T02060

Toezegging Overleg met decanen bacheloropleidingen (34.035)



De Minister van Onderwijs, Cultuur en Wetenschap zegt de Kamer, naar aanleiding van een vraag van het lid Sent (PvdA), toe met de decanen van de bacheloropleidingen te overleggen over doorstromen naar de masteropleiding. Zij stelt extra middelen ter beschikking, mocht dat nodig zijn. Alle bachelorstudenten ontvangen voorts een brief waarin de veranderingen die het studievoorschot met zich meebrengt, worden beschreven.


Kerngegevens

Nummer T02060
Status voldaan
Datum toezegging 20 januari 2015
Deadline 1 januari 2016
Verantwoordelijke(n) Minister van Onderwijs, Cultuur en Wetenschap
Kamerleden Prof.dr. E.M. Sent (PvdA)
Commissie commissie voor Onderwijs, Cultuur en Wetenschap (OCW)
Soort activiteit Plenaire vergadering
Categorie overig
Onderwerpen bachelor
studievoorschot
Kamerstukken Wet studievoorschot hoger onderwijs (34.035)


Uit de stukken

Handelingen I 2014-2015, nr. 17, item 3 - blz. 16

Mevrouw Sent (PvdA): Bij de keuze om te gaan studeren en bij de keuze welke studie zij gaan volgen, hebben deze studenten immers de nieuwe regels niet kunnen meewegen. En wat gaat de minister doen wanneer blijkt dat van de huidige bachelorstudenten sommigen om puur financiële redenen overwegen niet met een masterstudie te beginnen, omdat zij er op hadden gerekend ook tijdens de master nog een basisbeurs te ontvangen?

(...)

Handelingen I 2014-2015, nr. 17, item 8 - blz. 31

Minister Bussemaker: Ik kom bij de vragen van de Kamer. Mevrouw Sent vroeg wat ik doe om deze groep te blijven overtuigen. De bachelorstudenten die wellicht nog aarzelen, wil ik zo goed mogelijk begeleiden opdat zij niet enkel en alleen om financiële redenen besluiten om geen masteropleiding te gaan volgen. Eerder zegde ik de Kamer al toe dat ik met de decanen, de studieadviseurs en de LOB-medewerkers in het mbo zal spreken over de doorstroming van mbo naar hbo. Nu zeg ik toe dat ik dat overleg ook zal organiseren met de decanen van de bacheloropleidingen. Ik zal hen ook vragen hoe we ervoor kunnen zorgen dat studenten met financiële vragen, twijfels of zorgen terecht kunnen bij een persoon of een loket bij de instelling of in de regio. Daarnaast zorg ik ervoor dat alle bachelorstudenten een brief ontvangen waarin de veranderingen die het studievoorschot met zich meebrengt, worden beschreven.

(...)

Handelingen I 2014-2015, nr. 17, item 8 - blz. 32

Mevrouw Sent (PvdA): Mochten de bachelordecanen aangeven dat zij ook additionele financiële middelen nodig hebben voor het begeleiden van bachelorstudenten naar de masterstudie, is de minister dan ook bereid om daar financiële middelen voor beschikbaar te stellen?

Minister Bussemaker: Ja, als zij dat heel goed kunnen beargumenteren. Ik moet die financiële middelen natuurlijk wel ergens vinden. Ik moet ook weten of het om een tijdelijke of om een structurele maatregel gaat. Als het een structurele maatregel zou zijn, zou dat afgaan van de middelen die we kunnen investeren in de kwaliteit van onderwijs. Ik vind het eigenlijk wel de taak van decanen op universiteiten en hogescholen om zelf rekening te houden met veranderende situaties. Ik denk dat het makkelijker is, omdat we die bachelorstudenten makkelijker kunnen vinden. We weten waar ze zitten. We weten welke groep het is. Die zullen we lokaliseren. We kunnen misschien niet alleen aan studentendecanen maar ook aan mentoren en docenten heel direct vragen om daar aandacht aan te besteden. We kunnen hen daarbij ook wijzen op de juiste voorlichting.


Brondocumenten


Historie