Dit wetsvoorstel vormt uitsluitend de uitvoering van richtlijn nr. 2003/41/EG van de Raad van de Europese Unie betreffende de werkzaamheden van en het toezicht op instellingen voor bedrijfspensioenvoorziening (PbEG L 235) ( in het vervolg: de richtlijn) die op 23 september 2003 inwerking is getreden.
Het doel van de richtlijn is volgens de overwegingen een eerste stap te zetten op de weg naar een op Europese schaal georganiseerde interne markt voor bedrijfspensioenvoorziening. Dit maakt deel uit van de bredere doelstelling om een interne markt voor financiële diensten te creëren. In de overwegingen bij de richtlijn is aangegeven dat een echte interne markt voor financiële diensten voor de economische groei en de schepping van werkgelegenheid in de Europese Unie van wezenlijk belang is.
Deze samenvatting is gebaseerd op het wetsvoorstel en de memorie van toelichting zoals ingediend bij de Tweede Kamer.
Het voorstel is op 30 juni 2005 zonder beraadslaging en zonder stemming aangenomen door de Tweede Kamer. De Eerste Kamercommissie voor Sociale Zaken en Werkgelegenheid heeft op 18 oktober 2005 het eindverslag uitgebracht. Het voorstel zou op 1 november 2005 als hamerstuk afgedaan worden maar is afgevoerd van de agenda. De Eerste Kamercommissie voor Sociale Zaken en Werkgelegenheid heeft op 6 december 2005 het antwoord van de minister op aanvullende vragen van de commissie, samen gedrukt als verslag schriftelijk overleg (EK 30.104, E) besproken. De Eerste Kamer heeft het voorstel op 17 januari 2006 als hamerstuk afgedaan.
De wet is opgenomen in Staatsblad 51 van 7 februari 2006.
ingediend
4 mei 2005titel
Wijziging van de Pensioen- en spaarfondsenwet en enige andere wetten in verband met de implementatie van richtlijn nr. 2003/41/EG van het Europees Parlement en de Raad van de Europese Unie van 3 juni 2003 betreffende de werkzaamheden van en het toezicht op instellingen voor bedrijfspensioenvoorziening (PbEG L 235/10)schriftelijke voorbereiding
inbreng geleverd door
ondertekening
inwerkingtreding
Met ingang van 23 september 2005. Indien het Staatsblad waarin het wordt geplaatst, wordt uitgegeven na 22 september 2005, treedt zij in werking met ingang van de eerste dag na de datum van uitgifte van het Staatsblad waarin de wet wordt geplaatst
-
-De richtlijn bevat een kader voor het toezicht op pensioeninstellingen. Een belangrijk element daarbinnen is een kwalitatieve benadering ten aanzien van beleggingsvoorschriften. Dit houdt in dat de beleggingen niet zozeer behoeven te voldoen aan bepaalde kwantitatieve restricties maar aan beginselen van veiligheid, kwaliteit en risicodiversificatie.
-
-De richtlijn bevat de mogelijkheid tot grensoverschrijdend deelnemerschap. Dit houdt in dat het een pensioeninstelling mogelijk moet zijn de pensioenregeling uit te voeren die in een andere lidstaat is overeengekomen.
1