteitsverlagend. Dat moeten wij niet willen. Er wordt veel te gemakkelijk gezegd: comprimeren, de instellingen zijn verantwoordelijk. Dat kan echt desastreuze gevolgen hebben. Ik heb toen aangegeven dat ik mij wel een paar opleidingen voor de geest kan halen waarbij het die kant al op gaat. Ik wil dat niet bevorderen, zeker niet voor deze groep studeerders. Ik zou daarvoor niet snel kiezen. Het risico van kwaliteitsverlaging is echt reëel. [...]

Staatssecretaris Zijlstra: [...] De heer Ganzevoort en de heer Koole vragen in hoeverre comprimeren leidt tot kwaliteitsverlaging. Dat is de stelling die wordt neergelegd. De heer Koole waarschuwde daarbij nog voor diplomafraude of -inflatie. Er zou te gemakkelijk zijn opgeroepen om te comprimeren. Het omgekeerde geldt echter ook: er is veel te gemakkelijk een verlenging van studieduur neergelegd. In het hbo studeert meer dan 80% van de deeltijdstudenten op tijd af.

De heer Ganzevoort (GroenLinks): Voorzitter. Dat is niet vergelijkbaar. Een van de grote punten is dat in het hbo veel beroepsverdiepende opleidingen worden aangeboden. Mensen komen dus met verschillende ervaringen en kwaliteiten binnen en afhankelijk daarvan kunnen vrijstellingen worden verleend. In het wo is dat voor een deel ook het geval. Voor een deel beginnen mensen echter via de deeltijdroute aan een primaire academische kwalificatie. Zij gaan rechten studeren terwijl zij eerst iets heel anders hebben gedaan. Zij kunnen niet allerlei vrijstellingen krijgen. Zij moeten gewoon die hele route volgen. Daar kan er niet gecomprimeerd worden.

[...]

De heer Koole (PvdA): [...] In aanvulling daarop zeg ik nog dat er bovendien een signaal naar de instellingen moet gaan dat voor degenen die zich hebben ingeschreven voor een studie die zij in beginsel, in algemene zin konden afronden, niet de eisen mogen worden teruggebracht door vrijstellingen te geven. De kwaliteit van de studie moet intact blijven. Studenten die door de organisatie van de studie automatisch meer dan een jaar erover moeten doen, kunnen een beroep doen op het profileringsfonds.

Staatssecretaris Zijlstra: Ik denk dat wij daarop in de praktijk zullen uitkomen. De studenten die al bezig zijn met een deeltijdstudie zijn al een stuk op weg. Comprimeren is voor hen al veel moeilijker. Instellingen zijn nu al bezig om aan studenten die nog gaan beginnen aan een deeltijd-studie opleidingen gecomprimeerd aan te bieden. Ik vind dat overigens gewoon een goede ontwikkeling. Het hoeft niet over een langere tijd te worden uitgesmeerd dan nodig is. Voor de groep die al bezig is, is een opleiding moeilijk nog te comprimeren. Wat al achter de rug ligt, valt immers niet meer te comprimeren. Daarvoor geldt gewoon de generieke regel die de voorzitter net keurig heeft verwoord dat als men er qua studeerbaarheid overheen gaat, men in principe in aanmerking komt voor een tegemoetkoming uit het profileringsonds. Dat moet dan wel komen door de vormgeving van de studie.

De voorzitter: Niet door de vormgeving van het privéleven. Ik noteer graag nog dat deze commissie wel zegt dat het comprimeren van deeltijdstudies niet ten koste van de kwaliteit mag gaan.

Staatssecretaris Zijlstra: Ik kan het daarmee alleen maar eens zijn.


Brondocumenten


Historie

  • 12 juli 2022
    nieuwe status: openstaand
    Voortgang:
  • 24 juni 2022
    nieuwe status: openstaand
    Voortgang:
    documenten:
  • 26 oktober 2017
    nieuwe verantwoordelijkheid: Minister van Onderwijs, Cultuur en Wetenschap
  • 26 oktober 2017
    verantwoordelijkheid verlopen: Staatssecretaris van Onderwijs, Cultuur en Wetenschap
  • 7 juni 2016
    nieuwe status: openstaand
    Voortgang:
  • 2 juni 2016
    nieuwe status: openstaand
    Voortgang:
  • 16 april 2013
    nieuwe deadline: 1 juli 2014
    nieuwe status: openstaand
    Voortgang:
    Opmerking: Antwoord op rappel is voor kennisgeving aangenomen.
  • 27 september 2012
    nieuwe status: deels voldaan
    Voortgang:
    Opmerking: De in de stand van zaken genoemde brief (32.168, P) is inderdaad ontvangen en de staatssecretaris heeft ook met de onderwijs-instellingen gecommuniceerd over het behoud van de kwaliteit van deeltijdstudies. Dat deel van de toezegging is voldaan. Daarnaast is in algemene zin toegezegd om de kwaliteit van deeltijdstudies te bewaken. Dit deel van de toezegging heeft een langlopend karakter. Toezegging wordt derhalve als 'legisprudentie' geregistreerd.
    documenten:
  • 31 augustus 2012
    nieuwe status: openstaand
    Voortgang:
    Opmerking: De commissie wenst het kwaliteitsbehoud van de deeltijdstudies te bewaken.
  • 12 juni 2012
    nieuwe status: openstaand
    Voortgang:
    Opmerking: Handelingen Eerste Kamer, 32 (12 juni 2012), p. 6.
    Staatssecretaris Zijlstra: Ik kom nu bij de studeerbaarheid. Laat ik ook hierover klip-en-klaar zijn. Het is inderdaad niet zo dat onstudeerbaarheid betekent dat je niet voldoet aan de vereisten van de NVAO. Dat is iets anders. Dat gaat om de vormgevingen niet om de accreditatiekaders. Die moeten inderdaad, dat is helder, niet met elkaar worden vermengd. Het gaat erom dat de vormgeving van de studie of opleiding dusdanig is dat een student feitelijk niet binnen de "C plus 1"-tijdsduur afstuderen kan. Ik noem maar wat: iemand volgt een eenjarige master in deeltijd en de vormgeving van de studie is dat er twee of drie jaar is ingeroosterd. Dan kan de student niet verweten worden dat hij of zij een langstudeerder wordt. De vormgeving van de studie is immers dusdanig dat het voor de student onmogelijk is om het binnen de gestelde tijdsduur te halen. Dat is wat wordt beoogd in de memorie van toelichting. Dat is inderdaad absoluut iets anders dan het accreditatiekader. Het kan niet duidelijk genoeg worden gezegd: er mag geen enkele concessie worden gedaan aan het accreditatiekader of aan de kwaliteit van de opleiding. In het com-primeren van opleidingen zien wij absoluut mogelijkheden. De mogelijkheden moeten echter binnen de gestelde kwaliteitseisen vallen. Comprimeren mag dus niet leiden tot een achteruitgang in kwaliteit. Dat wil ik hier helder hebben gesteld.
    documenten:
  • 17 april 2012
    toezegging gedaan