T01315

Toezegging Toezending onderzoek zuinigheidsgrenzen auto's (32.504/32.505/32.401)



De staatssecretaris van Financiën zegt de Kamer, naar aanleiding van vragen van het lid Leijnse (PvdA), toe dat de regering de resultaten van het onderzoek naar de periodieke aanpassing van de zuinigheidsgrenzen voor auto's medio 2011 aan de Kamer zal sturen.


Kerngegevens

Nummer T01315
Status voldaan
Datum toezegging 10 december 2010
Deadline 1 januari 2012
Verantwoordelijke(n) Staatssecretaris van Financiën
Kamerleden prof. dr. F. Leijnse (PvdA)
Commissie commissie voor Financiën (FIN)
Soort activiteit Schriftelijk overleg
Categorie brief/nota
Onderwerpen bpm
zuinige auto's
Kamerstukken Overige fiscale maatregelen 2011 (32.505)
Belastingplan 2011 (32.504)
Fiscale verzamelwet 2010 (32.401)


Uit de stukken

Memorie van Antwoord, EK 32504/ 32505/ 32401 D - blz. 20

Het verheugt mij dat de leden van de fractie van de PvdA met instemming hebben kennisgenomen van het stilzetten van de omzetting van de BPM in de MRB in het kader van de ontwikkelingen rondom het rekeningrijden en dat zij zich kunnen vinden in de gedachte dat periodieke aanpassing van de zuinigheidsgrenzen noodzakelijk wordt naarmate er meer (zeer) zuinige auto’s worden verkocht. In dit verband informeren deze leden wat het kabinet hierbij voor ogen staat en bij welk aandeel van (zeer) zuinige auto’s in de totale verkopen men zou kunnen concluderen dat de prijsprikkel van een lagere BPM of lagere bijtelling zijn werk heeft gedaan. Het aantal zeer zuinige personenauto’s in het Nederlandse wagenpark is toegenomen van een paar duizend in 2005 tot een kleine 200 000 op 1 juli 2010. In de eerste helft van 2010 zijn er al ruim 50 000 zeer zuinige auto’s verkocht. Het aandeel zeer zuinige auto’s vormt daarmee 19% van de verkopen in de eerste helft van 2010 (270 000). Indien de definitie van zeer zuinige auto’s ongewijzigd zou blijven en de huidige trend wat betreft het zuiniger worden van nieuw verkochte auto’s zich voortzet, dan zal op termijn een onevenredig groot deel van het wagenpark kwalificeren als zeer zuinig en uit hoofde daarvan in aanmerking komen voor een fiscaal gunstige regeling. Dit terwijl er inmiddels nog zuinigere auto’s op de markt zijn en deze trend zich naar de toekomst toe lijkt door te zetten. Het is derhalve noodzakelijk om de definitie van zeer zuinige auto’s voldoende uitdagend te houden zodat steeds alleen de zuinigste auto’s in aanmerking komen voor een fiscale stimulans, terwijl ook de inkomsten moeten worden gewaarborgd. Tegelijkertijd moeten de fiscale prikkels voor de aanschaf en het gebruik van zeer zuinige auto’s zo eenvoudig mogelijk en helder zijn. Daarom is in de memorie van toelichting van het Belastingplan 2011 een onderzoek naar de periodieke aanpassing van de zuinigheidsgrenzen aangekondigd. Er wordt gestreefd naar afronding van het onderzoek in het tweede kwartaal van 2011 zodat uw Kamer medio 2011 over de resultaten kan worden geïnformeerd.


Brondocumenten


Historie